Kweekschool Zrs. Ursulinen, Echt

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Inleiding.

Voormalige KWEEKSCHOOL gebouwd in 1930 in opdracht van de zusters Ursulinen te Echt. Het thans vrijstaande pand werd gebouwd als uitbreiding van het in de jaren negentig van de twintigste eeuw gesloopte Ursulinnenklooster, dat een complex vormde op een ruim perceel tussen de Wijnstraat en Hofakker. Het ontwerp van de architecten Caspar Franssen en Jos Franssen jr. uit Roermond is beïnvloed door het Zakelijk Expressionisme en kenmerkt zich door overstekende daken, ten opzichte van elkaar verspringende bouwvolumes en een opvallende vensterdetaillering. Het pand is voorzien van een monumentaal trappenhuis met glas-in-lood typerend voor het oeuvre van Jos Franssen. De linker zijgevel van de kweekschool, die verbonden was met het naastgelegen klooster is na de sloop afgewerkt naar model van de bestaande gevels. De zolder van de kweekschool is in de jaren negentig van de twintigste eeuw tot woonappartement verbouwd, in de voormalige aula is in de vloer een opening naar de kelder gerealiseerd.

Omschrijving.

Thans vrijstaande KWEEKSCHOOL op een samengestelde plattegrond bestaande uit een langgerekt hoofdvolume van souterrain, drie bouwlagen en een kapverdieping met rechts een anderhalve bouwlaag tellende platgedekte, smallere uitbouw. Evenwijdig aan de voorgevel een kelderingang, afgescheiden door een bakstenen HEKWERK dat aansluit tegen de uitspringende gevel van het trappenhuis. Het sluit geheel rechts aan tegen een gewijzigd toegangshek en bestaat uit een in baksteen in kruisverband gemetselde voetmuur met hierop een decoratief smeedijzeren hekwerk tussen 15 bakstenen hekpijlers. De muur is tussen de pijlers voorzien van enig siermetselwerk en wordt afgedekt met rollagen. De pijlers hebben hardstenen dekplaten. Aan de achterzijde springt het pand rechts enkele malen in en heeft het twee aan de bovenzijde uitstekende platgedekte volumes. Het gebouw wordt aan de achterzijde omzoomd door eenlaags platgedekte veranda, fungerend als overdekte wandelplaats. Het hoofdvolume wordt gedekt door een dak met nokrichting parallel aan de straat. Dit dak heeft rechts een schildeinde en eindigt links in een zadeldak, waarbij de nok halverwege het dak verspringt omdat het aan de achterzijde doorsneden wordt door de twee genoemde uitspingende volumes. Het dak heeft een royaal houten overstek met bakgoot en wordt gedekt door opnieuw verbeterde Hollandse pannen. In voor, achter en rechter zijschild zijn in 1998 in het dak vier terugliggende balkons geplaatst ten behoeve van het op de zolder ondergebrachte appartement. Het iets risalerend blokvormige trappenhuis links is platgedekt, de anderhalve bouwlaag hoge aanbouw aan de rechter zijgevel heeft een aangekapt schilddak. Een tussenvolume achter deze aanbouw heeft een plat dak met overstek. De veranda is afgedekt met een plat dak met houten overstek. De gevels zijn opgetrokken in bruinrode baksteen in kruisverband en hebben een trasraam afgesloten met een rollaag. In de gevels zijn diverse venstertypen toegepast, voornamelijk recht afgesloten met houten ramen met forse weldorpels. Ze zijn voorzien van iets uitspringende betonnen lateien en onderdorpels, in de eerste bouwlaag grotendeels bekleed met gefrijnde hardstenen platen. De asymmetrisch ingedeelde VOORGEVEL heeft links een sterk verticaal geleed risalerend gedeelte, waarin zich in de eerste bouwlaag de hoofdingang bevindt. De deur is omgeven door getrapt en thans witgeschilderd metselwerk en geflankeerd door twee liggende glas-in-loodramen. Het geheel is tussen betonnen banden gevat en voorzien van dubbele houten deuren uit verticale houten delen, voorzien van sierbeslag en twee kijkruiten met tralies. Voor de deur ligt een hardstenen stoep. Deze vrij gedrongen bouwlaag wordt afgesloten met een vooruitspringende betonnen cordonlijst, waarboven zich een grote vensterpartij bevindt die bestaat uit vijf verdiepte verticale vensterstroken tussen smalle gemetselde muurdammen, die halverwege worden onderbroken door een strook metselwerk. De vensterstroken en de spaarvelden hebben hardstenen onderdorpels met oren. De vensterstroken worden aan de bovenzijde met een doorlopende latei afgesloten. Aan weerszijden van het risaliet gemetselde hoeklisenen die ter bekroning iets door de daklijst steken. Het terugliggende geveldeel rechts is sterk horizontaal geleed met regelmatig geplaatste vensters. In het trasraam een serie rechthoekige en ongedeelde kelderlichten. De eerste en tweede bouwlaag kunnen naar het type venster worden ingedeeld in een vier vensterassen tellend linkerdeel met zelfstandige vensters en een vijf wat bredere vensterassen tellend rechterdeel met gekoppelde vensters. De eerste bouwlaag links bezit rechthoekige kruisramen met ongekleurd glas-in-lood. Het rechter geveldeel heeft in de eerste bouwlaag voor de aula grote rondboogvormig afgesloten vensters met drie onderramen en drie bovenlichten. Deze vensters zijn aan elkaar gekoppeld door een op de penant uitgemetseld stijltje op een betonnen blokje, waaronder een smal gootje in het metselwerk. De tweede bouwlaag heeft in het linker geveldeel vijf kleine vensters. Rechts bevinden zich vijf forse klaslokaalvensters bestaande uit een ongedeeld raam met drieruits onderraam en een tussen lateien gevat drieruits bovenlicht. De vensters zijn aan elkaar gekoppeld door een doorlopende onderdorpel en door gemetselde stijltjes tussen de bovenlichten. De derde bouwlaag is gedrongener en voorzien van een reliëf door vooruitspringende rollagen. In deze laag negen kleinere gekoppelde draairamen onder tweedelige bovenlichten rustend op een doorlopende onderdorpel. In de voorgevel van de terugspringende uitbouw rechts bevindt zich boven twee kelderlichten een bouwlaag afgesloten door een brede vensterstrook bestaande uit twee gekoppelde drieruits vensters. Hierboven een thans met vensters dichtgezet, maar oorspronkelijk open loggia met bakstenen kolommen op een hardstenen waterlijst. De kolommen zijn voorzien van een metselwerkreliëf zoals voornoemd. De RECHTER ZIJGEVEL van de uitbouw is blind afgezien van de loggia zoals beschreven. Het hoofdvolume heeft in de derde bouwlaag vier ramen zoals in de voorgevel waarbij het raam geheel rechts is vervangen door een deur naar een brandtrap. De asymmetrisch ingedeelde ACHTERGEVEL bestaat uit een breed geveldeel links en rechts een onregelmatige partij met enkele terugspringende volumes eindigend in het het trappenhuis. De eerste bouwlaag in de eerstgenoemde partij heeft een serie gekoppelde en zelfstandige vensters afgewisseld met dubbele en enkele deuren die toegang geven tot de veranda die zich over de hele gevelbreedte bevindt. Deze veranda springt rechts in overeenkomstig de gevel. In het gemetselde basement acht kelderlichten en een kelderingang. Drie gemetselde trappen geven toegang tot de tuin. De veranda heeft een platte overkapping op houten standvinken die zijn voorzien van getrapte houten consoles. De standvinken staan op verzwaringen in de gemetselde, opengewerkte balustrade, die contrasterende afdekplaten bezit. De luifel heeft houten boeiboorden. De vloer van de veranda is belegd met licht bruingele tegels, met een omranding in rode en zwarte tegels zoals in het interieur. Links bevinden zich boven de aansluiting van de veranda in het brede vlak van de achtergevel gekoppelde ramen zoals in de voorgevel. De tweede bouwlaag heeft een brede vensterstrook van lokaalvensters zoals beschreven. Rechts ervan drie kruisvensters. De derde bouwlaag heeft acht gekoppelde draairamen, waarbij de vijf ramen rechts zijn omgeven met metselwerkreliëf zoals beschreven. Rechts in het wat hoger opgetrokken geveldeel vijf kleine enkelruits vensters (van de voormalige badkamers). Rechts hiervan een smalle partij die inspringt en is voorzien van twee enkelruits venstertjes in elke bouwlaag. In de terugliggende en veel lagere trappenhuispartij vensterstroken zoals in de voorgevel. De LINKER ZIJGEVEL is na afbraak van het belendende pand vrijgekomen en afgewerkt in 1999 in de trant van de bestaande gevels. Het INTERIEUR dat op onderdelen is gewijzigd, heeft een monumentaal trappenhuis dat toegang geeft tot lange betegelde gangen in de lengterichting van het gebouw, met aan weerzijden kleine lokalen en vertrekken waarvan er nu diverse zijn gewijzigd en samengevoegd. De gangen lopen uit in grote lokalen die zich boven elkaar op de begane grond, eerste en tweede verdieping in het westen van het gebouw bevinden en oorspronkelijk respectievelijk aula, studiezaal en slaapzaal als functie hadden. In het interieur is de rijke afwerking uit het tweede kwart van de twintigste eeuw grotendeels bewaard gebleven. Hierin zijn onder meer van belang het trappenhuis met ruim opgezette in terrazzo uitgevoerde bordestrap met smeedijzeren decoratieve leuning en veelkleurige abstracte glas-in-loodvensters, in het trappenhuis en de gangen betegelde vloeren en lambriseringen (rode, zwarte en lichtgemêleerde tegels), de meeste binnendeuren voorzien van ladderramen en bijbehorende kozijnen en neuten, voor de architectuur van Jos Franssen kenmerkende getrapte balkconsoles in de grote lokalen en in de gangen, en de betimmering in de studiezaal en in de aula.

Waardering.

De voormalige Rooms-Katholieke KWEEKSCHOOL in Echt bezit architectuurhistorische waarde omdat het een gaaf en goed voorbeeld betreft van een schoolgebouw uit het Interbellum met invloeden uit het Zakelijk Expressionisme. Het schoolgebouw valt op vanwege esthetische kwaliteiten in het ontwerp en het materiaalgebruik wat bijvoorbeeld tot uiting komt in de detaillering van de vensters. Het pand heeft een monumentaal trappenhuis in Art Decostijl, voorzien van abstract glas-in-lood. Het is van belang als kenmerkend voorbeeld uit het oeuvre van vooral Jos Franssen. Het schoolgebouw is van stedenbouwkundige waarde als karakteristiek onderdeel van de bebouwing in het centrum van Echt op de hoek van de Wijnstraat aan de westelijke entree tot het dorp. Het pand speelt hier vanwege de verschijningsvorm en als hoge gevelwand langs de smalle straat, een belangrijke beeldbepalende rol. Het pand is van algemeen belang, van cultuurhistorische waarde en typologische waarde als bijzondere uiting van een religieuze en een onderwijskundige ontwikkeling in de architectuur van katholieke schoolgebouwen. Het pand is voorts van belang vanwege de geschiedenis die is verbonden aan de kweekschool, als herinnering aan het hier aanwezige Ursulinnenklooster.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
525538
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Schoolgebouw Cultuur, gezondheid en wetenschap Onderwijs en wetenschap oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Wijnstraat 41 6101 AK Echt Ja
Wijnstraat 41 A 6101 AK Echt
Wijnstraat 41 B 6101 AK Echt
Wijnstraat 41 C 6101 AK Echt
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
M 1876 Echt
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1930 1930 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Franssen, C ; Limburg architect / bouwkundige / constructeur
Franssen, J. ; Limburg architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven