Inleiding

De parallel aan de straat gelegen, gedeeltelijk onderkelderde KLOOSTERVLEUGEL, tussen gebouw (1) en de kapel (5), dateert in de kern waarschijnlijk uit hetzelfde bouwjaar als gebouw (4), zijnde 1867, maar is in 1879-'80 voorzien van een nieuwe voorgevel (naar ontwerp van de architect Th. Asseler (Amsterdam)), die op zijn beurt in 1916 werd gemoderniseerd door de bouw van een nieuwe ingangspartij en een in plattegrond driepas-vormige ontvangsthal, de 'rotonde'. Door de toevoeging van deze hal werd ruim de helft van de binnenhof bebouwd.

Omschrijving

Deze tweelaags vleugel heeft een rechthoekige plattegrond en wordt gedekt door een zadeldak, met geschubde lei in Maasdekking. Het gebouw staat aan de noordelijke zijde van de kloosterhof. De symmetrische voorgevel dateert uit 1880 en telt zeven vensterassen. Naast de risalerende ingangspartij met de zich erboven bevindende dakkapel wordt de gevel geleed door de verticale accenten die de licht risalerende tweede en zesde vensteras geven. Deze zijn voorzien van een topgevel met piron en rondlicht. Alle vensters zijn houten kruisvensters met openslaande ramen en een twaalfruits roedenverdeling. In de rondboog-togen zijn kruisvormige motieven gemetseld. Op de begane grond zijn hardstenen dorpels toegepast, op de etage een dorpellijst. Opvallend zijn de keldervensters in de buitenste vensterassen.

Hierboven bevindt zich telkens een opkamer.

De ingangspartij bestaat uit een vernieuwde paneeldeur met rondbogig bovenlicht in een uit strengperssteen gemetselde omlijsting met puntgevel, die wordt bekroond door een hardstenen blok met ingehakt kruismotief.

In het interieur van dit ontvangstgebouw zijn onder meer van belang de kleine hal, de via schuifdeuren bereikbare grote, halfronde hal (éénlaags onder plat dak) met hardstenen vloer en glas-in-lood vensters met geometrische en florale motieven (van I. Menke, Goch) en de terzijde van de kleine hal gelegen ontvangstkamer met de oorspronkelijke rol.

Waardering

Het kloostergebouw is van algemeen belang. Het heeft cultuurhistorische waarde als voorbeeld van een geestelijke ontwikkeling, namelijk de bloei van orden en congregaties in de negentiende eeuw en is tevens van belang als voorbeeld van de typologische ontwikkeling van het contemplatieve klooster. Het is architectuurhistorisch van belang vanwege de stijl, het bijzondere materiaalgebruik en de sobere ornamentiek en is tevens van belang in het oeuvre van de architect Asseler. Het heeft ensemblewaarden vanwege de samenhang van klooster, kapel, tuin en economiegebouwen. Het is tevens van belang in samenhang met de gaafheid van de omgeving, waar ook het reeds eerder beschermde kapucijnenklooster is gelegen.