Omschrijving

MANEGE opgetrokken uit deels gepotdekselde houten planken onder een flauw hellend asymmetrisch zadeldak met golfplaat (niet origineel), goot op klossen en strakke windveren. De hoofdentree tot het gebouw bevindt zich rechts in de oostgevel en bestaat uit dubbele glasdeuren tussen twee zijlichten; links van de entree een vensterreeks bestaande uit zeven ramen onder een houten latei die doorloopt boven de entree, een dubbele rondboogdeur met twee rondboog deurlichten en een zevendelig hoekvenster met vier ramen aan de oostzijde en drie aan de zuidzijde, met in de twee hoekramen decoratieve roedenverdeling. In de topgevel van de oostgevel een houten vensterreeks met onder zes en boven vier ramen, en een samengesteld tweeruits venster. De zuidgevel wordt is voorzien van een reeks houten luiken, deels tweedelig met boven- en onderluik, deels alleen een bovenluik, waarachter zich de stallen bevinden; onder de dakgoot tien staande vensters. Naast de zuidgevel een jongere houten schuur met open aankapping die buiten de bescherming valt.

De noordgevel heeft bovenin de gevel vier vensterreeksen, elk bestaande uit zes smalle ramen (boven drie en onder drie). Aan de noordgevel bevindt zich een platte, in rode baksteen opgetrokken aanbouw (1937) met gemetselde lisenen en vijf liggende houten vensters onder de daklijst; in de westzijde openslaande deuren; de hoekpartij van de aanbouw is van hout en heeft aan de noordzijde een tweeruits venster en aan de oostzijde een schuifdeur met deurlichten bovenin en een liggend venster. De aanbouw gaat over in een luifel steunend op een dwarsbalk met houten pilaren, waarachter een houten wand met vijf tweedelige houten staldeuren en een aantal liggende vensters.

De westgevel heeft openslaande deuren onder een bovenlicht en in de topgevel een deels dichtgezette vensterreeks. Aan de westgevel een later toegevoegde open aankapping die buiten de bescherming valt.

In het INTERIEUR, dat nog de oorspronkelijke indeling heeft, zijn onder meer van belang: de manege met houten vakwerkspanten en een vloer van zand; de houten paardenstallen in de zuidzijde; de houten tribune.

Waardering

Manege van algemeen belang vanwege cultuur- en architectuurhistorische waarde

- als voorbeeld van een manege uit 1932

- vanwege de opvallende vormgeving in hout

- vanwege de hoge mate van gaafheid

- vanwege de ruimtelijk-visuele en functionele relatie met de bijbehorende paardenstal

- vanwege de typologische zeldzaamheid

- vanwege de kenmerkende ligging achteraf aan de Viaductweg