Groeneveld 2, Baarn

(op de bijbehorende kaart aangegeven met nr.2) HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG behorende tot de buitenplaats Groeneveld. De buitenplaats is in 1703 aangelegd op een smal, langgerekt perceel volgens de toen geldende formele principes met een lange middenas en dwarslanen, waarvan thans de oprijlaan en een enkele dwarslaan resteert. Aan het einde van de achttiende eeuw en het begin van de negentiende eeuw is het park in twee fasen in landschapsstijl omgevormd. Rond 1880 is de aanleg van het park voltooid en sindsdien niet meer gewijzigd. In de eerste fase in vroege landschapsstijl van ca.1775 tot ca.1830 is het slingerende bekenstelsel aangelegd echter nog met behoud van de rechthoekige omgrachting en het lanenpatroon. In de tweede fase van ca.1836 tot ca.1880 is de formele omgrachting vergraven, zodat er één slingerende waterpartij is ontstaan en er eenheid in de compositie van de aanleg is gecreëerd. De afgegraven grond van de beken is gebruikt om heuvels op te werpen. Door Immerzeel wordt deze aanleg toegeschreven aan J.D. Zocher jr.. In de aanleg speelt het water een belangrijke rol en vormt met de afwisselend open en gesloten delen voor het verrassende effect, wat versterkt wordt door het reliëf. De kern van de aanleg wordt gevormd door het parkbos omringd door weilanden en productiebossen. Ten oosten hiervan, aan weerszijden van de oprijlaan, ligt het Ravesteinsebos, dat als een vrij zelfstandig onderdeel binnen de aanleg functioneert. De structuur van de aanleg wordt gedragen door een formele hoofdas gevormd door de gezichtslaan, die voor het huis dienst doet als oprijlaan en achter het huis voor een deel vervangen is door een zichtas. De oprijlaan is beplant met drie rijen eiken in driehoeksverband en komt voor de bassecour uit op een rechthoekig plein geflankeerd door rijen eiken (coulissen). Vanaf dit plein een zicht op het Jagershuis. Langs het Jagershuis en parallel aan de oostgracht loopt een uit ca.1763 daterende, met eiken beplante dwarslaan, die de Ravesteinselaan kruist. Aan weerszijden van de oprijlaan ligt het eerder genoemde Ravesteinsebos dat een landschappelijk karakter draagt. Ten zuiden van de laan is de rechthoekige moestuin gesitueerd, die op de landmeterskaart uit 1763 staat aangegeven en die deels door muren en deels door hagen is omsloten. Daarachter ligt een open weide begrensd door een bosgedeelte met een slingerende beek waarlangs een wandelpad. De beek eindigt in een waterpartij met een eilandje omringd door opgeworpen heuvels, waarvan de zuidelijke een ijskelder bevat. Vanuit het park lopen zichten over de weide, die oorspronkelijk werden beëindigd door een tuinhuis behorend bij de moestuin. Thans staan hier twee linden om de ruimtelijkheid te waarborgen. De oostgracht en de noordgracht vormen een gaaf bewaard deel van de oorspronkelijk rechthoekige omgrachting. Langs de noordgracht loopt een met eiken beplante laan, onderdeel van het formele lanenstelsel, die aan de noordzijde door een bospartij wordt begrensd. Aan het einde van de laan ligt een bakstenen duiker (XIX). De noordelijke laan gaat met een slinger rondom een zakvormige weide over in de gezichtslaan op de as van het huis (Ridderlaan). Ten zuiden hiervan ligt het parkbos, dat voornamelijk gekenmerkt wordt door vergraven beeklopen en reliëf. Het zwaartepunt van de compositie is de op de hoofdas liggende vijverpartij met eiland, die kort na 1830 is gerealiseerd (oorspronkelijk de westelijke gracht en een reeds in de achttiende eeuw aangelegde vijver). Vanaf het hoofdgebouw loopt een fraai gestoffeerde zichtas over de vijver, die zich door de beboste, hoog opgeworpen oevers voordoet als een beekdal, naar de oplichtende weide in de verte. Vanaf de genoemde vijver loopt één beek naar het zuiden en één naar het westen. De zuidelijke beek heeft een kronkelend verloop tot aan de Ravensteinselaan met halverwege een aftakking in oostelijke richting eindigend in een lus om een eiland. Deze oostelijke beek staat weer in verbinding met de in 1847 verlegde zuidelijke grachtenarm, waar vanaf het hoofdgebouw een doorzicht is gecreëerd. De westelijke beek heeft een kronkelend verloop over het gehele perceel naar achteren toe met langs de noordelijke oever de reeds vermelde Ridderlaan. Vanaf deze laan lopen verschillende zichtlijnen in zuidelijke richting over de beek, die op de zuidelijke oever is beplant met solitairen en boomgroepen. De beplanting accentueert het reliëf van de oever. Ter hoogte van de brug over de beek is een zicht naar het noorden toe over het zakvormige weiland. De beek eindigt voor een hoge kunstmatig opgeworpen heuvel, de Wijnberg genaamd, in een grote driehoekige vijver met eilandje. Vanaf de Wijnberg een zicht over de achterliggende weilanden oorspronkelijk naar de in chaletstijl gebouwde boerderij 'Wildenburg', die in 1934 is afgebroken waarvan alleen twee boomgroepen resteren.

Waardering HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG behorende tot de buitenplaats Groeneveld van algemeen belang

- als representatief voorbeeld van een gaaf bewaard gebleven grootschalige aanleg in landschapsstijl, waarin een paar 18de-eeuwse formele elementen gehandhaafd zijn en die als zodanig een voorbeeld is van een aanleg in landschapsstijl met een formele basis;

- vanwege de vrij gaaf bewaarde 18de-eeuwse hoofdas en een deel van het formele lanen- en grachtenpatroon;

- vanwege het belang voor de geschiedenis van tuin- en landschapsarchitectuur;

- vanwege de functioneel-ruimtelijke samenhang met de andere onderdelen van de buitenplaats.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
511772
Complexnaam
Groeneveld
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Omschrijving van het complex In structuur en deels in detail gaaf bewaarde buitenplaats met HOOFDGEBOUW (1), HISTORISCHE TUIN- EN PARKAANLEG (2), ORANJERIE (3), KOETSHUIS (4), BRUG MET TOEGANGSHEK naar voorplein (5), JAGERSHUIS/BOERDERIJ 'DE OSSENSTAL' (6), TUINMUUR (7), IJSKELDER (8), BOERDERIJ 'RAVESTEIN' MET BAKHUIS (9). Ten westen van de dorpskern Baarn aan de weg van Soestdijk naar Eemnes Binnen ligt de historische buitenplaats Groeneveld op een langgerekt perceel haaks op de Amsterdamsestraatweg. In 1671 kocht Andries Mamuchet deze strook grond ten zuiden van de ridderhofstede Drakenburg, waarop in 1702 door zijn zoon Marcus Mamuchet van Houdringe de buitenplaats Groeneveld werd gesticht, bestaande uit een 'moderne huijsinghe, een bassecour, stallen, een koetshuijs, tuijnmans- en boerenwoningen, mitsgaders orangerie, met respectieve tuijnen en boomgaerden, bosschen, allees, wandelingen en weijlanden' (1735). De huisplaats lag centraal op de hoofdas op een rechthoekig omgracht terrein en binnen een eenvoudige formele structuur bepaald door het langwerpige kavelpatroon. Door de omgrachting kreeg het huis een riddermatig karakter. In de tweede kwart van de werd het buiten uitgebreid met twee gebogen vleugels. De inrichting van de buitenplaats, zoals aangegeven op de 'Kaart van de Hofsteeden Groeneveld en Ravestyn' gemaakt door H. Stoopendaal in 1763, werd bepaald door de lange as van symmetrie, de rechthoekige omgrachting en het formele lanenstelsel. Aan de overzijde van de weg lag de overtuin met sterrenbossen, die tussen 1763 en 1795 werd verkocht. Op de kaart staat een slingerbosje getekend als eerste aanduiding van een landschappelijke element. Vanaf 1786 werd het park omgevormd in vroege landschapsstijl, waarvan een gedetailleerde beschrijving op een veilingaffiche van 1795 getuigt. Er was een Chinese brug, een waterval, kronkelende vijvers, een menagerie, 'slingerbosschen en nieuw aangelegde Engelsche plantsoenen' (zie verkoopaffiche 1797 en de kadastrale kaart van 1832). Tijdens de bewoning door familie Huydecoper is het park rond 1836 opnieuw gewijzigd in een meer natuurlijk aandoende landschapsstijl waarschijnlijk door J.D. Zocher jr., die de rechthoekige omgrachting tot een slingerende waterloop heeft vergraven, zodat de suggestie van een lange slingerende rivier werd gewekt (zie topografische kaart 1926, die de situatie van ca.1880 aangeeft). Tot WOII is de buitenplaats in het bezit van particuliere eigenaren, waarna in 1938 Staatsbosbeheer het goed aankoopt en openstelt voor publiek. Tussen 1977 en 1982 zijn huis en park gerestaureerd.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De omgrenzing wordt bepaald door de Amsterdamsestraatweg (oost), de spoorbaan van Baarn naar Hilversum (zuidwest), de inrichting Nieuwenoord (west). Aan de zuidzijde grenst Groeneveld aan het landgoed Buitenzorg.

Waardering De HISTORISCHE BUITENPLAATS is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinhistorisch belang

- vanwege het hoofdgebouw, dat een vrij zeldzaam en representatief voorbeeld is van een corps de logis met gebogen zijvleugels;

- vanwege de historische tuin- en parkaanleg in landschapsstijl uit het einde van de 18de- en de eerste helft van de 19de eeuw, waarin een enkel formeel element, zoals de oprijlaan, bewaard is gebleven;

- vanwege het gaaf bewaarde 18de-eeuwse ensemble van hoofdgebouw met bijgebouwen;

- als groene buffer tussen de verstedelijkte gebieden Baarn en Hilversum;

- vanwege de visuele samenhang tussen de complexonderdelen.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Historische aanleg Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Groeneveld 2 3744 ML Baarn BY Ja
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
C 1456 Baarn
C 135 Baarn
C 1410 Baarn
C 1450 Baarn
C 1315 Baarn
C 1454 Baarn
C 1453 Baarn
C 1449 Baarn
C 1452 Baarn
C 1451 Baarn
C 804 Baarn
Naar boven