De DWARSHUISBOERDERIJ is boven een grijsgepleisterde plint in rode baksteen opgetrokken onder een hoog zadeldak met wolfeinden, windveren en een makelaar, gedekt met rode muldenpannen (bedrijfsgedeelte) en bouletpannen (voorhuis). De vensters zijn onder strekken geplaatst en voorzien van betonnen waterdorpels en op de begane grond behangen met luiken.

In de voorgevel van het dwarshuis (O) is het middenrisaliet opgetrokken onder een geveltop met een overstekend wolfeind op korbelen. Daaronder bevinden zich op de begane grond een deur met zesruits bovenlicht en twee vensters met achtruits bovenlichten. In de geveltop twee achtruits vensters en in de gevelvlakken aan weerszijden van het risaliet twee zestienruits vensters.

In de linker zijgevel van het dwarshuis (Z) zijn ook nog twee zestienruits vensters geplaatst, waarvan één met achtruits bovenlicht. In de geveltop een roosvenster, in de geveltop van de rechter zijgevel een luik.

Het bedrijfsgedeelte is voorzien van getoogde zesruits stalvensters met gietijzeren kozijnen en betonnen waterdorpels. In de achtergevel (W) een getoogde baander en drie staldeuren onder rondbogen, met witgepleisterde aanzetstenen. De baander wordt geflankeerd door kleine zesruits rondboog vensters, het luik erboven door roosvensters.

Waardering

De dwarshuisboerderij is van cultuur-, architectuurhistorisch en stedebouwkundig belang vanwege:

- de oorspronkelijke functie van exploitatieboerderij

- de ruimtelijke en functionele samenhang met de pastorie en schuur op het erf

- het bijzondere boerderijtype

- de beeldbepalende ligging van de boerderij aan het einde van de oprijlaan met bomen