Inleiding

BOERDERIJ in aanleg 18e-eeuws maar in 1851 verbouwd waarbij jaartalankers zijn aangebracht in de achtergevel. De boerderij is een voorbeeld van een hallehuis-type met achterbaander. De boerderij is in 1972 in opdracht van I.L. Stijnen met zorg verbouwd tot woonhuis. Het restauratieplan werd opgemaakt door het Bureau Monumentenzorg van de Provincie Drenthe. Met de uitvoering werd Fa. J.H. Linneman belast.

Omschrijving

Boerderij gebaseerd op rechthoekige grondslag met enkele krimpen en opgetrokken in baksteen; gedekt door een afgewolfd rietdak met gevlochten nok; schoorsteen. Gevelopbouw negentiende eeuws metselwerk; vlechting; staafankers. Zuidgevel van het woonhuis maakt een sprong naar buiten en heeft een dakoplichting; 9- en 12-ruits schuiframen; in de oplichting van het dakvlak een 4-ruits zolderraam. Voorgevel woonhuis met 15-ruits schuiframen en twee 2-ruits kelderramen en twee 4-ruits zolderramen; noordgevel woonhuis met 15-ruits schuiframen, houten deur met 6-ruits bovenlicht afgedekt door een rollaag. Achtergevel met getoogde inrijdeur op negentiende eeuwse wijze geplaatst in het vlak van de achtergevel; aan weerskanten een stalvenster en mestdeuren; boven de inrijdeur jaartalankers; zijgevels schuur met tot raam verbouwde stalvensters en mestdeuren.

Waardering

Boerderij van cultuurhistorisch belang vanwege de ontwikkeling van het boerderij-type; van architectuurhistorisch belang vanwege de vormgeving en het materiaalgebruik. Tevens van belang als hoofdelement van het boerderijcomplex.