NIEUWSTADSKERK, thans R.K. van St. Johannes de Doper. Driebeukige, kleine hallenkerk, overwelfd met stenen kruisgewelven op zeer zware pijlers en voorzien van een kort, driezijdig gesloten koor. Hoge, westelijke toren met slanke, ingesnoerde naaldspits en topkoepeltje. Middenbeuk, rechte gedeelte van het koor en onderste drie geledingen van de toren, XIVa; verhoging toren, XVb; absis, 1459; zijbeuken in gedeelten, XV B - XVI A.

Inventaris: vier verminkte koperen kronen (XVII) en één grote (XVIII). Klokkenstoel met gelui van drie klokken, waarvan één van een anonieme gieter, 1443, diam. 71 cm., één van W. Wegewaert, 1565, diam. 146,6 cm. (Gelast) en één van G. Moer, 1465, diam. 98,3 cm. Mechanisch torenuurwerk B. Eijsbouts, Asten, 1922, nr. 760, later voorzien van elektrische opwinding. Orgel met Hoofdwerk en Onderpositief, in 1818 gemaakt door J.W. Timpe met gebruikmaking van ouder pijpwerk. Eenklaviers Kabinetorgel, maker onbekend, laat 18e eeuws. De huidige, moderne, orgelkas heeft geen monumentale waarde.