Monumenten in Nijmegen
Als een geheel ontworpen hoekcomplex van drie bouwlagen, van gebogen vorm,met 14 assen. Oorspronkelijk als schoon metselwerk behandelde gevels, waarvan alleen die van Molenstraat 103 nog in oorspronkelijke toestand is: alleandere kort na de eeuwwisseling gestuct.
Oorspronkelijk gebouwd als kantoor voor de Maas-en-Waalse Bank met twee winkels op de begane grond. Bakstenen pand van drie bouwlagen, waarvan de begane grond geheel gewijzigd is. Bovengevel heeft middenrisaliet met topgevel: ter weerszijden daarvan drie assen met drie gekoppelde vensters.
Oorspronkelijk woonhuis. Pui gewijzigd. Bakstenen pand van drie bouwlagen met pannengedekt schilddak evenwijdig aan de straat. Drie-assig. De ramen op de eerste etage zijn hoog en langwerpig: die op de tweede verdieping zijn lager. Alle kozijnen zijn vernieuwd. Bouwtijd: 18de eeuw.
Pand van drie bouwlagen onder een dak met omlopende dakschilden. De voorgevel is opgetrokken in baksteen metselwerk en wordt beëindigd door een geprofileerde gootlijst op klossen.
Smal pand in twee bouwlagen met pannengedekt schilddak. Benedenpui gewijzigd: op de etage twee vensters met gemetselde segmentbogen met gestucte sluitsteen. In de brede kroonlijst later aangebrachte gedenksteen van Mgr. F. Hamer(1840-1900).
Breed bakstenen pand in drie bouwlagen, drie-assig. Beneden geheel gewijzigde winkelpui, daarboven drie-assige opbouw gevat in een structuur van halverwege aanzettende lisenen met een bovenafsluiting van gekoppelderondboogjes.
Pand van drie bouwlagen onder plat dak, met een schijnkapje aan de voorzijde. Het pand bestaat uit een voor- en achterhuis. De drie traveeën brede voorgevel aan de Molenstraat is opgetrokken in baksteen metselwerk en wordt afgesloten door een bewerkte bakgoot op klossen.
Pand van drie bouwlagen onder een schilddak met de nok evenwijdig aan de voorgevel. Het dak is gedekt met kruispannen. De vier traveeën brede voorgevel is opgetrokken in baksteen metselwerk en wordt afgesloten door een hoofdgestel en boven de middelste twee traveeën door een Vlaamse gevel.
De Petrus Canisiuskerk bestaat uit een laat negentiende eeuws priesterkoor met transept (oudbouw) en een vroeg naoorlogs schip met voorbouw (nieuwbouw).
Onderkelderde woning in drie bouwlagen onder een met leien gedekt schilddak, waarop aan de straatzijde drie dakkapellen staan. In baksteenopgetrokken, met natuurstenen banden en geprofileerde lijsten tussen de etages, aangebracht ter hoogte van de vensterdorpels.
Drie assen brede gevel in vier bouwlagen: de onderpui is ingrijpend gewijzigd. Gepleisterde baksteengevel met stucversieringen, kroonlijst en met tympaan gekroonde dakkapel. Schilddak gedekt met pannen.
Het pand heeft vier bouwlagen onder een plat dak. Aan de voorzijde bevindt zich ter plaatse van de vierde bouwlaag van het linker gedeelte een dakschild met leien in maasdekking en een getoogde houten dakkapel met stolpraam en bovenlicht.