Vuurtoren Westhoofd, Ouddorp

Inleiding

Naar traditionalistisch ontwerp van architect G.W. Friedhoff (rijksbouwmeester van 1946-1957) opgetrokken VUURTOREN Westhoofd met bijbehorende en naastgelegen KELDER (ook wel 'bunker' genaamd), gelegen in de duinen aan de westzijde van het eiland Goeree-Overflakkee. De vuurtoren werd door Friedhoff (als particulier architect in samenwerking met het Bureau Loodswezen) ontworpen en werd gebouwd in 1947-1948. De toren verving de oude vuurtoren van gewapend beton uit 1911 naar ontwerp van ir. B.A. Verhey (waarvan de voorganger een gietijzeren toren uit 1862 was). Deze toren werd op 4 mei 1945 opgeblazen door de Duitsers. Het puin van de verwoeste toren is gebruikt voor verharding van de toegangsweg naar de nieuwe toren. De bij de oudere toren behorende torenwachterswoningen liggen op enige afstand ten zuid-oosten van vuurtoren Westhoofd. De vuurtoren weerspiegelt de opvattingen van Friedhoff met betrekking tot de Nederlandse overheidsarchitectuur, waarbij 'spaarzaamheid' en een 'zekere trotse representativiteit gekoppeld aan architectonische kwaliteit' samengaan. Friedhoff heeft de vrij in het duinlandschap staande toren een waardig en duurzaam karakter gegeven door de strakke vormgeving in baksteen in combinatie met de toepassing van prefab betonnen onderdelen en de door Italiaanse voorbeelden geïnspireerde stilering en detaillering van de robuuste torenschacht die waakzaamheid en trots op de herwonnen zelfstandigheid moet uitstralen. Korte tijd na oplevering werd de toren vanwege vochtdoorslag voorzien van een afwerklaag die thans (2009) in een bruin-rode tint is geschilderd. Een aantal betonnen en stalen vensters is vervangen in kunststof. Op de lantaarn van de toren is een radarinstallatie geplaatst en centraal in de toren is in de jaren '80 van de twintigste eeuw een personenlift geplaatst die een eenvoudig goederenliftje verving. Het vuurtorenlicht is inmiddels volledig geautomatiseerd. De naast de toren gebouwde garages vallen buiten de bescherming van rijkswege.

Omschrijving

De onderkelderde en zeven verdiepingen hoge VUURTOREN heeft een ca. 52 meter hoge vierkante schacht. De zich naar boven toe verjongende schacht kraagt ter hoogte van de bovenbouw weer wat uit, hetgeen geaccentueerd wordt door drie betonnen banden en de betonnen rand van de borstwering van de omloop. De schacht van de toren bestaat uit een betonskelet bekleed met een rode baksteen, dat voorzien is van diverse betonnen elementen zoals de verdiepingsvloeren en prefab vensters van beton en/of staal. Op de schacht is een achtzijdige betonnen bovenbouw met daarop een twaalfzijdige glazen lantaarn met koperen kap geplaatst. In de lantaarn bevindt zich op 56 meter hoogte het 5,2 miljoen candela sterke vuurtorenlicht dat 30 zeemijlen ver zichtbaar is. De toren is toegankelijk middels een wat terugliggende getoogde entree. In de zijden van de schacht zijn kleine, ten opzichte van elkaar verspringende vensters geplaatst en in de uitkraging drie kleine vensters per zijde. Aan de binnenzijde van de buitengevels lopen betonnen steektrappen met terrazzo treden omhoog. In de betonnen bovenbouw en lantaarn bevinden zich stalen wenteltrappen. Op enkele verdiepingen zijn de tijdens de bouw ingebouwde houten kasten nog aanwezig, evenals een aantal oorspronkelijke houten deuren. De verdiepingen zijn voorzien van betegelde vloeren en de wanden zijn opgetrokken in schoon metselwerk. In de voorgevel zijn twee bronzen plaquettes aangebracht die herinneren aan de eerste steen legging door G.J.P. Tissot van Patot op 8 september 1947 en de verwoesting van de vorige toren op 4 mei 1945. Iets ten zuiden van de toren is in het duin een KELDER (ook wel 'bunker' genaamd) ten behoeve van technische installaties gebouwd. De kelder is op maaiveldniveau voorzien van een schoorsteen in dezelfde vormgeving als de vuurtoren. De toegang tot de kelder bestaat uit een niet overdekte gang met gemetselde keermuren in rode baksteen, ook de gevel van de kelder is in deze steen opgetrokken. De wanden en plafonds zijn aan de binnenzijde gepleisterd.

Waardering

De VUURTOREN Westhoofd met bijbehorende KELDER is van algemeen belang als essentieel toonbeeld van de vroege Wederopbouw vanaf 1940 vanwege:

- de cultuurhistorische waarde, vanwege de indirecte herinneringswaarde aan de door oorlogshandelingen verwoeste voorganger van de toren en als vuurtoren uit het stelsel van de Nederlandse kustverlichting, waarbinnen dit de enige na-oorlogse toevoeging is;

- de architectuurhistorische waarde, die tot uitdrukking komt in de krachtige vormgeving, de evenwichtige verhoudingen en de verticaliteit van schacht en bovenbouw, en de betekenis als bijzonder object in het oeuvre van architect G.W. Friedhoff;

- de kenmerkende en robuuste vormgeving van de vuurtoren die 'waakzaamheid en trots' verbeeldt en die samenhangt met de herwonnen vrijheid na de Tweede Wereldoorlog;

- de cultuurlandschappelijke waarde door de vrije ligging in het duinlandschap en de (historische) belevingswaarde van de vuurtoren als landmark.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
530826
Provincie
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Vuurtoren Weg- en waterbouwkundige werken Kust- en oevermarkering oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Ouddorp In de duinen bij de Groenedijk Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Weg- en waterbouwkundige werken Kust- en oevermarkering
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
C 48 Goedereede
C 517 Goedereede
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1947 1948 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Friedhoff ; Zuid-Holland architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven