525461, Voorschoten

Inleiding

Vaste BRUG uit de tweede helft van de 19de eeuw is gelegen over het zuidoostelijke deel van de voormalige kasteelgracht, die vanaf de Horstlaan (Voorlaan) naar het voorplein van het jachthuis ter Horst leidt. In de literatuur wordt melding gemaakt van een ophaalbrug, maar op een afbeelding uit ca. 1650 is reeds sprake van een gemetselde boogbrug, die echter in de loop der tijd diverse malen is vernieuwd.

N.B. de landhoofden en het brugdek zijn vernieuwd in de tweede helft van de 20ste eeuw.

Omschrijving

Vaste lichtgebogen brug met vernieuwd houten brugdek, rust op betonnen landhoofden. Aan weerseinden bevinden zich smeed/gietijzeren brugleuningen, die bestaan uit pijlers en liggers met decoratief gekrulde uiteinden.

Waardering

De brug is van algemeen belang vanwege de cultuur-, architectuur- en tuinhistorische waarde. Gesitueerd in de hoofdas tussen het jachthuis en de Horstlaan is deze 19de-eeuwse brug ruimtelijk en functioneel een typologisch belangrijk element in de tuinaanleg van de historische buitenplaats Ter Horst.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
525461
Complexnaam
Ter Horst (De Horsten)
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

LANDGOED DE HORSTEN

Inleiding

Het historische landgoed DE HORSTEN bestaat uit een samenstel van drie complexen historische buitenplaatsen te weten EIKENHORST, TER HORST en RAAPHORST. De Horsten is op haar beurt onderdeel van een samenstel van buitenplaatsen zoals De Paauw, Backershagen en Groot Haesebroek, die in de 19de eeuw onder leiding van mw. A.P. Twent en met name Z.K.H. prins Frederik der Nederlanden zijn ontstaan. Ze liggen alle in de landgoederenzone aan weerszijden van de Rijksstraatweg en lopen door tot aan de Veurseweg. Ze bevinden zich zowel binnen de gemeentegrens van Wassenaar als van Voorschoten. Z.K.H. prins Frederik der Nederlanden (1797-1881), de tweede zoon van koning Willem I, verwierf in 1838 de landgoederen Raaphorst en Ter Horst en in 1846 Eikenhorst. Het zijn alle drie buitenplaatsen met een lange geschiedenis, die in het geval van Ter Horst en Raaphorst teruggaat tot de Middeleeuwen. In opdracht van de prins werkte de Duitse architect C.E.A. Petzold (1815-1891) vanaf 1854 aan de eenwording van de verschillende landgoederen door het gebruik van zichtassen en de aanleg van een zgn. "Umfahrungsweg" langs de verschillende bezienswaardigheden en huizen van de afzonderlijke buitenplaatsen. Hij maakte daarbij deels gebruik van de nog aanwezige formele elementen als vaarsloten en lanenstructuren. De bestaande vroeg-landschappelijke stijl van Zocher sr. en jr. werd door Petzold aangepast in een rijpere stijl. Hierdoor ontstond één van de grootste 19de-eeuwse landschapsparken in ons land, die tevens een hoogtepunt vormt in het oeuvre van Petzold, waarbij hij bovendien intensief samenwerkte met de eveneens uit Duitsland afkomstige H.H.A. Wentzel. In dat opzicht is tevens sprake van een vrij omvangrijk en uniek samenwerkingsproject. Op kleinere schaal is op vergelijkbare wijze de, eveneens in Wassenaar gelegen, buitenplaats Beukenhorst tot stand gekomen.

Omschrijving

Het uitgestrekte circa 450 hectare grote landgoed ligt binnen de gemeentegrenzen van Wassenaar en Voorschoten, tussen twee evenwijdig aan de Noordzee lopende strandwallen met daartussen een veenweidegebied met afwateringssloten. Het gebied wordt globaal begrensd in het noordoosten door de Papeweg, het noordwesten door de Rijkstraatweg, het zuidwesten door de weilanden en bossen nabij de Horst- en Voordelaan (de voormalige Laan van Duivenvoorde of Duivenvoordse Weg) en door de Horstlaan, het zuidoosten door de Veurseweg en deels ook door de spoorlijn. Het op Wassenaars grondgebied gelegen Raaphorst beslaat het noordelijke deel van het landgoed. Ten zuidwesten ervan ligt Eikenhorst. Hierbij wordt de Horstlaan als scheiding gehanteerd. Het zuidoostelijk deel van het landgoed ligt binnen de gemeentegrens van Voorschoten en omvat de buitenplaats Ter Horst. Het westelijke deel is een door binnenduinen enigszins geaccidenteerd terrein, overwegend bestaande uit duinbossen (eik,beuk), afgewisseld met enkele open gebieden, waar de landschappelijke aanleg het meest duidelijk herkenbaar is. Meer naar het oosten liggen de uitgestrekte weilanden. Enkele, vooral noordoostelijk gelegen, met elkaar verbonden broek(hakhout)bossen, vormen een verbinding met de bossen van Ter Horst. Het gedeelte ten zuidoosten van de spoorlijn heeft weer een overwegend agrarisch karakter met weilanden. De oorspronkelijke Middeleeuwse rechte verkavelingsstructuur is grotendeels gehandhaafd. De belangrijkste doorsnijding is de in ca. 1840 aangelegde spoorlijn Leiden-Den Haag. Belangrijke historische verbindingsassen tussen beide strandwallen zijn de Horstlaan, de Horst- en Voordelaan en de Papeweg.

Evenals de gehele binnenduinrand concentreert de bebouwing op de westelijke strandwal zich overwegend aan de zuidoostrand van de strandwal, op de overgang van zand naar het lager gelegen veen. Ter Horst ligt op een natuurlijke verhoging ofwel zandopduiking van een smalle strandwal.

Waardering

Het historische landgoed De Horsten is van algemeen belang vanwege de cultuur-, architectuur- en tuinhistorische waarde als belangrijk voorbeeld van een compositorisch samenstel van drie in oorsprong oudere buitenplaatsen met een historische bebouwing en beplanting die in de negentiende eeuw door Z.K.H. prins Frederik der Nederlanden samengevoegd zijn tot één groot landgoed naar ontwerp van C.E.A. Petzold in de vorm van een omvangrijk park in Landschapsstijl. Hiervan is de parkaanleg in hoofdlijnen goed bewaard gebleven met, de voor het oeuvre van de tuinarchitect C.E.A. Petzold kenmerkende, rondwandelingen en beplanting. Tevens zijn de oudere 17de- en 18de-eeuwse elementen met waterstructuren en padenpatronen op elk van de afzonderlijke buitenplaatsen voor een deel nog herkenbaar bewaard gebleven.

Het historische landgoed De Horsten is van algemeen belang vanwege de ensemble- en landschappelijke waarde als onderdeel van het omvangrijke bezit aan buitenplaatsen van Z.K.H. prins Frederik der Nederlanden, die door C.E.A. Petzold tot één totaalconcept in Landschapstijl zijn samengevoegd, waarbij met name de zgn. "Umfahrungsweg" een bindend element is. Tevens is het van belang als onderdeel van de omvangrijke landgoederenzone die zich uitstrekt aan weerszijden van de Rijksstraatweg tot aan de Veurseweg.

Het historische landgoed De Horsten is van algemeen belang vanwege de bijzondere plaats die het inneemt binnen het oeuvre van een aantal vooraanstaande 19de-eeuwse architecten, met name die van C.E.A. Petzold en H.H.A. Wentzel en van J.D. Zocher sr. en jr.

De verschillende gebouwde en landschappelijke elementen van het historische landgoed De Horsten zijn van algemeen belang vanwege de architectuur- en tuinhistorische waarde als gave en representatieve voorbeelden uit de betreffende periode van bouw of aanleg en vanwege hun onderlinge ruimtelijke en functionele relatie.

Gezien bovengenoemde cultuur-, architectuur en tuinhistorische waarden is sprake van grote zeldzaamheidswaarde.

COMPLEX TER HORST

Inleiding De HISTORISCHE BUITENPLAATS 'TER HORST' met JACHTHUIS (H1), PARK- en TUINAANLEG (H2),KOETSHUIS met ORANGERIE (H3), een blok van drie DIENSTWONINGEN (H4), een TOEGANGSHEK met HEKPIJLERS (H6), drie GRENSPALEN (H7, H8, H9), een TUINMUUR met HEKPIJLERS en twee TOEGANGSHEKKEN (H10), (WATER)POMP (H11), BRUG tegenover het jachthuis (H12), BRUG over de Horstlaan (H13), twee TUINORNAMENTEN (H14) en een ZOMERHUIS (H15) maken deel uit van het historische landgoed DE HORSTEN. De Horsten, waarvan eveneens de historische buitenplaatsen Raaphorst en Eikenhorst deel uitmaken, is op haar beurt onderdeel van een samenstel van buitenplaatsen, die in de 19de eeuw onder leiding van mr. P.A. Twent en prins Frederik zijn ontstaan. Ter Horst sluit aan op het grote - van rijkswege beschermde - historische landgoed van kasteel Duivenvoorde (mon.nr. 46974), dat tezamen met de Horsten binnen een omvangrijk buitenplaatsengebied ligt.

Het in oorsprong Middeleeuwse adellijke kasteel Ter Horst dankt zijn huidige verschijningsvorm grotendeels aan veranderingen die in de late achttiende en negentiende eeuw zijn doorgevoerd in parkaanleg en bebouwing. De oudste vermelding van het kasteel Ter Horst, dat zou zijn gebouwd door Philips van Wassenaer, stamt uit 1203. De benaming "horst" verwijst naar de zandige verhoging in het landschap, waarop het kasteel is gebouwd. Het toenmalige kasteel werd in 1393 en 1420 verwoest. Tot 1523 bleven de Van Wassenaers eigenaar van Ter Horst. Na het overlijden van Jan II in dat jaar werd het goed geërfd door diens dochter Maria, die huwde met Jacques de Ligne. In 1615 verkocht Lamoraal de Ligne het huis Ter Horst aan Pieter van Ruytenborgh. Na zijn overlijden in 1627 werd diens dochter Christina eigenaresse. Zij (her)trouwde met Reinier Pauw, de broer van de raadspensionaris en liet in 1631 een nieuw huis bouwen. Op 10 mei 1700 liet Johan Pauw, Heer van Reynenburg, Ter Horst openbaar verkopen, waarna het in handen kwam van mr. Frederik Sluysken. In zijn opdracht werden het nog bestaande koetsgebouw en de waterpomp gemaakt. Zijn kleinzoon Frederik Sluysken, Heer van ter Horst, verkocht het huis omstreeks 1753 aan Jacob Jan de Blocq van Kuffeler, gedeputeerde ter Generaliteitsrekenkamer van de provincie Friesland. In 1766 werd mr. Iman Cau, oud-burgemeester van Zierikzee eigenaar van 'de Hofstede Ter Horst', waarna diens zoon mr. Jan Jacob Cau de riddermatige hofstede in 1806 erfde.

Diverse 17de- en 18de-eeuwse tekeningen en kaarten (o.a. Koninklijk Huisarchief) geven een indruk van het toenmalige huis en de omvangrijke formele parkaanleg. De 17de- en deels ook 18de-eeuwse hoofdstructuur van deze aanleg is in hoofdlijnen nog steeds herkenbaar, waaronder de omgrachting van de percelen, de diverse rechthoekige en ronde waterpartijen, de assenstelsels met lanen, zoals die in het sterrenbos voorkomen. Ook de belangrijke noord-oost/zuidwest lopende as, die voor het jachthuis langs loopt en uitkomt bij een ronde waterpartij is bewaard.

In 1838 kocht Z.K.H. Prins Frederik der Nederlanden (1797-1881), de tweede zoon van koning Willem I, Ter Horst middels een veiling van de nazaten van Cau. Het werd omschreven als 'de Hofstede Ter Horst, met Heerenhuizing, Oranjerie, Stallingen, Tuinmanshuis, enz. benevens vier boerenwoningen, waarvan drie vòòr de plaats en één achter de plaats gelegen'. In dezelfde periode verwierf de prins tevens Raaphorst en De Paauw.

Met gebruikmaking van restanten van het 17de-eeuwse buiten liet Prins Frederik voor zijn dochter, Marie prinses van Wied, een kleiner jachthuis bouwen in Neogotische stijl met invloeden van de Willem II-gotiek. De ontwerptekeningen van de Haagse architect J.W.F. Mouton dateren uit 1863 (tekeningen Koninklijk Huisarchief), maar er zou evenals aan het interieur tot in 1876 aan zijn gewerkt. Uit dezelfde periode stamde een niet meer bestaande folly op de oosthoek van de buitenplaats, die was opgetrokken als kasteeltorentje in Neogotische trant. Vanaf 1854 heeft de Duitse landschapsarchitect C.E.A. Petzold, als onderdeel van het totale bezit van prins Frederik, Ter Horst middels de 'Umfahrungsweg' geïntegreerd, zonder dat afbreuk werd gedaan aan het eigen karakter van de buitenplaats. Met behoud van de oorspronkelijke aanleg en de structuur met hoofdassen vond een aanpassing in landschapstijl plaats, die zich in hoofdzaak concentreert direct rondom het jachthuis.

Ter begrenzing van zijn (jacht)gebied heeft prins Frederik op de diverse hoeken van zijn bezit zogenaamde jachtpalen laten plaatsen, waarvan een gedeelte nog op zijn oorspronkelijke plaats staat, zoals de jachtpalen langs de Veurseweg, die de zuidoostelijke grens markeerden van zijn grond/jachtgebied. Na het overlijden van prins Frederik in 1881 werd Ter Horst eigendom van zijn dochter, Marie prinses van Wied. Uit haar nalatenschap heeft koningin Wilhelmina Ter Horst in 1903 gekocht, waarna het als onderdeel van De Horsten in het bezit is gebleven van het Koninklijk Huis (prinses Juliana). Sindsdien hebben enige aanpassingen plaatsgevonden, die het karakter van de buitenplaats niet hebben aangetast. Zo is een dienstwoning aan het begin van de Horstlaan, tezamen met enkele dienstwoningen langs de Rijksstraatweg, omstreeks 1927 vernieuwd. In de jaren '60 en '70 is het toegangshek langs de Veurseweg verplaatst naar de huidige entree van de buitenplaats. Hier verrees tevens een nieuwe dienstwoning.

Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex, alsmede de aanduiding van de verschillende onderdelen, aangegeven.

Omschrijving

De historische buitenplaats Ter Horst wordt ten zuidoosten voor een deel begrensd door de spoorlijn Den Haag-Leiden, die de buitenplaats deels ook doorsnijdt; aan de zuidwestzijde door de Horstlaan, grenzend aan de van rijkswege beschermde historische buitenplaats Duivenvoorde, en deels ook het beloop van de Horstlaan kruisende sloot volgend tot waar deze aansluit op de Horst en Voordelaan (Duivenvoordseweg). De noordwestelijke begrenzing wordt gevormd door de Schenkwetering als gemeentegrens, tot voorbij Stalpershout, dat tezamen met enige weilanden de noordoostelijke begrenzing vormt van Ter Horst.

Vanaf de Veurseweg loopt een licht gerende oprijlaan (Horstlaan) naar het jachthuis (H1), dat op een omgracht terrein is gelegen. De oprijlaan (oorspronkelijk: Voorlaan) gaat in zuidwestelijke richting om het jachthuis heen, richting de Rijksstraatweg (oorspronkelijk: Achterlaan), waar deze uitkomt bij een dienstwoning op de aangrenzende buitenplaats Eikenhorst. Aan het begin van de oprijlaan, staat op de hoek met de Veurseweg een dienstwoning. Er tegenover staat in de berm een jachtpaal (H7). Een tweede exemplaar staat op de hoek van het Laantje van Wissen en de Veurseweg (deze valt buiten de complexomschrijving). Ten zuidoosten van de spoorlijn wordt de oprijlaan geflankeerd door twee haaks op elkaar aansluitende sloten, die een voorplein¿markeren. Het omgrachte jachthuis (H1) ligt ten zuid-oosten van een bassecour, waar aan de zuidwestzijde een koetshuis met oranjerie (H3) staat en aan de noordoostzijde het blok dienstwoningen (H4). Het jachthuis ligt aan het voorplein met de voorgevel naar het zuidoosten gericht, richting de Veurseweg en is toegankelijk via een vaste brug (H12) met aan weerszijden een tuinornament (H14). N.B. De ruimte ervoor was oorspronkelijk open, maar is anno 1997 door beplanting met coniferen, afgeschermd van de spoorlijn (aangelegd ca. 1843). Ten noordoosten van het jachthuis ligt een kleine formele tuin met waterpomp (H11), welke is ingepast in een bescheiden landschappelijke aanleg rond het huis. De omgrachting, met ten zuidwesten van het jachthuis een tweede brug (H13), is het middendeel van een groter rechthoekig, vrijwel geheel door sloten en brede singels begrensd tuingedeelte. De in oorsprong formele tuin ten zuidwesten van het huis wordt deels begrensd door sloten en deels door een tuinmuur, waarvan één toegangshek (H10) in een voor het huis langs lopende hoofdas ligt. Erachter bevindt zich een moestuin met boomgaard en waterpartij. Dit tuingedeelte wordt doorsneden door een pad, dat tegenwoordig als entree van Ter Horst fungeert. De entree ervan wordt gemarkeerd door twee hekpijlers (H6), die oorspronkelijk de entree bij de Veurseweg aangaven. De twee jachtpalen (H8, H9) langs het pad staan vermoedelijk ook niet op hun oorspronkelijke plaats. Ten westen van het jachthuis, langs de Horstlaan, aan de rand van het oude sterrenbos staat ten westen van een verbouwde boerderij een vermoedelijk 18de-, danwel 19de-eeuws zomerhuis (H15).

N.B. Buiten de bescherming van rijkswege vallen de opstallen van Horstlaan 2, 3, 4, 4a, 14 en de kassen van de kwekerij.

N.B. Het toegangshek stond oorspronkelijk aan het begin van de Horstlaan, nabij de dienstwoning Horstlaan 2 aan de Veurseweg, maar is in de jaren '70 van de 20ste eeuw verplaatst naar de huidige lokatie, nabij Horstlaan 3.

Waardering

De historische buitenplaats Ter Horst is van algemeen belang wegens de cultuurhistorisch waarde als belangrijk voorbeeld van een in oorsprong Middeleeuws kasteel met bijgebouwen en een park- en tuinaanleg, welke in de negentiende eeuw is geïntegreerd in het omvangrijke landgoed van Z.K.H. Prins Frederik.

De historische buitenplaats Ter Horst is van algemeen belang wegens zijn tuinhistorische waarde als belangrijk onderdeel van een omvangrijk park in Landschapstijl naar het ontwerp van C.E.A. Petzold, dat deel uitmaakt van de buitenplaats De Horsten. Hiervan is de parkaanleg in Landschapsstijl in hoofdlijnen goed bewaard gebleven met de voor het oeuvre van de tuinarchitect C.E.A. Petzold kenmerkende waterpartij, rondwandelingen en beplanting. Tevens is de 17de- en 18de-eeuwse Formele en Vroeg-Landschappelijke aanleg met lanenstructuren en waterpartijen voor een deel ook nog herkenbaar. Als zodanig is er sprake van zeldzaamheidswaarde.

Ter Horst is een onderdeel van de omvangrijke buitenplaats De Horsten, dat op zijn beurt één geheel vormt met onder meer De Paauw, Backershagen en Groot Haesebroek. Als zodanig neemt het een belangrijke plaats in binnen het oeuvre van C.E.A. Petzold, die hier één totaalconcept in Landschapsstijl heeft weten te creëren met onder meer een 'Umfahrungsweg'. In dit opzicht is tevens sprake van zeldzaamheidswaarde.

De historische buitenplaats Ter Horst met zijn gebouwde elementen is van algemeen belang wegens cultuur- en architectuurhistorische waarde als gaaf en representatief voorbeeld van een buitenplaats waarvan de 17de-eeuwse hoofdopzet, waarbij de gebouwen zijn gegroepeerd rondom een bassecour nog duidelijk herkenbaar is.

Het jachthuis is van algemeen belang vanwege de architectuurhistorische waarde, omdat het een zeer gaaf en relatief zeldzaam voorbeeld is van een Neogotisch jachthuis met invloeden van de Willem II-gotiek uit het derde kwart van de 19de eeuw. Het interieur, dat deels samengesteld is uit oudere interieuronderdelen en elementen in Neostijlen, geeft een zeer gave en complete indruk van een in die periode tot stand gekomen interieur. Het ontwerp neemt een bijzondere plaats in in het oeuvre van de architect J.W.F. Mouton.

De bouwkundige en landschappelijke complexonderdelen zijn gaaf in hoofdvorm, materiaalgebruik en detaillering, voor zover van toepassing, zowel het in- als uitwendige.

Ter Horst is van algemeen belang vanwege de hoge ensemblewaarde, die wordt bepaald door de bijzondere stilistische, functionele en ruimtelijke samenhang van de verschillende complexonderdelen, in het bijzonder de situering van de diverse complexonderdelen binnen een omgrachting aan een bassecour en de situering van het jachthuis temidden van een landschappelijke parkaanleg, die is ingepast binnen een meer formele structuur.

Ter Horst is van algemeen belang vanwege de cultuurhistorische waarde, omdat het huidige aanzien, mede bepaald is door toedoen van prins Frederik, tweede zoon van koning Willem I, die met zijn omvangrijke grondbezit een belangrijk stempel heeft gedrukt op het huidige karakter van lommerrijke buitenplaatsen van Wassenaar en Voorschoten.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Voorschoten BY Horstlaan 12, Voorschoten , Voorschoten Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Kastelen, landhuizen en parken Tuin, park en plantsoen
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 11592 Voorschoten
B 10751 Voorschoten
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1860 1900 vervaardiging
Naar boven