Inleiding

HOOFDTRAPPENHUIS van het Laboratorium voor Algemene en Analytische Chemie van de Technische Hogeschool, bekend als het gebouw voor Scheikundige Propedeuse, gebouwd naar ontwerp van rijksbouwkundige J.A.W. Vrijman in de stijl van de Overgangsarchitectuur en in gebruik genomen in 1923.

Omschrijving

Het hoofdtrappenhuis bevindt zich in een part bouwvolume en is volledig bekleed met bouwkeramiek in overwegend groen/gele kleur. De rechtgesloten toegangen tot het trappenhuis op de begane grond en op de verdieping hebben keramische kozijnen en omlijstingen van decoratieve reliëftegels. De constructieve onderdelen, zoals de balkenlaag en dragende kolommen zijn eveneens omkleed met bouwkeramiek. De kolommen verbreden zich ter hoogte van de kapitelen, die bestaan uit reeksen van vier sierranden en een voluutvormige overgang naar de verbreding. De vloer bestaat onder meer uit natuurstenen tegels in een geometrisch patroon. De dichte borstweringen zijn boven en beneden afgesloten met bruine sierranden en een zeer brede, bruine handlijst vormt de dekking van de wering. De wanden zijn betegeld met een blauwe lambrizering, een afsluitende rand en een betegelde wand, die afgesloten wordt met een decoratieve sierrand langs het gestucte plafond. De vijf smalle, langgerekte vensters in de zuidgevel zijn driedelig en bevatten gebrandschilderde glazen met voorstellingen met scheikundige instrumenten. In de noordgevel drie rechtgesloten vensters met houten kruisramen. Het gekleurde glas-in-lood heeft in de bovenramen decoratieve fantasiemotieven.

Waardering

Het hoofdtrappenhuis van het gebouw Algemene en Analytische Chemie van de Technische Hogeschool, bekend als gebouw voor Scheikundige Propedeuse naar ontwerp van rijksbouwkundige Vrijman in de stijl van de Overgangsarchitectuur is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde

- vanwege de ruimtelijke kwaliteit;

- vanwege het bijzondere materiaalgebruik (bouwkeramiek)

- vanwege de detaillering, die een zeer hoge mate van gaafheid heeft.