Inleiding complexonderdeel 2

KOETSHUIS, behorend bij de buitenplaats Frisiastate, in Nieuw Historiserende stijl met invloed van de Neo-Hollandse Renaissance en de Engels Landhuisstijl uit 1910 naar een ontwerp van de architecten Z. Hoek en J.T. Wouters. Opdrachtgever was de uit Rotterdam afkomstige E.P. de Monchy.

Omschrijving

Het koetshuis heeft een U-vormige plattegrond en bestaat uit een, deels over twee bouwlagen opgetrokken, hoofdvolume met doorrit en bovenwoning en twee lage stalgebouwen rond een plein, dat is afgesloten door een muurtje en een hek. Het tweelaagse middendeel van het hoofdvolume wordt gedekt door een mansardekap en de lagere zijvleugels door gebroken zadeldaken. Boven de stalgebouwen asymmetrische zadeldaken, waarvan de dakschilden met uitzwenkende dakvoet aan de pleinzijde zijn verlengd. De daken zijn belegd met leien in Maasdekking. Net als bij het landhuis zijn de gevels boven een hoge plint van bruine baksteen opgetrokken in rode baksteen in kruisverband. De hoeken van het pand zijn als steunberen uitgemetseld. De gevels zijn gedecoreerd met natuurstenen sierbanden en -blokken en relieftegels met Oriëntaals ornamentiek. In de topgevels van de stalgebouwen zandstenen reliefs met paardenkoppen. In de voor- en achtergevel (noord en zuid) van het tweelaagse gedeelte op de begane grond de doorrit met grote deuren onder rondbogen, geflankeerd door vensters met halfrond bovenlicht. Op de verdieping dubbele zesruits vensters van de woning. In de lage zijvleugel aan de westzijde een inrijdeur onder rondboog en in de geveltop een hooiluik met hijsbalk. De deur naar de bovenwoning bevindt zich in de oostelijke zijvleugel, waarin op de begane grond een tuigkamer.

Voor de stalgebouwen aan weerszijden van het plein een veranda onder uitzwenkend dakschild dat rust op drie houten standvinken. Aan elke kant drie betegelde paardeboxen met houten lambrisering en horizontaal in tweeën gedeelde staldeur. Het plein tussen de stalgebouwen wordt afgesloten door een kniehoog muurtje en een hoger smeedijzeren hek met twee draaivleugels tussen gemetselde hekpijlers met natuurstenen dekplaat. Het plein is met klinkers in visgraatmotief bestraat.

Waardering

Het uit 1910 daterende koetshuis, behorend bij het landhuis Frisistate, is van algemeen belang vanwege de cultuur- en architectuurhistorische waarde

- als functioneel onderdeel van het complex, gebouwd naar analogie van historische buitenplaatsen.

- wegens de specifieke typologie, gebaseerd op historische voorbeelden en de Nieuw Historiserende bouwstijl met invloed van de Neo-Hollandse Renaissance en de Engelse Landhuisstijl, identiek aan die van het landhuis. Het koetshuis is nagenoeg gaaf in hoofdvorm, materiaalgebruik en detaillering. Inwendig zijn ondermeer de paardeboxen en een tuigkamer bewaard gebleven.

Het koetshuis bezit hoge ensemblewaarde als historisch-functioneel onderdeel van het complex Frisistate in relatie tot het landhuis.