`T Tweel, Terschuur

Inleiding

BOERDERIJ 't Tweel' gebouwd naar ontwerp uit 1927 van de architecten E. en F.J. VERSCHUYL uit Hilversum in GOOISE LANDHUISSTIJL. De boerderij ligt omringd door weilanden, landbouwgrond en bospercelen op een voormalig landgoed, destijds het bezit van de familie Kremers uit Hilversum. Het landgoed ligt ten zuiden van het dorp Terschuur en wordt door de Tweelweg ontsloten vanaf de Kallenbroekerweg. Nadat de oorspronkelijke boerderij op het landgoed door brand was verwoest werd opdracht gegeven tot de bouw van de huidige. De bij de brand gespaarde onderdelen werden in het nieuwe ontwerp verwerkt. De boerderij heeft een bijzondere, bijna U-vormige plattegrond onder een doorlopend rieten dak, waarin de verschillende bedrijfsruimten zoals koe- en paardenstallen zijn opgenomen. De hoofdvorm van de boerderij doet denken aan de Amsterdamse School-villa 't Reigersnest' in Oostvoorne van P.Vorkink en J.Ph. Wormser uit 1918-1921, terwijl de detaillering van het gebouw, bijvoorbeeld de meerruits vensters met onderluiken, eerder aansluit bij voorbeelden uit de Engelse landhuisstijl.

De boerderij verkeert nog grotendeels in oorspronkelijke staat, hoewel het interieur van de voormalige koestal bij de inrichting ervan tot kantoorruimte volledig is gewijzigd. De boerderij wordt thans gedeeltelijk omringd door een recente siertuinaanleg en gedeeltelijk door een erfaanleg. De oorspronkelijke tuinaanleg is niet meer herkenbaar. De overige erfbebouwing valt niet onder de bescherming.

Omschrijving

BOERDERIJ op samengestelde, min of meer U-vormige plattegrond bestaande uit verschillende met elkaar verbonden bedrijfsruimten gedomineerd door een aan de kop van het geheel gesitueerd woonhuis. De BOERDERIJ bestaat achtereenvolgens uit een woonhuis waarop in een schuine hoek een lange koestal aansluit, haaks hierop staat een bouwvolume waarin bergruimte en een paardenstal zijn ondergebracht en in een stompe hoek hiermee staat de oudere halleschuur waarin zich de varkensstal bevindt. De boerderij is één bouwlaag en een zolderverdieping hoog en wordt overkapt door een samengesteld dak, opgebouwd uit zadeldaken van verschillende hoogten en boven het woonhuis een soort stolpdak. Het dak is grotendeels met riet gedekt en voorzien van rode nokvorsten, rode lekdorpeltegels onder de dakvensters en in baksteen gemetselde schoorstenen. Het grootste deel van de voormalige varkensstal is gedekt door een wolfsdak met rode Hollandse pannen. De gevels bezitten een tot vensterhoogte opgetrokken trasraam en zijn hierboven in halfsteensverband gemetseld in rode baksteen. De halleschuur en de vleugel met paardenstal zijn ouder en deels opgemetseld in kruisverband. Voor het -veelal zeer brede- houtwerk van vensters, deuren en plantenbakken zijn de kleuren geel en zwart gebruikt. De luiken voor de vensters van het woonhuis zijn in de kleur zwart geschilderd en voorzien van een zandlopermotief in rood op wit. De asymmetrisch ingedeelde VOORGEVEL van het voorhuis bestaat uit drie ongelijke bouwdelen en wordt gedomineerd door een risalerende driezijdige dakopbouw boven de ingangspartij en een zware schoorsteen links hiervan. Tegen de rechter gevelhoek bevindt zich een meerruits venster met luiken. In de top van het zeer hoge dakschild dat dit gedeelte afsluit bevindt zich een klein driehoekig venster met een karakteristieke diagonale roedeverdeling. Min of meer centraal in de gevel bevindt zich de ingangspartij, overdekt door een ter plaatse van de verdieping driezijdig afgesloten erker onder een rieten kap. De met zwart geschilderde gepotdekselde houten delen beklede erker wordt gedragen door houten stijlen met schoren en bezit een samengesteld kozijn met aan de onderzijde doorlopende bloembakken en erboven drie dubbele vierruits vensters. De vensters worden van elkaar gescheiden door geprofileerde houten raamstijlen. De entreepartij bezit rechts drie gekoppelde vierruits vensters met valluiken en links een opgeklampte voordeur. De deur is voorzien van voor de jaren twintig typische, smeedijzeren gehengen. Links van de entreepartij sluit een eenlaagse rechthoekige uitbouw aan, onder een lager, overstekend zadeldak. In de gevel bevinden zich twee vierruits openslaande vensters met luiken. Tussen erker en uitbouw bevindt zich de hoge gemetselde schoorsteen. De RECHTER ZIJGEVEL is ter hoogte van het voorhuis vrijwel symmetrisch ingedeeld. Boven het trasraam verbreedt de gevel zich om daarna weer in te zwenken. In de eerste bouwlaag bevinden zich in het midden twee grote kruisvensters met onderluiken, ingedeeld in twee openslaande vierruits ramen met daarboven een 12-ruits raam. Links en rechts in de gevel bevindt zich een kleiner vierruits venster met luik. Het van een wolfseind voorziene dak heeft een overstek. In het wolfseind bevindt zich een met riet gedekte driehoekige dakkapel met twee vierruits vensters geflankeerd door twee driehoekige drieruits ramen. De zijgevel van de schuin hierop aansluitende koestal bezit een tamelijk hoog zadeldak waarin zich enkele halfronde dakramen bevinden. In de gevel bevinden zich stalramen. In de LINKER ZIJGEVEL van het voorhuis bevindt zich ter hoogte van de uitbouw een groot kruisvenster zoals beschreven in de rechter zijgevel. In het terugliggende geveldeel links hiervan bevinden zich drie aan elkaar gekoppelde ramen en een samengesteld kozijn, waarin een opgeklampte deur met meerruits zijlichten. Hiernaast bevinden zich ter hoogte van de koestal rechthoekige meerruits stalraampjes tussen opgeklampte staldeuren. Ter hoogte van de vleugel met paardenstal bevindt zich geheel rechts en links van het midden een opgeklampte staldeur en voorts enkele hooggeplaatste stalramen. De RECHTER ZIJGEVEL van de halleschuur bezit drie opgeklampte staldeuren onder segmentboog afgewisseld met drie getoogde meerruits gietijzeren stalramen. De VOORGEVEL van de halleschuur bezit dubbele deeldeuren met aan weerszijden een getoogde staldeur. Boven de deeldeuren is in de sluitsteen het jaartal 1846 aangebracht. De ACHTERGEVEL wordt aan de rechterkant schuin ingesneden door de vleugel met paardenstal en machinehok. Links wordt het overstek van het dak ondersteund door een geelgepleisterde latei, waaronder de gevel iets schuin naar binnen loopt. Rechts van het midden zijn deeldeuren geplaatst onder een segmentboog, de linker deeldeur heeft een recente deuropening. Links van deze deur bevindt zich een thans rechtafgesloten staldeur waarvan de opening recentelijk met glas is ingevuld. Hierboven bevindt zich een dubbel, opgeklampt laadluik geflankeerd door lichtspleten. Boven het laadluik bevindt zich een hijsbalk. Langs de dakrand lopen vlechtingen. De vleugel die links aansluit is afgesloten met een lager zadeldak, dat boven de hallenschuur hoger uitloopt. In de gevel bevindt zich geheel rechts onder een segmentboog de ingang naar de hallenschuur voorzien van opgeklampte deuren. Links hiervan bevindt zich een klein zesruits venster. Ongeveer in het midden van de gevel bevindt zich een opgeklampte deur onder een laadluik in het dakschild. De oorspronkelijke, compacte indeling van het INTERIEUR van de boerderij is gehandhaafd en bestaat in het woongedeelte uit twee rechthoekige woonvertrekken die toegankelijk zijn vanuit een kleine ingangshal waarin zich ook de eenvoudige trap naar de verdieping bevindt. Vanuit een van de woonvertrekken is de keuken toegankelijk die in directe verbinding staat met de spoelruimte en via een smalle gang met de kaaskamer. Vanuit deze gang is het mogelijk door spleetvormige vensters naar de koeien in de achterliggende stal te kijken. Het interieur bevat enkele waardevolle elementen zoals een vaste kast in de keuken, een waterpomp, vrijwel alle oorspronkelijke houten deuren en Engelse vensterbanken in de woonvertrekken. In de grote kelder onder het woonhuisgedeelte zijn zowel de pekelbakken ten behoeve van de kaasmakerij als de wanden volledig betegeld.

Waardering

BOERDERIJ gebouwd in 1927 naar ontwerp van E. en F.J. VERSCHUYL

-Van architectuurhistorische waarde als gaaf en goed voorbeeld van een boerderij uit de jaren twintig van de twintigste eeuw, waarbij de Gooise Landhuisstijl is gebruikt die voornamelijk bij woonhuizen toepassing vond. De boerderij valt op vanwege hoogwaardige esthetische kwaliteiten in in- en exterieur zoals de voor boerderijen ongewone hoofdvorm, de bijzondere plattegrond, het materiaalgebruik en de detaillering zoals het doorlopende rieten dak en het ambachtelijke materiaalgebruik. De boerderij vormt hiermee een afwijkend typologisch voorbeeld binnen de geschiedenis van de boerderijbouw. De boerderij is van belang binnen het oeuvre van de architecten E. en F.J. Verschuyl die in de provincie Utrecht voornamelijk woonhuizen bouwden waaronder huizen in Gooise landhuisstijl.

-Van stedenbouwkundige waarde als markant onderdeel van het historisch gegroeide landschappelijk gebied in dit deel van Terschuur, waar de boerderij door zijn verschijningsvorm een beeldbepalende rol speelt.

-Van cultuurhistorische waarde als boerderij die een onderdeel van het landschappelijk leven aan het begin van de twintigste eeuw in Nederland representeert.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
523208
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Boerderij(M1) Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Tweelweg 1 3784 WD Terschuur Ja
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
A 1865 Barneveld
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1927 1927 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Verschuyl, E. ; Gelderland architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven