Hoekelum, Bennekom

Omschrijving

HOOFDGEBOUW HUIS HOEKELUM. Rechthoekig deels omgracht huis, opgetrokken in rode baksteen onder een afgeplat schilddak met torentje. Het dak is gedekt met gesmoorde Hollandse pannen. Hoekelum is in oorsprong middeleeuws, waarschijnlijk kort na 1542 verbouwd en rond 1735 sterk gewijzigd. Het huis werd wederom in 1846-1849 door de Arnhemse architect Fromberg verbouwd, die onder meer het gebogen zinken dak met torentje met schalmgaten, wijzerplaat en tentdak ontworpen heeft. Het huis werd voor het laatst ingrijpend door Hanrath in 1911-1916 verbouwd, waarbij de hoofdkarakteristiek van het huis werd bewaard, maar waarbij het huis werd verdiept, verhoogd en verbreed en in- en uitwendig vrijwel geheel opnieuw werd opgetrokken. Het huis bestaat uit een souterrain en twee hoge bouwlagen. De voorzijde heeft een symmetrische opzet met centraal de risalerende topgevel met monumentale natuurstenen stoep en omlijste ingang. De hoofdingang bestaat uit een dubbele glasdeur met half rond bovenlicht met spaakroeden. Aan weerszijden een klein venster met diefijzers en in de strek een sluitsteen. Boven de ingang een balkon met smeedijzeren hek (waarschijnhijk van rond 1780, opschrift GWB, vermoedelijk Gerrit Willem van Balveren). Het balkon is bereikbaar via een dubbele door lisenen en kroonlijst omlijste glasdeur met een halfrond bovenlicht met spaakroeden. Aan weerszijden en erboven vensters met sluitstenen. De risaliet wordt afgesloten met een lijst versierd met metopen (rozetten en ramskoppen, laatste wellicht afgeleid van bet wapen van de Van Hoekelums) en trigliefen. Het driehoekig fronton heeft in het tympaan een bekroond wapenschild (Van Balveren) gedragen door leeuwen. Aan weerszijden van de topgevel is een smalle travee, op de hoeken een breed risaliet met twee traveeën. In het souterrain bevinden zich kleine dubbele roedendraaivensters, voorzien van luiken. Deze en de vensters op de bel-etage hebben natuurstenen onderdorpels. De vensters van de bovenbouw bestaan uit stolpramen met een getoogd bovenlicht met erboven een getoogde strek. In de smalle travee een draairaam met bovenlicht. Op kaphoogte twee dakkapellen met bakstenen zijkanten, platdak en stolpraam. Linkergevel: drie vensterassen met vensters als in voorgevel. In souterrain een Hollandse deur. De ophanging van de luidklok is nog aanwezig. Rechter gevel: twee vensterassen. In souterrain een dubbele glasdeur. Achterzijde: symmetrisch opgezette gevel met in het midden een breed uitstekend deel met drie traveeën. Aan weerszijden het terugliggende gedeelte met op de bel-etage een serre waarboven een balkon. De serres zijn voorzien van een rondboogvenster met ijzeren roeden, die in het bovenlicht straalsgewijs uitlopen. De balkons zijn bereikbaar via dubbele glasdeuren. De linker zijn voorzien van luiken, waarvan het onderste deel een paneel en het bovenste deel een persienne. Inwendig: in het huis twee belangrijke elementen van voor de verbouwing door Hanrath: de kelder en de grote zaal, laatstgenoemde versierd met taferelen in stuc met allegorische voorstellingen, Italiaanse monumenten uit de klassieke oudheid en attributen van het buitenleven. aangebracht door de Tiroler stucwerker Lauran Rief in 1787. Bij de sloop van het inwendige in 1913 kwam bij de afbraak van een monumentaal stucplafond het volgende opschrift aan het daglicht: Gestukator von Lauran Rief aus Tirol gebortig mit drei gesellen 1787. In het souterrain een kelder met zware muren en ton- en kruisgewelven, wellicht nog middeleeuws. De bel-etage heeft een vrijwel symmetrische indeling. De vertrekken zijn in de meeste gevallen voorzien van vloeren, houten lambrizeringen enz. aangebracht tijdens de verbouwing van 1911-1916. Via een portaal komt men in de T-vormige traphal en hal. Rechtdoor komt men in de grote zaal, links in de huiskamer en rechts in de eetzaal. Via de twee zalen aan weerszijden komt men in de serres. Belangrijkste onderdelen per ruimte zijn: traphal: houten trap met bordessen; hal: deuren, balkenplafond; grote zaal: op plint en vloer na grotendeels uitgevoerd in stucwerk van de hand van Rief in 1787; de muren zijn geleed door middel van pilasters met een voluut als bekroning; de velden tussen de pilasters zijn versierd met muziekinstrumenten, bladeren, enz. bijeengehouden door strikken; er zijn vier plaquettes versierd met medaillons en allerlei attributen, ontleend aan de Griekse godenwereld; het plafond is versierd met een rand gestileerde bladranken; verder is er een natuurstenen schouw. In de huiskamer bevinden zich betimmeringen en deuren in Hollandse neo-renaissancestijl; verder is er een schouw met tegels en natuurstenen zuilen in Ionische trant; het stucplafond is voorzien van 'graten'.

Waardering

HUIS HOEKELUM is van algemeen cuituurhistorische en architectonisch belang:

- vanwege de ouderdom;

- vanwege de architectonische vormgevinq van het huis, zowel uit- als inwendig als uiting van een vroeg 20ste eeuwse historiserende restauratie van een hoofdgebouw van een buitenplaats door Hanrath;

- vanwege de gaaf bewaard gebleven l8de-eeuwse grote zaal met stucdecoraties van de Oostenrijkse stucwerker Lauran Rief;

- vanwege de kenmerkende ligging binnen de historische tuin- en parkaanleg.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
514038
Complexnaam
Hoekelum
Provincie
Gemeente
Plaats
Complexomschrijving

Omschrijving complex (Edeseweg 120, Bennekom): HISTORISCHE BUITENPLAATS HOEKELUM.

De geschiedenis van de historische buitenplaats Hoekelum is traceerbaar tot in de l4de eeuw, in welke tijd het een leen van de hertog van Gelre was en als goed was verbonden met het erfelijke ambt van Jagermeester van de Veluwe en het Rijswald. In de l6de eeuw gaat het goed over van de Van Hoekelums op de familie van Poelwijk, waarna het in de komende eeuw regelmatig van eigenaar wisselt. In 1695 wordt Hessel van Lawick eigenaar van Hoekelum, waarna het goed zich enkele eeuwen in het bezit van de aan elkaar verwante families Lawick, Van Balveren en Van Wassenaer zal blijven. Een kaart uit 1678 geeft een beeld van de vrij simpele opzet van de buitenplaats. Van deze aanleg is de Laarse allee (Wageningse weg), die als dwarsas het gezicht vanuit het huis in oostelijke richting doorkruist, het enige element dat tegenwoordig nog bestaat. Het HUIS HOEKELUM wordt omstreeks 1735, wanneer Hoekelum in het bezit is van Maria van Lawick, ingrijpend verbouwd en krijgt dan zijn rechthoekige grondslag, die het tot de verbouwing in 1911 zal houden. De PARKAANLEG IN LANDSCHAPSSTIJL op Hoekelum vertoont in stilistisch opzicht een aanleg in vroege landschapsstijl in de trant van Jan David Zocher sr. en toevoeginqen uit latere tijd. Het oeverprofiel rond de tot een vijverpartij vergraven slotgracht, de sterke accidentatie, het grillige verloop van de beek in bet bos ten noordwesten van bet huis met kleinschalige heuvelpartijen en IJSKELDER toont sterke verwantschap met laat l8de-eeuwse landschapsparken van grote buitenplaatsen op de Veluwe. Afgaande op deze stilistische kenmerken zou deze aanleg in landschapsstijl tot stand zijn gekomen in opdracht van Gerrit Willem van Balveren, sinds 1770 burgemeester van Nijmegen en gedeputeerde der Staten-Generaal. In ieder geval is zeker dat hij moderniseringen aan de buitenplaats tot stand heeft gebracht. In opdracht van Van Balveren werd in 1787 door de Oostenrijkse stucwerker Lauran Rief de grote zaal van het huis Hoekelum van stucdecoraties met allegorische voorstellingen, Italiaanse monumenten uit de klassieke oudheid en attributen van het buitenleven voorzien. Alszodanig is deze zaal zeer waarschijnlijk geïnspireerd op de even hiervoor tot stand gekomen grote zaal van de Veluwse buitenplaats Biljoen (Velp) in de periode dat door eigenaar Johan Frederik Willem van Spaen van Biljoen op Biljoen een grootscheepse aanleg in landschapsstijl werd gerealiseerd. Een relatie tussen Hoekelum en Biljoen was er in ieder geval in de l9de eeuw. In de stichtingssteen van huis Noordereng, het tweede hoofdgebouw van Hoekelum, staat de inscriptie van Van Spaen's dochter. Van Balveren overlijdt in 1798 en laat Hoekelum na aan zijn in dat jaar 6 jaar oude dochter Cornélie, barones van Balveren. Zij huwt in 1819 met Otto baron van Wassenaer-van Catwijk, waarvan bekend is dat hij veel nieuwe ontginningen en aanplantingen op Hoekelum heeft laten uitvoeren. Deze werkzaamheden werden in 1859 door zijn vijf zonen gememoreerd door de oprichting van een hardstenen obelisk in het park. Gezien zijn betrokkenheid ligt het voor de hand te veronderstellen, dat hij de initiator van de grootscheepse aanleq in landschapsstijl is geweest, maar deze aanleg was omstreeks 1820 al eningszins ouderwets. De ruime parkweide aan de westzijde van het huis met boomgroepen en afsluitende boscoulissen aan de overzijde van de Edese-weg met op de as van het huis gelegen smalle zichtas en de ORNAMENTELE RONDBOOGBRUG MET IJZEREN LEUNINGEN even ten zuidwesten van huis Hoekelum zijn echter waarschijnlijk toevoegingen uit de tijd van Van Wassenaer. Ook het zicht vanuit Hoekelum op de aanleg rondom Noordereng met boomgroepen en parkweide dateert waarschijnlijk uit zijn tijd. Van Wassenaer liet HUIS NOORDERENG bouwen als tweede hoofdgebouw, omstreeks 1849 na bet overlijden van zijn vrouw, die huis Hoekelum naliet aan haar zoon Walraven Elias Johan van Wassenaer-van Catwijk tot Hoekelum. Noordereng ligt in zijn eigen parkaanleg, maar door een zichtas op het huis en in het park van Hoekelum vormt het een geheel met de buitenplaats Hoekelum. De in rustieke trant uitgevoerde oostgevel van het voormalige THEEHUISJE aan de Edeseweg, dat als 'point de vue' een belangrijke rol vervult in het gezicht vanaf de noordelijke oprijlaan dateert waarschijnlijk eveneens uit de tijd van Van Wassenaer. De erachter gebouwde dienstwoning dateert van omstreeks 1900. Waarschijnlijk liet Van Wassenaer omstreeks 1850 ook bet KOETSHUIS even terzijde van het Huis Hoekelum en de DIENSTWONING aan de zuidelijke oprijlaan bouwen. Ook liet hij vermoedelijk halverwege de l9de eeuw de monumentale MOESTUINMUUR optrekken, die thans in deels geruïneerde staat verkeert. Het BAKHUISJE bij de boerderij aan de ZW-zijde van het park dateert eveneens uit zijn periode. Na het overlijden van Otto baron van Wassenaer erft zijn zoon Walraven Elias Johan van Wasenaer-van Catwijk tot Hoekelum, in 1858 getrouwd met Carolina barones van Balveren. Zij overlijdt 7 jaren na de dood van haar eehtgenoot, in 1912. Ook Otto van Wassenaer heeft op de buitenplaats een aantal vernieuwingen tot stand gebracht. Even ten noordoosten van het huis werd omstreeks 1860 een ornamenteel houten PAVILJOEN in historiserende classicistische stijl opgetrokken aan de zuidoostzijde van het park. Het iets dichter bij het huis gesitueerde KINDERHUISJE dateert uit 1900-1910. Achter huis Noordereng liet hij omstreeks 1880 een nieuw KOETSHUIS met houtloods optrekken. In het aan de zuidwestzijde van het park gelegen bedrijfsgedeelte, waar het bakhuisje is gesitueerd liet hij rond 1875 een nieuwe STAL en omstreeks 1900 een nieuwe BOERDERIJ optrekken. Rond 1870-1880 werd Noordereng van een ijzeren wintertuin voorzien. In 1904 liet hij Noordereng vergroten en inwendig verbouwen, vermoedelijk voor eigen bewoning. Zijn zoon Karel Gerrit Willem baron van Wassenaer liet 6 jaar na de dood van zijn vader, in 1911, huis Hoekelum vergroten. Hierbij werden grote delen van het inwendige met stucdecoraties van Rief gesloopt. In grote trekken bleef alleen de hoofdopzet van het huis gehandhaafd, zij het dat deze naar alle zijden toe werd vergroot. De verbouwing vond plaats naar ontwerp van Hanrath en was in 1916 gereed. Met name aan de achterzijde van het huis verstoorde de door Hanrath geschapen massaliteit van het huis de relatie tussen het huis en de landschappelijke parkaanleg ter plekke. In deze periode bewoonde Karel van Wassenaer waarschijnlijk met zijn echtgenote Machtella barones van Lynden en zijn moeder huis Noordereng. In het begin van de jaren 90 van de 20ste eeuw werd aan de achterzijde van het huis een enorme zichtas gekapt, dat als historiserend element voor de aanleg van ondergeschikte betekenis is. Op de bij de omschrijving behorende kaart is de omgrenzing van het complex alsmede de aanduiding van de onderdelen aangegeven. De niet in de omschrijving genoemde bouwkundige onderdelen binnen dit complex zijn voor de bescherming van ondergeschikt belang.

Waardering

De HISTORISCHE BUITENPLAATS HUIS HOEKELUM EN NOORDERENG is van algemeen cultuur-, architectuur- en tuinarchitectonisch belang:

- vanwege beide hoofdgebouwen;

- vanwege de deels in structuur en deels in detail gaaf bewaarde historische tuin- en parkaanleg in vroege landschapsstijl;

- vanwege de ornamentele waarde van de complexonderdelen;

- vanwege de visuele samenhang van de complexonderdelen.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Landhuis Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Edeseweg 124 6721 KE Bennekom Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Kastelen, landhuizen en parken Kasteel, buitenplaats
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
C 792 Bennekom
C 585 Bennekom
C 793 Bennekom
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1400 1500 vervaardiging
Naar boven