De Vuurvogel, Blaricum

Inleiding

LANDHUIS met atelier, gebouwd in 1930 naar ontwerp van de Blaricumse architect Theodoor Rueter voor mejuffrouw Gerbig. De expressionistische architectuur, die vooral tot uiting komt in de gevarieerde, deels op de Indonesische "Minang-Kabau" geïnspireerde behandeling van de rieten kap, kan worden beschouwd als een voorbeeld van de Gooise landhuisstijl. Het landhuis ligt ruim teruggerooid aan de zuidzijde van de Bussummerweg. De zijde met de woonvertrekken is gericht op het zuiden en van de weg afgewend.

NB De op het perceel staande garage en het figuratieve glas-in-loodraam in de westgevel vallen buiten de bescherming.

Omschrijving

Op vrij grondplan gebouwd LANDHUIS met atelier, bestaande uit parterre en grotendeels in de welvingen van de kap opgenomen verdieping met zolder. Het landhuis heeft een hoofdvolume op vrijwel vierkant grondplan. Dit hoofdvolume is op hoeken uitgebouwd met ronde volumes en op de noordwestelijke hoek met een vleugel. De vleugel bevat het atelier. De samengestelde en rietgedekte kap heeft een onregelmatige hoofdvorm en golvende noklijnen bedekt met nokvorsten. De kapvoet ligt overwegend ter hoogte van de verdiepingvloer, alleen aan de noord- en de oostzijde ligt deze ter hoogte van de zoldervloer. De noklijn loopt op in de richting van de nokpunten (genoemde invloed Minang-Kabau). Onder de drie nokpunten bevinden zich verticaal beschoten geveltoppen. De kap wordt doorsneden door een vierkante schoorsteen in de noklijn en een rechthoekige in het zuidelijk dakschild. De oplopende nokpunt van de vleugel wordt bekroond met een houten vogelsculptuur. Het muurwerk van de parterre is, met uitzondering van de vleugel, opgetrokken in handgevormde rode baksteen, merendeels gemetseld in kettingverband. De vleugel is boven een gemetselde plint opgetrokken in gepotdekseld beschot. De wanden van de verdieping zijn alle overkragend en merendeels gepotdekseld. De voorzijde (N) heeft links het hoofdvolume en rechts de diagonaal hierop geplaatste vleugel. Het hoofdvolume bevat de hoofdingang. Deze bestaat uit een overluifelde spitsboogvormige deur geflankeerd door een achtruitsvenster. Boven de deur het gepotdekseld beschot van de verdieping met onder de gootlijst een enkel en een dubbel vierruitsvenster. Waar het beschot aansluit op de kap van de vleugel is een kleine polygonale (thans met glas dichtgemaakte) loggia. De vleugel heeft een zwaar en liggend driedelig kozijn met glas-in-loodramen. De driezijdige kopgevel heeft in het middelste vlak een groot 20-ruits venster. De linkerzijde (O) heeft rechts het halfrond uitgebouwde trappenhuis. Dit trappenhuis heeft op de parterre een klein naar onder spits uitlopend venster; in het vertical beschot van de verdieping een bolrond drielichtsvenster met hoger middenraam en glas-in-loodvulling. Het hoofdvolume heeft op de parterre een driedelig venster met achtruits ramen en op de verdieping een zesdelig venster met zesruits onderramen en vierruits bovenramen. De verticaal beschoten geveltop heeft aan deze zijde een dubbel tweelichts venster.

De achterzijde (Z) heeft een uit het midden geplaatste topgevel die in de rieten kap is uitgepaard. De topgevel kraagt twee keer uit: in het gepotdekselde beschot van de verdieping en in het verticale beschot van de geveltop. Op de verdieping een dubbel venster met achtruits ramen. Hieronder de parterre met een klein spitsboogvenster. Rechts hiervan een veranda met bewerkte stijlen ter ondersteuning van de kapvoet en met een meerruits stolpdeur vanuit de eetkamer. De linkerhoek is driekwart cirkelvormig uitgebouwd. Deze uitbouw heeft een omgaand achtdelig kozijn met roedenlozen ramen en twee bovenlichten.

De rechterzijde (W) heeft op de parterre een kloostervenster met glas-in-lood, een van luiken voorzien kruiskozijn met zesruitsramen beneden en vierruits ramen boven alsmede een gecombineerd kozijn voor paneeldeur met negenruits glaspaneel en zesruits zijraam. De verdieping heeft drie dubbele vensters waarvan twee met zesruits draairamen. Het derde venster bevat een glas-in-loodraam (niet onder de bescherming). Het interieur is merendeels gaaf bewaard gebleven en bevat onder meer een trapppenhuis (betimmeringen, glas-in-loodraam) twee woonkamers (betimmeringen) en een atelier (betimmeringen, draagconstructie).

Waardering

Landhuis van algemeen belang uit cultuur- en architectuurhistorisch oogpunt als goed ontworpen en gaaf bewaard voorbeeld van Gooise landhuisbouw uit het Interbellum. Het complex is voorts van belang als onderdeel binnen het oeuvre van de architect Theodoor Rueter.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
509312
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Woonhuis Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Bussummerweg 9 1261 BX Blaricum Ja
Types
Hoofdcategorie Subcategorie Beschrijving Notitie
Woningen en woningbouwcomplexen Woonhuis(K) Villa
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
D 1201 Blaricum
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1930 1930 vervaardiging
Ambachten
Name Beroep Notitie
Rueter, Th. ; Noord-Holland architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven