Herenweg 19, Heemstede

Inleiding

Te midden van bollenvelden gelegen en onlangs (1993) buiten gebruik gestelde BOLLENSCHUUR. De schuur kwam in twee fasen tot stand, in 1909 na verbouwing en uitbreiding van een ouder koetshuis, in 1930 door een grootschalige uitbreiding tegen de westzijde hiervan. Het gedeelte uit 1909 ligt direct aan de Herenweg en betreft de verbouwing van een oud koetshuis door de architect D. van Letten uit Haarlem. Het gedeelte uit 1930 werd ontworpen als moderne, centraal verwarmde, bollenschuur door L. Tol, architect B.N.A. te Lisse.

Omschrijving

De bollenschuur staat op een rechthoekig grondplan met oost-westelijke hoofdrichting. Het gedeelte uit 1909 bestaat uit een parterre en een verdieping onder plat dak met mastiek. De muren bestaan uit witgepleisterd metselwerk waarin aan de wegzijde (O) groeven ter imitatie van natuursteen zijn aangebracht. Deze wegzijde heeft een breedte van zeven dicht opeen geplaatste vensterassen met zesruitsdraairamen op de verdieping en vier brede getoogde doorgangen op de parterre. De twee zuidelijke doorgangen hebben dubbele staldeuren, de twee noordelijke doorgangen zijn met vensters boven een borstwering dichtgezet. Het gedeelte uit 1909 heeft een diepte van vier ruim van elkaar geplaatste vensterassen waarvan de drie westelijke vensters van de verdieping zijn voorzien van dubbel scharnierende deuren die in deze periode wel meer bij de bouw van bollenschuren werden toegepast. Op de parterre heeft de noordzijde een overluifelde ingangspartij uit circa 1903 die wordt geflankeerd door meerruits vensters, waarvan de westelijke eveneens dateert uit de periode rond 1930.

Het gedeelte uit 1930 bestaat eigenlijk uit twee volumes: een direct op het gedeelte uit 1909 aansluitend overgangsvolume dat diende voor de aan- en afvoer van de bollen (hierna kortweg transportgedeelte genoemd). Dit transportgedeelte bestaat uit parterre en verdieping. Ten westen hiervan staat de eigenlijke bollenschuur die hoger en langer is dan het overgangsvolume (hierna kortweg bollenschuur genoemd). De bollenschuur bestaat uit parterre, eerste en tweede verdieping. Bollenschuur en transportgedeelte hebben een plat dak met mastiekdekking, het transportgedeelte heeft bovendien een zaagdak met twee lichtopeningen op het noorden. De bollenschuur heeft op het dak vier vierkante, door tentdaken met mastiekdekking overkapte houten ontluchtingskanalen. De inwendige constructie van het transportgedeelte bestaat uit staande stalen H-profielen, waarop liggende H-profielen rusten. Haaks op deze H-profielen liggen houten vloerbalken waarop de werkvloer van de verdieping is bevestigd. De bollenschuur, heeft per bouwlaag drie compartimenten ter lengte van vier vensterassen. De compartimenten worden gevormd door twee dwarsgeplaatste binnenmuren waarin nabij de beide buitenmuren houten schuifdeuren zijn geplaatst. De constructie tussen de vloeren werd binnen de compartimenten in oorsprong gevormd door vierkante houten pijlers waartussen de bakken hingen waarin de bollen te drogen werden gelegd. De houten bollenbakken zijn in een later stadium merendeels verwijderd, maar de vierkante houten pijlers zijn nog in diverse compartimenten terug te vinden. Bij verwijdering van de houtconstructie werden naderhand ronde stalen pijlers met H-profielen onder de vloerbalken geplaatst.

Het gedeelte uit 1930, dat aan de noordzijde een gevelsteen heeft met de datum 5 maart 1930, is aan de buitenzijde uitgevoerd in roodgele baksteen. Het muurwerk aan de binnenzijde is opgetrokken uit egaal gele baksteen. Het muurwerk van het exterieur wordt onder de daklijst beëindigd door een uitgemetselde rand in zwarte baksteen. De daklijst betaat uit een zwart geglazuurde pannenrand die over de hoek is geplaatst. Het transportgedeelte manifesteert zich vanaf de weg vooral in de geheel symmetrische noordgevel met een breedte van vijf vensterasssen. Op de parterre bevindt zich een dubbele schuifdeur met een breedte van twee vensterassen, geflankeerd door een venster en een deur. De dubbele schuifdeur en de twee gewone deuren zijn van hout en voorzien van ramen met een meerruits roedenverdeling. De beide vensters zijn van staal met meerruits roedenverdeling. Op de verdieping zijn de vensters in de drie middelste assen breder en hoger dan de twee vensters in de buitenste assen. De vensters zijn hier alle van staal met meerruits roedenverdeling. De zuidgevel van het transportgedeelte is grotendeels blind.

De bollenschuur heeft een lengte van elf vensterassen die zowel aan de noord- als aan de zuidzijde over de drie bouwlagen zijn voorzien van dubbel draaibare stalen meerruits vensters. Onder en boven de vensters bevinden zich luchtroosters die aan de binnenzijde zijn voorzien van houten schuifluiken. Schuifluiken bevinden zich overigens ook aan de binnenzijde van de zuidwand, voor de vensters van de verdieping. Tegen de zuidzijde bevindt zich een deels in gewapend beton uitgevoerd trappehuis. Het muurwerk van de kopse westzijde heeft alleen op de tweede verdieping in het midden vier vensters.

Tegen de zuidzijde van de bollenschuur staat het voormalige stookhuis, bestaande uit kelder en parterre onder plat dak met mastiekdekking. De hoge gemetselde schoorsteen werd bij de vervanging van de ketel vervangen door een lichtmetalen (niet onder de bescherming vallende) schoorsteen. De oude oliegestookte ketel stond in de kelder van het stookhuis, de later geplaatste op de begane grond. Het muurwerk van het stookhuis is net als bij het transportgedeelte en de bollenschuur uitgevoerd in geelrode baksteen. Onder de daklijst bevindt zich eveneens een uitgemetselde rand in zwarte baksteen, maar de over de hoek geplaatse pannenrand ontbreekt.

Het interieur van de bollenschuur bevat naast de eerder genoemde onderdelen ook nog de oorpsronkelijke installatie voor de centrale verwarming. Deze installatie bestaat uit dikke ronde buizen onder de vensters van de ramen.

Waardering

De bollenschuur is van algemeen belang uit architectuur- en cultuurhistorisch oogpunt als zeldzaam geworden voorbeeld van een grote merendeels gaaf bewaarde bollenschuur die in fasen tot stand is gekomen. Met name het gedeelte uit 1930 is van typologisch belang als voorbeeld van een voor die tijd moderne bollenschuur met centraal verwarmingssysteem. Cultuurhistorisch is de schuur van belang als markant en zeldzaam geworden object uit de sterk groeiende vooroorlogse bloembollencultuur in Nederland en in het bijzonder in de kuststreek. Voorts is er sprake van een belangrijke ensemblewaarde tussen de schuur en het aangrenzende bollengebied, waardoor de oorspronkelijk context nog aanwezig is.

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Locatie

Monumentnummer
508452
Provincie
Gemeente
Plaats

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Bollenschuur Boerderijen, molens en bedrijven Boerderij (M) oorspronkelijke functie Ja
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Herenweg 19 2105 MB Heemstede Ja
Herenweg 19 A 2105 MB Heemstede
Herenweg 21 B 2105 MB Heemstede
Herenweg 21 A 2105 MB Heemstede
Herenweg 21 C 2105 MB Heemstede
Herenweg 21 2105 MB Heemstede
Percelen
Kadastraal perceel Kadastrale sectie Kadastraal object Appartement Kadastrale gemeente
B 9782 Heemstede
B 10644 Heemstede
B 9588 Heemstede
B 9783 Heemstede
B 9781 Heemstede
Bouwperioden
Start Eind Notitie Beschrijving
1800 1849 vervaardiging
1909 1909 verbouwing
1930 1930 Uitbreiding westzijde verbouwing
Ambachten
Name Beroep Notitie
Letten, D. van ; Noord-Holland architect / bouwkundige / constructeur
Tol, L. ; Noord-Holland architect / bouwkundige / constructeur
Naar boven