Inleiding

Dit oorspronkelijk agrarisch bestaat uit een KOP-ROMP BOERDERIJ, een BIJSCHUUR en een STOOKHOK. De boerderij met stookhok is in het derde kwart van de 19e eeuw gebouwd, de bijschuur in het eerste kwart van de 20e eeuw. Het complex ligt op een erf van vrij grote omvang. In de voortuin, met restanten van een boerentuin en slingerpadenbeloop, staan een solitaire goudes en een beuk. De tuin wordt van de oprit aan de westzijde van de boerderij gescheiden door een ligusterhaag. Het erf wordt aan de oostzijde begrensd door een sloot waarlangs berken staan. In 1926 werd de boerderij verbouwd naar een plan van architect T. van der Kooi, waarbij de achterzijde van de boerderij werd verlengd en een nieuwe stalinrichting werd gerealiseerd. De gehele westelijke zijgevel en de achtergevel werden hierbij vernieuwd. Na de verbouw is de oorspronkelijk losstaande bijschuur met de boerderij verbonden. In 1954 werd het woonhuisgedeelte verbouwd, waarbij de indeling veranderd is: naast de keuken is een kamertje gebouwd en de bedsteden werden vervangen door een slaapkamer. Twee nieuwe vensters werden hierbij ingebroken en een kajuit. Op het achtererf is in 1971 een loods gebouwd welke buiten bescherming van rijkswege valt vanwege de geringe architectonische waarde.

Waardering

Het boerderijcomplex, in het derde kwart van de 19e en in het eerste kwart van de 20e eeuw in Opeinde gerealiseerd, is van cultuurhistorisch en architectonisch belang:

- als karakteristiek voorbeeld van dit veel voorkomende boerderijtype in de gemeente,

- vanwege de esthetische kwaliteit van het eenvoudige, verzorgde ontwerp,

- vanwege de redelijke mate van architectonische gaafheid van de exterieurs van de samenstellende onderdelen van het complex, inclusief het rieten dak en de bijschuur,

- vanwege de hoge mate van visuele gaafheid van het complex bestaande uit boerderij, stookhok, bijschuur en oorspronkelijke erfbeplanting.