Mijn grootouders met mijn moeder zijn na het bombardement in Rotterdam in januari 1942 in de Pierterskerkstraat 20 komen wonen. Zij kregen de 1 ste en 2 de verdieping en de zolder.
Ze vonden het een oud huis. Zie tekst uit het dagboek van mijn moeder.
Jan 1942 een huis oud, erg oud in de Pieterskerkstr. No 20.
Vader en Wil hadden de boel verhuisd op een handkar.
Eerst kregen we ruzie met Juffr. Van Leeuwen. Maar later was ze poeslief.
Die zomer niet veel aan het mooie weer gehad, omdat het huis erg zonloos is.
In 1948 is mijn opa overleden.
In 1952 trouwden mijn ouders en mochten bij mijn oma inwonen.
In 1953 ben ik geboren. Ik heb tot mijn 6 de jaar daar gewoond.
Mijn oma bewoonde de kamers aan de voorkant zowel huis- als slaapkamer.
Mijn ouders de kamers aan de achterkant. Mijn slaapkamer was rechts naast de trap naar de zolder. Het kolen hok was aan de rechterkant naast de trap naar de 2 de verdieping. de kolenmannen moesten 2 trappen op. Mijn oma legde dan overal kranten neer als zij kwamen.
de trap naar de eerste verdieping had een zware deur met slot. Er was vaak gedoe met de beneden buren over het gebruik van de gezamenlijke gang. Waar zet je je fiets en wie maakt de gang schoon.
Mijn oma is er tot 1971 blijven wonen. Mijn vader heeft achterin de lange gang een douche cabine gemaakt. ik vond het raar om naar beneden te kijken naar het plaatsje vanuit de lange gang. de keuken achteraan was ook een beetje eng met af en toe muizen. Groet Anneke Kalfsterman