In schoon metselwerk opgetrokken, vijf vensterassen breed pand (XIXc) met verdieping onder met blauwe Friese pannen gedekt omlopend schilddak. De symmetrisch ingedeelde voorgevel heeft een gepleisterde plint, waarin getoogde kelderlichten; een iets terugspringende ingangspartij met een hardstenen stoep, met een door een geprofileerde stuclijst omsloten dubbele paneeldeur met gietijzeren deurroosters en getoogd bovenlicht en met op de verdieping een balcon en met door een geprofileerde stuclijst omsloten, getoogde balcondeuren; hoekpilasters; schuifvensters met 6-ruits (begane grond) en 4-ruits (verdieping) onderramen en blinden; een eenvoudige kroonlijst. De rechter zijgevel gepleisterd. De achtergevel heeft op de begane grond drie 8- ruitsschuiframen, op de verdieping een 6-ruitsschuifvenster en in het midden een dubbele deur met gedeeld bovenlicht, waarboven een balcon met balkondeuren op de verdieping. Tegen de linker zijgevel een witgepleisterd koetshuis onder met blauwe Hollandse pannen gedekt omlopend schilddak. De voorgevel heeft op de begane grond in het midden dubbele deuren omsloten door pilasters afgedekt met kroonlijst en aan weerszijden hiervan een halfrond, gietijzeren stalraam, en op de verdieping drie 6-ruitsschuifvensters met blinden; in de linkerzijgevel op de begane grond een deur met bovenlicht en op de verdieping een 6-ruitsschuifvenster met blinden en een ongedeeld venster; in de achtergevel op de begane grond een deur en drie halfronde, gietijzeren stalramen en op de verdieping twee 6-ruitsschuiframen.