Staringstraat 9
Inleiding
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Breed, rechthoekig en symmetrisch gebouw op rechthoekige kavel, boven de kelder drie bouwlagen tellende, onder een plat dak. De voorgevel van het pand ligt in de rooilijn van de noord-oostzijde van het Mariënburg, dat hier tot een pleintje verbreed is, en sluit aan beide zijden aan op de voorgevels van de buurpanden. Aan de voorzijde wordt de gevel bekroond door een kort dakschild (twee pannen hoog), waarachter het platte dak schuil gaat. De symmetrisch gevel is uitgevoerd in baksteen, gemetseld in kruisverband, en wordt in verticale zin geleed in vier centrale traveeën en twee smallere flankerende traveeën die worden bekroond door koepeltjes. De vier centrale traveeën worden ieder geflankeerd door pilasters in metselwerk, zodat tussen deze traveeën dubbele pilasters zijn te zien. Deze worden bekroond door een hoofdgestel-zone in witgeschilderd natuursteen met lage kapiteeltjes en een onderbroken kroonlijst die alleen boven de pilasters tot uitdrukking komt. De horizontale geleding van de gevel wordt gegeven door de houten gootlijst, die is uitgevoerd als kroonlijst met aan de onderkant cassettes en druppelmotieven. Voorts vinden we onderaan de gevel een hardstenen plint en sokkelzone met waterlijst. Op de begane grond is er geheel rechts een ingangsportiek naar de tweede en derde bouwlaag, die men betreedt door een soort rondboogpoortje in zwartgeschilderd kunststeen met decoratieve art-deco reliëfs ter weerszijden van de opening en diamantkoppen in de hoeken bovenin. In de portiek ligt een hardstenen trede en een granito-vloer, en is er een zwartgeschilderd kunststenen achterwand waarin een houten paneeldeur met smeedijzeren diefijzers voor de twee ruiten en een dubbel bovenlicht met glas-in-lood ramen zijn opgenomen. Aan de traveeën links hiervan bevindt zich een niet-beschermwaardige grote luifel. Deze traveeën zijn gevuld met grote recente ruiten, terwijl de rechter is dichtgezet en een geldautomaat bevat. In de tweede bouwlaag vinden we in de middelste twee traveeën gebogen erkers, en in de buitenste twee traveeën smallere versies hiervan. Deze steunen ieder op een kunststenen onderplaat die rust op een centrale console, hebben ramen met natuurstenen stijlen en dorpels, en hebben boven de vensters een rollaag van geel geglazuurde baksteen met een waterlijst-profiel en worden bekroond door balkonhekken (centraal van baksteen, in de buitenste twee traveeën van graniet en smeedijzeren roosters). De ruiten in de erkers zijn glas-in-lood: de twee centrale hebben in het midden een groot schuifraam, twee smalle zijramen en vier bovenramen. De buitenste erkers hebben ieder zes ramen. De tweede en vierde travee hebben geen erkers maar vensters onder een segmentboog van een steens rollaag met witgeverfde aanzetstenen en sluitsteen. Het grote middendeel van de vensters is uitgevoerd als schuifraam, met smalle zijdelen. In de derde bouwlaag vinden we balkons op de erkers, in de middelste twee traveeën deels inpandig. Deze laatste balkons hebben een wand met centrale beglaasde deur, smalle zijramen en bovenlicht. In de traveeën daarbuiten vinden we vensters als op de tweede bouwlaag, maar nu onder rondbogen in plaats van segmentbogen. Het metselwerk hieromheen en om de bogen bij de balkons, volgt helemaal de straal van de boog, en bovenin zitten witgeverfde natuurstenen sluitstenen. In de uiterste traveeën vinden we vleugeldeuren die toegang geven tot de balkons, onder bovenlichten met vier verticale ruiten onder een segmentboog. Boven kalfhoogte is de omliggende gevel wit geverfd: vermoedelijk bevindt zich kunststeen onder de verflaag. Hierboven vinden we leigedekte koepeltjes, met ijzeren kronen en rechtopstaande masten, op tamboers van geelgeglazuurd baksteen, gevat tussen bakstenen pinakels met een kunststenen bekroning. De niet-monumentale achtergevel is geheel vlak, gemetseld in kruisverband, met simpele vier- ruits ramen (onder draairamen). Alleen links op de tweede bouwlaag is er nog een origineel schuifraam, met twee ruiten in het onderdeel en vier verticale banen in het bovendeel. Op kalfhoogte van de tweede bouwlaag strekt zich een dubbele band in geel geglazuurde baksteen uit over de gehele breedte van de gevel. Het interieur van het pand toont nog een aantal gaaf bewaarde elementen. Zo vinden we in de kelder, die lange tijd in gebruik was van de bank, deels nog de originele granito vloeren, die omlijst worden door banen in rood en een lijstje van zwart en wit geblokte steentjes, marmeren plinten en hardstenen vensterbanken. Achter de portiek op de begane grond vinden we de originele houten trap met geprofileerde leuning en dito stijlen en trappalen en in het portaal een zelfde granito vloer als in de kelder en wandbetegeling met metrotegels boven een marmeren plint en onder een band speciale bruine lijsttegels. Bovenin dit trapportaal is er een stucplafond met platte lijst en centraal rozet. In de eerste bouwlaag vinden we markante deurkozijnen met doorgestoken stijlen met gesneden ornamenten in bovendorpels en stijlen. De relatief simpele paneeldeuren zijn vermoedelijk jonger en laten ruimte voor een heel klein bovenlichtje. De plafonds in diverse ruimtes hebben een simpele kooflijst. In de keuken in de noordelijke hoek van het gebouw ligt nog de originele granito vloer, evenals in het naastliggende toilet, alwaar we ook wandbetegeling met metrotegels vinden, alsmede een waarschijnlijk originele gietijzeren stortbak van het merk Etna. In de derde bouwlaag vinden we de zelfde deuren en omlijstingen. De houten trap naar deze verdieping is dubbel uitgevoerd, waarmee deze nog de verdeling van de twee originele woningen zichtbaar maakt: midden in het pand komen steektrappen van beide kanten in de centrale gang die naar een gemeenschappelijk bordes voeren (dat oorspronkelijk in twee gedeeld was door een tussenmuur) vanwaar weer twee steektrappen wegvoeren in beide richtingen. Deze trap is geornamenteerd als de eerder beschreven trap.
| Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
|---|---|---|---|---|
| Bankgebouw | – | – | Oorspronkelijke functie | – |
| Horecafunctie - Woonfunctie | Handelsgebouwen opslag en transportgebouwen | – | Huidige functie | – |
| Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Mariënburg | 68 | – | 6511PS | – | – | – | – |
Inleiding
Inleiding
Mariënburgkapel. Vrijstaande, eenbeukige kerk met driezijdige koorsluiting, gebouwd in de 15e eeuw als kapel van het klooster Mariënburg. Gerestaureerd in 1910 door Ir J.J. Weve en nogmaals in 1953-'55 door Ir G.J. Deur. Rechthoekige traptoren tegen de blinde zuidgevel.