De villa heeft op een samengestelde plattegrond een à twee bouwlagen en een zolder onder een hoog opgaand, samengesteld, overstekend wolfdak, gedekt met rode tuiles du Nord en voorzien van houten bakgoten en windveren. In het dak bevinden zich enkele schoorstenen met siermetselwerk en enkele kleine houten dakkapellen. Op de nok staat een klokkenstoel. Een deel van het pand is onderkelderd. De gevels zijn opgetrokken in rode baksteen en voorzien van een brede strook rustiek pleisterwerk (opzettelijk ruw aangebracht) ter hoogte van de eerste verdieping. De asymmetrisch ingedeelde voorgevel heeft een hoger tweelaags gedeelte met een topgevel onder een overstekend zadeldak en een driezijdige erker. Links daarvan is in een ruim portiek de ingangspartij gelegen, waarboven zich een balkon bevindt. De bewerkte houten deur is voorzien van een smeedijzeren rooster. De nagenoeg symmetrisch ingedeelde achtergevel heeft een hoger middendeel met een afgeplatte beschoten topgevel onder een afgewolfde kap. De linker zijgevel wordt gedomineerd door een groot trappenhuisvenster met glas-in-lood. Hieronder bevindt zich een dienstingang. De rechter zijgevel of tuingevel heeft een rechthoekige erker met balkon en een loggia onder het doorlopende dakoverstek. Voor de tuingevel ligt een ruim ommuurd terras. De gevels zijn voorzien van verschillende typen vensters, die overwegend meerdelige kozijnen met stolpramen en veelruits bovenlichten met glas-in-lood of kathedraalglas hebben. De luiken met rood-wit zandlopermotief laten de bovenlichten vrij. In het gestuukte deel van de gevels zijn de vensters omlijst met een gladde stucband. De indeling van het interieur is gaaf bewaard gebleven alsmede vele waardevolle interieurelementen zoals in de hal de terrazzovloer, de keizertrap met gesneden eiken trappaal en balustrade, rond gebrandschilderd glas-in-loodraam met een voorsteling van de Sint Bavo te Haarlem (atelier W. Bogtman), geornamenteerde gepleisterde consoles, drie kamers en suite met respectievelijk een neorenaissance lijstwerk en dito schouw en lambriseringen, deurbetimmeringen en een marmeren schouw in Art-Deco-stijl. Heel bijzonder is de neorenaissance eiken lambrisering in de herenkamer, die versierd is met consoles in de vorm van gebeeldhouwde kopjes van kunstenaars en contemporaine politici en wetenschappers. Verder zijn in het huis oorspronkelijke betegelingen bewaard in een badkamer, wc en vestibule, eiken parketvloeren op de begane grond, betimmeringen en paneeldeuren in bewerkte houten omlijstingen in het gehele huis.