Historie en ligging Boerderij de Krebberi'je is gelegen in het glooiende vrij bosrijke buitengebied ten tnoorden van Neede, nabij de Needse Berg (een stuwwal). De boerderij is gebouwd op een stukje grond dat van oorsprong toebehoorde aan de nabijgelegen boerderij de Krebber. Het stukje land werd dan ook reeds voor de bouw van het boerderijtje de Krebberi'je genoemd. De huidige boerderij stamt uit de 19de eeuw, maar is waarschijnlijk pas na 1832 gebouwd. Op de kadastrale kaart uit dit jaar staat het boerderijtje namelijk nog niet aangegeven. De boerderij lag van oorsprong met de achterzijde aan een weg die ongeveer in het verlengde la van de huidige Krebbeweg. In de huidige situatie is de Krebberi'je alleen via de Horstmanweg te bereiken. De Horstmanweg heeft pas in de 60 van de 20ste eeuw zijn huidige beloop gekregen: van oorsprong lag deze weg iets zuidelijker en liep deze niet verder dan de 'Kamp van Horstman'die zuidelijk van de Krebberi'je is gelegen. De Kamp van Horstman en de Krebbeweg werden verbonden door een weggetje dat langs de linkerzijgevel van de Krebberi'je liep. Vanaf het midden van de jaren '60 van de 20ste eeuw is de boerderij in gebruik geweest als vakantiewoning. In 1975 is rechtsachter de boerderij een vakwerkschuur opgericht. Deze historische schuur is afkomstig uit Westfalen (D) en wijkt sterk af van de rondom Neede toegepaste bouwwijze. de schuur valt hierdoor buiten de bescherming. Tot circa 2000 is de boerderij in gebruik geweest als woning. De vorige bewoner heeft een vervangende woning gebouwd (2005-2010) op het voorerf van de Krebberi'je. Hiermee is de boerderij gedegradeerd tot bijgebouw en is ook de bouwkundige staat verslechterd. Dit was ook de aanleiding in 2017 voor een restauratieplan dat in 2018 heeft geleid tot een reconstructie van de boerderij met gebruikmaking van zo veel mogelijk historisch bouwmateriaal. Plattegrond en opbouw De kleine hallehuisboerderij is gebouwd op een rechthoekige plattegrond, heeft lage zijgevels en wordt afgedekt met een zadeldak. het rechter dakvlak heeft in tegenstelling tot het linker dakvlak een knik, waardoor de boerderij enigszins asymmetrisch van vorm is. De voorgevel heeft een beschoten topgevel. Aan de achterzijde heeft het zadeldak een dakschild. De deeldeuropening is vanwege de zeer geringe hoogte van de gevel teruggelegd (onderschoer). Afgezien van de met hout beschoten gedeelten in de voor- en achtergevel zijn de gevels opgetrokken in metselwerk. het gevelmetselwerk was in de loop der jaren meerdere keren plaatselijk gewijzigd en vernieuwd, waarbij verschillende steenformaten en metselverbanden zijn toegepast. Wellicht zijn de gevels van het achterhuis van oorsprong geheel of gedeeltelijk uitgevoerd geweest in hout. Bij de reconstructie in 2018 zijn alle gevels in baksteen gereconstrueerd. De dakvlakken zijn gedekt met rode en gesmoorde Oude Hollandse pannen. Op de nok stond op de scheiding tussen voorhuis en achterhuis (ter plaatse van de brandmuur) een gemetselde schoorsteen. Voorgevel De voorgevel vertoonde verschillende soorten bakstenen en was van oorsprong waarschijnlijk uitgevoerd geweest in kruisverband. Het grootste gedeelte is in een latere periode opnieuw gemetseld in een halfsteens verband. Bij de reconstructie in 2018 is gekozen voor een kruisverband. Doordat het rechter dakvlak een andere helling heeft dan het linkerdakvlak en bovendien aan de onderzijde is geknikt, heeft de voorgevel een asymmetrische vorm. ook de indeling van de voorgevel is asymmetrisch. De voordeur bevindt zich iets rechts van het midden. De invulling van de deuropening was al niet oorspronkelijk en het metselwerk rondom de deuropening was verstoord. Links van de voordeur bevindt zich een klein vierruits venster, rechts naast de deur bevindt zich een venster met zesruits boven- en zesruits onderlicht, gelijkend een schuifraam. Dit venster was waarschijnlijk vermaakt. Het venster was voorzien van niet oorspronkelijke luiken. Deze zijn niet teruggebracht. De top van de voorgevel is voorzien van een verticale houten beschieting. De windveren en het geveltopteken waren niet oorspronkelijk. Het houtwerk is in 2018 vernieuwd. Linker zijgevel De linker zijgevel was ter plaatse van het achterhuis vernieuwd. Hier is in kruisverband gemetseld. Het metselwerk ter plaatse van het voorhuis leek van eerdere datum te zijn, ook in kruisverband. Er was veel schade door herstelwerk in een te harde voegmortel. De gehele gevel is gereconstrueerd. De linker zijgevel heeft een gesloten uiterlijk. er zijn slechts enkele kleine vensters aangebracht: ter plaatse van het voorhuis een houten vierruits venster en ter plaatse van het achterhuis twee gietijzeren stalraampjes. Het vierruits venster bezat een -niet oorspronkelijk- luik die niet teruggebracht is. Rechterzijgevel De rechter zijgevel was grotendeels gemetseld in kruisverband, maar door wijzigingen in de gevelindelingen zijn echter andere bakstenen en andere metselverbanden toegepast. Dit is bij de reconstructie nu uitgevoerd in één kruisverband. Ter plaatse van het voorhuis is de gevel blind: hierachter bevindt zich de bedstede. Vermoedelijk is de gevel ter plaatse van het achterhuis van oorsprong ingedeeld geweest met drie staldeurtjes die werden afgewisseld met eenvoudige stalraampjes . In de huidige gereconstrueerde situatie bevinden zich in de gevel van links naar rechts een staldeuropening met raam, een halfrond stalraam en nog een staldeuropening. Achtergevel De lage achtergevel kende verschillende soorten bakstenen in halfsteens metselwerk: nu gereconstrueerd in kruisverband. Ongeveer in het midden van de gevel is vrij ver terugliggend een deeldeuropening aangebracht (een onderschoer). De zijwanden van de onderschoer zijn ook opgetrokken in metselwerk. De deeldeuropening is voorzien van een middenstijl en eenvoudige houten deuren met een klein ruitvormig raam. Boven de deeldeuropening bevindt zich een houten topgevel met hooiluik. De niet oorspronkelijke windveren en geveltopteken zijn vervangen. Aan weerszijden van de deeldeuropening bevinden zich staldeur-achtige gevelopeningen: deze zijn ingevuld met niet-oorspronkelijke ramen. Interieur De hoofddraagconstructie bestaat uit vijf ankerbalkgebinten en is behouden bij de reconstructie. De voorste vier gebinten zijn voorzien van gehakte telmerken die van voor naar achter in getalaanduiding oplopen. Het achterste gebint is afwijkend en is voor zover zichtbaar niet voorzien van telmerken. De verdiepingsvloer ter plaatse van het voorhuis wordt gedragen door de gebintbalken en balken die zijn opgehangen aan de gebintplaten. Direct bereikbaar via de voordeur ligt centraal in het voorhuis de woonkamer. Tegen de brandmuur bevindt zich hier de stookplaats. Oorspronkelijk was de hangboezem uitgevoerd in hout met leemstuc. In de gebintbalk ter plaatse van de schouw waren hier nog sporen van zichtbaar in de vorm van vierkante gaten. De achterwand was oorspronkelijk bekleed met tulpentegels, maar door de vorige bewoner al verwijderd en niet meer aangetroffen. Rechts naast de woonkamer bevond zich een vernieuwde bedstede. Oorspronkelijk een dubbele met twee openingen in de rechter zijwand van de woonkamer. De bedstede is niet gereconstrueerd. Links naast de woonkamer bevond zich een zijvertrek met verlaagd vloerniveau (niet oorspronkelijk) om stahoogte te creëren. Dit is bij de reconstructie niet meer aangebracht. In het achterhuis waren een aantal reversibele vertrekken getimmerd, zonder de oorspronkelijke constructie aan te tasten. De vloer van het achterhuis was in de zijbeuken voorzien van een afwerklaag met dodekop.