Over de Kelders 20
Hoekpand aan de Ciprianussteeg met drie verdiepingen onder dwars zadeldak tussen topgevels.
De gevel in strak metselwerk afgesloten door rechte kroonlijst met spaarzame blokjes.
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Twee winkelhuizen, laatnegentiende-eeuws aan de Over de Kelders en vroegtwintigste-eeuws aan Korfmakersstraat, die met de rug naar elkaar staan en inpandig deels met elkaar zijn verheeld. De percelen en de daarop staande panden berustten vermoedelijk al in de negentiende eeuw in een hand. Het kleine bouwblok, omsloten door de straten Over de Kelders, Korfmakersstraat en Heerestraat en de Ciprianussteeg, was in de late Middeleeuwen al bebouwd. De hoofdoriëntatie van het blok was op Over de Kelders, wat ook werd (en wordt) weerspiegeld door de percellering. Aan Over de Kelders staan grote panden op relatief diepe percelen, terwijl aan de Heerestraat daarachter ondiepe percelen ‘overschoten’ met een diepte van hooguit een kwart van de ‘voorzijde’. Op Johannes Sems’ vogelvluchtkaart (1603) van de stad zijn er kleine panden getekend die mogelijk zelfs bijgebouwen en achterhuizen waren bij de panden aan Over de Kelders. Van de kadastrale minuutplannen van Leeuwarden, uit 1825, valt af te leiden dat toentertijd sommige achter elkaar gelegen percelen in een hand verkeerden, maar dit lijkt op dat moment niet het geval te zijn geweest met de percelen van de panden Over de Kelders 26 en Korfmakersstraat 2. Later in de negentiende eeuw, met zekerheid al in 1876*, behoren deze panden wel (weer) toe aan eenzelfde eigenaar. Over de voorganger van het winkelhuis Over de Kelders 26 is weinig bekend. Er zijn ook geen sporen van te zien, maar het kan niet worden uitgesloten, dat zijmuren en balklagen deels nog een hoge ouderdom hebben. De winkel met bovenwoning is in de late negentiende eeuw gebouwd naar een plan van de Leeuwarder architect H.H. Kramer. Kramer had zijn ontwerptekeningen in september 1896 gereed, terwijl uit zijn bewaard gebleven rekeningboeken blijkt, dat de aanbesteding in diezelfde maand geschiedde (de bouw is vermoedelijk gegund aan W. Franzen, die met f 5.320 de laagste inschrijver was). De afbraak van het bestaande pand moet kort daarna ter hand zijn genomen, zodat de nieuwbouw eind 1896 begon en begin 1897 ten einde kwam. Opdrachtgever was de fabrikant Johan Christiaan Hempenius, die ook eigenaar was van de voorganger én van het erachter staande Korfmakersstraat 2. Hinderwetvergunningen uit die periode geven een inkijk in de professionele bezigheden van Johan Christiaan Hempenius. Hempenius vroeg in 1884 een hinderwetvergunning aan voor een kachel- en haardenfabriek in Korfmakersstraat 2. Acht jaar later, in 1892, werd hem voor hetzelfde pand een vergunning verleend om er een tingieterij te beginnen, een vergunning die in 1899 werd gecontinueerd. Hempenius had inmiddels, in 1896, het winkelhuis aan Over de Kelders laten bouwen en het is aannemelijk dat hij daar de producten van zijn gieterij aan de man bracht. Dat heeft geduurd tot kort na 1900, toen P.J. Hempenius, vermoedelijk zoon van, het bedrijf overnam om het voort te zetten als “Fabriek van Brittania lepels en vorken, koper- en blikslagerij” met als hoofdadres Over de Kelders 26. Historisch fotomateriaal maakt duidelijk, dat Hempenius kort vóór 1927 in ieder geval geen directe bemoeienis meer had met Korfmakersstraat 2 – het pand was toen namelijk in gebruik bij de koperslager Jan Tichelaar. Zacht gezegd opmerkelijk is het, gelet op de voorgeschiedenis, dat P.J. Hempenius in 1927 wel weer wordt vermeld houder van de bouwvergunning en dus als opdrachtgever voor de nieuwbouw van een kapperszaak (voor dames) met bovenwoning. De door de Leeuwarder architect en aannemer S. Roosma (zelf op dat moment gevestigd om de hoek aan de Tweebaksmarkt 40) ontworpen en gerealiseerde nieuwbouw kwam voor zover bekend in 1927 ook gereed. Korfmakersstraat 2 heeft tot in de jaren-1970 de functie van kapperszaak behouden. Korfmakersstraat 2 is karakteristiek voor de architectuur van het Interbellum en in detaillering verwant met de Amsterdamse School. De fraaie Art Déco-achtige belettering op de rechtergevelpenant met “KAPPER” maakte niet van meet af deel uit van het gevelbeeld, zo blijkt uit een uit 1930 daterende foto op de Beeldbank Leeuwarden, maar moet in de jaren-1930 zijn aangebracht. Over de Kelders 26 heeft de stilistische kenmerken van de destijds gangbare Neo Hollandse-Renaissance. De voorgevel is omstreeks 1970 gewijzigd, toen de oorspronkelijke pui (met een brede winkelruit in het midden en een winkel- (links) en een bovenwoningentree (rechts) aan weerszijden werd vervangen door een grote opening met een natuursteenomlijsting. De bescherming van beide panden geldt het exterieur en de constructie. Over de Kelders 26: Het vanuit een vrijwel rechthoekige plattegrond opgetrokken winkelpand heeft een hoge, in bruine baksteen opgetrokken topgevel van het type trapgevel. Het pand staat met drie bouwlagen onder een zadel-/schilddak, gedekt met gesmoorde Friese golfpannen (achterste en rechter dakschild en oude oranje Hollandse golfpannen (linker dakschild). De winkelpui is, evenals het inwendige en de indeling van de begane grond, ingrijpend gewijzigd. Boven de pui is de drie traveeën brede gevel in redelijk goede staat bewaard gebleven. De gevel wordt verlevendigd door details van hardsteen en decoratief metselwerk boven de recht gesloten vensters, die zijn voorzien van uit tegels samengestelde lekdorpels met afzaat. De gevelvelden waarin de vensters zijn geplaatst liggen dieper dan de omringende velden, waardoor aan de gevel een zekere mate van plasticiteit is verleend. De vensterkozijnen met een kwartrond hoekprofiel zijn alle nog oorspronkelijk. De vensters op de eerste verdieping bevatten vernieuwde schuiframen die staan onder segmentboogvormige ontlastingsbogen met kleine, hardstenen aanzetstenen en boogtrommels, die zijn verlevendigd met gele baksteen. Van de vensters met vernieuwd schuifraam op de tweede verdieping staat het middelste onder een segmentboog als die op de eerste verdieping. De vensters aan weerszijden staan onder een rondboog, voorzien van sluit- en aanzetstenen van grijze hardsteen. De twee middelste aanzetstenen zijn geprofileerd, de twee buitenste zijn verfraaid met een gebeeldhouwde cherub. De sluitstenen zijn versierd met een diamantkop. De stenen met de cherubs vormen ook de aanzet tot de geveltop. Deze is voorzien van een venster met kruisraam, eveneens onder een rondboogvormige ontlastingsboog met sluit- en aanzetstenen en een boogtrommel met decoratief metselwerk. De sluitsteen vormt tevens de voet van een overhoekse tenant (schilddrager of toppenant), die wordt bekroond door een hardstenen pinakel. Aan weerszijden van het venster is een hardstenen knop in de gevel opgenomen. De trapdelen van de geveltop zijn afgedekt met geprofileerde ezelsruggen. In het dakschild boven de alleen vanaf grote hoogte zichtbare achtergevel staat een dakkapel. Het zichtbare bovenste deel van de rechter zijgevel is opgetrokken in geeltjes. In het inwendige van het pand zijn geen vermeldenswaardige zaken bewaard gebleven. Korfmakersstraat 2: De winkelwoning is opgetrokken vanuit een ondiepe, rechthoekige plattegrond en met drie bouwlagen onder een met rode, verbeterde holle pannen gedekt, uitkragend en geknikt zadeldak met een dakkapel en met schoorsteen op de nok. De gevels zijn alle opgemetseld van helderrode baksteen en hebben recht gesloten openingen. De oorspronkelijke, grotendeels houten winkelpui beslaat de gehele breedte van de voorgevel. De pui is voorzien van een groot, om de hoek gaand, samengesteld etalagevenster met spiegelruit en zevendelig bovenraam boven een met tegels beklede plint. Rechts van de etalage bevindt zich een portiek met een tegelvloertje en met decoratief tegelwerk beklede rechter portiekwand. In de achterwand staat de originele toegangsdeur met geprofileerd kalf en bovenlicht voor de bovenwoning. Links in de portiek staat de schuin geplaatste, vernieuwde winkeldeur eveneens onder een bovenlicht. De winkelpui heeft een houten omlijsting met boven een betegelde basis staande hoekpenanten, die worden verlevendigd door in de diepte verspringende velden en zijn voorzien van een zich naar boven toe verbredend verticaal accent. De winkelpui wordt beëindigd door een eenvoudige, iets uitkragende kroonlijst. Boven de pui worden de muurdammen op de hoek geaccentueerd door verticale uitmetselingen Op de eerste verdieping is de gevel voorzien van een breed, onder een rollaag geplaatst venster met een samengesteld raam, waarin de bovenramen een regelverdeling hebben en zijn ingevuld met glas-in-lood. Het smallere, onder een overstek staande venster op de tweede verdieping bevat een vierdelig raam met roedeverdeling boven een plantenbak over de gehele vensterbreedte. Het overstek is aan de onderzijde voorzien van een houten bekleding met dakgoot. In het dakschild hierboven staat een houten dakkapel met uitkragend plat dak en een dubbel raam met een regelverdeling. De vermelding “KAPPER” in verticaal geplaatste, geschilderde metalen letters op de rechter muurdam van de gevel is weliswaar een latere toevoeging, maar mede door de kenmerkende lettertypologie van essentieel belang. De toppen van de zijgevels worden afgedekt door een rollaag. Waar de voorgevel de blinde rechter (noordoostelijke) zijgevel ontmoet, is de hoek overhoeks gemetseld. In het inwendige van het pand zijn geen vermeldenswaardige zaken bewaard gebleven.
| Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
|---|---|---|---|---|
| Winkel/woonhuis | – | – | Oorspronkelijke functie | – |
| Winkelfunctie | Woningen en woningbouwcomplexen | – | Huidige functie | – |
| Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Over de Kelders | 26 | – | 8911JG | – | – | – | – |
Hoekpand aan de Ciprianussteeg met drie verdiepingen onder dwars zadeldak tussen topgevels.
De gevel in strak metselwerk afgesloten door rechte kroonlijst met spaarzame blokjes.
Eenvoudig pand onder diep zadeldak met voorschild. Geblokte kroonlijst en goede dakkapel; in de steeg Vlaamse top.
(WINKEL)WOONHUIS, met in aanleg mogelijk nog vroeg- 17de-eeuwse of oudere kern, en 18de-, 19de- en 20ste-eeuwse architectonische kenmerken. Het gebouw bestaat uit een bouwvolume in de diepte en een bouwvolume in de breedte (aan Voorstreekzijde).
Omschrijving