Korfmakersstraat 13
Pand onder vernieuwd dwarsdak; rechte kroonlijst met consoles XVIII B; verdieping ter halver hoogte overgekraagd op telkens een boogje op twee kopjes, XVI-XVIIa.
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
De gebruiks- en ontwikkelingsgeschiedenis van Korfmakersstraat 9 en 11 is met zekerheid al sinds de negentiende eeuw nauw met elkaar verweven. Op de Wijkkaart van 1876 (Wijk C) heeft Korfmakersstraat 9 geen eigen huisnummer meer en blijkt uit een aanduiding dat het pand dezelfde eigenaar kent als Korfmakersstraat 11. Dat was nog niet het geval in 1825, het jaar waaruit de eerste kadastrale registratie van Leeuwarden en de bijbehorende Minuutplannen dateren, en evenmin in 1843, het jaar waaruit een andere Wijkkaart dateert en waarop de beide panden nog de historische huisnummers 39 (Korfmakersstraat 9) respectievelijk 40 (Korfmakersstraat 11) hadden. Het is niet onmogelijk, dat de panden zijn samengevoegd in 1871-’72. In dat jaar werden, zo blijkt uit een aanbestedingsadvertentie in de Leeuwarder Courant, “herstellingen aan de huizinge lett. B no. 39" uitgevoerd naar een plan van architect J.D. Bruns. Gelet op de stijlkenmerken van de voorgevel van Korfmakersstraat 9, waren die ‘herstellingen’ vermoedelijk nogal ingrijpend en behelsden ze tenminste een gedeeltelijke vernieuwing. De voorgevel met drie zesruits vensters op de verdieping kan namelijk heel goed uit dat jaar dateren. Bruns vernieuwde het pand zeker niet volledig. Het bezit nog steeds een veel oudere, waarschijnlijk zelfs laat-zestiende-eeuwse kern. Op de vogelvluchtkaart van Johannes Sems uit 1603 staat al bebouwing op dit perceel aangegeven. Afgaande op de kaart had het pand oorspronkelijk één bouwlaag met daarop een dwarskap. Dit beeld wordt bevestigd door de aanwezige bouwsporen: de topgevels met vlechtwerk zijn nog herkenbaar in de zijmuren. Het pand bezit bovendien nog een oude spiltrap. Deze verbindt de tweede bouwlaag met de kapverdieping en moet dus zijn verplaatst en hergebruikt. De trap die de begane grond met de verdieping verbindt is beduidend jonger, waarschijnlijk laatnegentiende-eeuws. Het plaatsen van een nieuwe trap en de verplaatsing en het hergebruik van de spiltrap zijn logischerwijs gelijktijdig gebeurd: toen het pand met een bouwlaag werd verhoogd en de dwarskap werd vervangen door een schilddak met hoekschoorsteen. Het is aannemelijk, dat dit allemaal deel uitmaakte van Jurjen Bruns’ plan uit 1871-’72. Korfmakersstraat 11 lijkt vooral uit omstreeks 1885-1890 te dateren. Het is onduidelijk of het pand een oudere kern bezit, maar de neorenaissance karakteristieken van het exterieur wijzen eenduidig op het laatste kwart van de negentiende eeuw. Nauwkeurige gegevens hierover ontbreken. De beide panden kregen op een wat later moment, en met enige tussentijd, elk een decoratieve winkelpui. De puien vertonen verwantschap, wat niet vreemd is, wetende dat de begane gronden vanaf 1910 één winkelruimte vormden en die winkel één entree had, in een portiek iets rechts van het midden. De pui van Korfmakersstraat 9 is aangebracht in 1910. In opdracht van de heer W.H. Visser onderging het “Winkel- & woonhuis” een ”kleine Verbouwing en Uitbreiding” naar een plan van architect K. Bouwer. Uit de bewaard gebleven blauwdruk, waarin de bestaande en de nieuwe toestand zijn verweven, valt af te leiden dat de ‘verbouwing’ een nieuwe invulling van de begane grond-gevel behelsde (met een vensterpartij links en een winkelpui rechts) en de inbouw van een erachter gelegen ‘opkamer’ en de ‘uitbreiding’ het in de stoep aanbrengen van een trap die toegang gaf tot de kelder. De blauwdruk laat ook zien, dat de bijzondere winkelpui met de entreeportiek in Korfmakersstraat 11 toen al bestond. De stilistische kenmerken doen vermoeden, dat deze pui weinig ouder is dan die van Korfmakersstraat 9 en uit de jaren 1900-1910 moet dateren. Ook latere verbouwingen hebben zichtbare sporen nagelaten. Ergens in de loop van de twintigste eeuw is de kap van Korfmakersstraat 9 verlaagd tot een afgeknot schilddak. En van hetzelfde pand is de voorgevel nogmaals gewijzigd in de late jaren-2000, toen in de vensterpartij links in de gevel op de bel-etage een zelfstandige woningentree met een kleine trapstoep is aangebracht. De bescherming geldt van beide panden het exterieur en de historische constructie en ook de trappen uit de (late) zestiende en negentiende eeuw. Exterieur: Korfmakersstraat 9 heeft twee bouwlagen op een kelder of souterrain en onder een afgeknot schilddak. De gevel bezit onderaan nog sporen van de kelder in de vorm van een stalen latei, opgenomen in het metselwerk, daarboven op de begane grond links een onder een rollaag staande vensterpartij (1910) met een ingebroken entree met hardstenen trapje (ca. 2009) en rechts een winkelpui (1910) en op de tweede bouwlaag drie zesruits vensters (XIXc-d). De gevel is op de begane grond opgemetseld uit donkerbruine baksteen met een snijvoeg van kalkmortel (1910). Dit geveldeel wordt afgesloten door een cordonlijst in de vorm van een schuin uitgemetselde rollaag, afgedekt door een vlak liggende rollaag. Op de tweede bouwlaag is de gevel opgetrokken in roodbruine baksteen, eveneens met origineel voegwerk (XIXc-d). De verdieping staat boven de cordonlijst iets in overstand ten opzichte van de begane grond. De uit 1910 daterende winkelpui bestaat uit een lage borstwering van geprofileerde (grijs geschilderde) kunststeen (granito?), twee uit kunst- of zandstenen blokken samengestelde en op een basis van (geschilderde) hardsteen staande penanten en een houten puibalk. De puibalk wordt op de linker hoek geaccentueerd door een op een gecanneleerde console rustend kraagstuk met de letter C (Wijk C) en bladversieringen. Oorspronkelijk werd het kraagstuk bekroond door een pinakel, die ook op de kraagstukken van de belendende gevel van Korfmakersstraat 11 stonden. Het etalageraam is nog origineel en heeft ventilatieopeningen aan de bovenzijde. De verdieping bevat drie identieke, onder rollagen staande recht gesloten vensters met zesruits schuiframen en met zink- of loodslabben bedekte onderdorpels. De kozijnen zijn nog origineel en hebben een hoekprofiel (XIXc-d), maar zijn deels weggetimmerd achter latten. De gevel wordt beëindigd door een houten hoofdgestel met een geprofileerde kroonlijst. Het afgeknotte schilddak is gedekt met nieuwe, gesmoorde holle pannen. In het voorste dakschild staat een houten dakkapel met vleugelstukken en een driehoekig fronton met uitkragende deklijst (XIXc-d). Korfmakersstraat 11 telt eveneens twee bouwlagen plus een derde (‘zolder’-)bouwlaag met een voorschild. De gevel is boven de winkelpui gemetseld van bruine baksteen (het voegwerk is nog oorspronkelijk) en heeft op de tweede bouwlaag drie rechtgesloten gevelopeningen (ca. 1885-1890). De begane grond wordt geheel in beslag genomen door een winkelpui (1900-1910). Deze is aan weerszijden voorzien van penanten van wit geglazuurde baksteen of perssteen met banen bruin geglazuurde steen en met kwartholle hoeken. De pui bevat links een ingangsportiek, waarin de dichtgezette, onder een bovenlicht staande winkeldeur staat. Deze deur staat tussen pilasters met in reliëf gesneden bloemen en een beëindiging in de vorm van gecanneleerde consoles. Het kalf is versierd met uitgesneden takken met bladeren. De linker portiekwand is over de gehele hoogte bekleed met witte en bruine tegels in een decoratief patroon. De schuin geplaatste rechter portiekwand maakt deel uit van de winkeletalage. De winkeletalage heeft een lage, geprofileerde borstwering (plint) van geverfde kunststeen (granito), die op de rechter hoek wordt geaccentueerd door een basement met diamantkop, waarop de hoekpenant staat. De linker hoek heeft een enigszins vergelijkbaar, kleiner hoekaccent, die dient als basement voor een gietijzeren kolom tussen de beide etalageramen. De winkelpui staat onder een geprofileerde houten puibalk met aan de uiteinden een op een console rustend, houten kraagstuk, dat oorspronkelijk was bekroond met een pinakel. De verdieping bevat drie, onder strekken staande vensters met tweedelig schuifraam. De kozijnen zijn voorzien van pen-gatverbindingen. De gevel wordt beëindigd door een hoofdgestel met een op gecanneleerde consoles liggende, geprofileerde kroonlijst en knoppen en diamantkoppen op de ertussen liggende friezen. De gevel staat onder een steil dakschild met zwart geglazuurde Friese golfpannen. In het dakschild staat een forse, originele houten dakkapel met een samengesteld venster tussen pilasters. De pilasters worden beëindigd door consoles, waarop de voorste rand van het iets uitkragende platte dak rust. Achter het dakschild is het dak plat. Interieur: Korfmakersstraat 9 - In het inwendige van het pand is op de bel-etage de trap naar de verdieping aanwezig in de vorm van een scheluwe trap met een houten leuning met gedraaide balusters (XIXc-d). Een spiltrap in een houten trapkoker vormt de verbinding tussen de tweede bouwlaag en de zolderverdieping (XVId?). De spil is halfrond waar de treden met pen-gatverbindingen zijn ingelaten, en driekantig waar de spil vrij staat in de ruimte. De treden zijn aan de achterzijde dichtgetimmerd en hebben aan de onderzijde een profilering in de vorm van een brede afschuining. Op de verdieping zijn de (omtimmerde) balken onder de zoldervloer te zien, met een raveling waar oorspronkelijk een schouw tegen de noordelijke zijmuur heeft gezeten. De aftekening daarvan is ook in de vloer met originele houten vloerdelen te zien. Korfmakersstraat 11 - De begane grond is verbonden met de eerste verdieping door een negentiende-eeuwse trap met een geprofileerde handlijst, gedragen door gedraaide balusters. Van de tweede bouwlaag naar de zolderverdieping loopt een vermoedelijk oudere (spil)trap.
| Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
|---|---|---|---|---|
| Winkel/woonhuis | – | – | Oorspronkelijke functie | – |
| Horecafunctie | Woningen en woningbouwcomplexen | – | Huidige functie | – |
| Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Korfmakersstraat | 11 | – | 8911LA | – | – | – | – |
Pand onder vernieuwd dwarsdak; rechte kroonlijst met consoles XVIII B; verdieping ter halver hoogte overgekraagd op telkens een boogje op twee kopjes, XVI-XVIIa.
Pand onder vernieuwde kap. Rechte kroonlijst verkropt boven de vier pilasters der grote orde met composietkapitelen, die de gevel rythmeren.
Vijf traveeën breed PAND onder dwarsdak, aansluitend een hoekpand aan de Tweebaksmarkt. Dakkapel; rijk versierde ingangspartij, Ionische pilasters naast de ingang, rococo-ornament langs venster boven de ingang. Gevel gepleisterd. De evenzijde wordt gevormd door de zijgevel van het Griffiegebouw.