Looweg 4, Eibergen

Monumenttype:
Gemeentelijk monument
Monumentnummer:
1010088700
Monumentnaam:
Looweg 4
Plaats:
Eibergen

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Beschrijving

Typering: Markant BOERDERIJCOMPLEX ‘KONING’ bestaande uit een T-BOERDERIJ met aangebouwde SCHUREN, een vrijstaande WAGENSCHUUR, een BAKHUIS, een KIPPENHOK, een WATERPUT, BOUWFRAGMENTEN BENTHEIMER ZANDSTEEN, TOEGANGSHEK en de ERFAANLEG. Typering, historie en ligging: Ten zuidwesten van de buurtschap Loo op een oude bouwplaats gelegen historisch gegroeid boerderijcomplex. Het erf is middels een met eiken beplante oprijlaan met de buurtschap verbonden. Het met de deel naar de weg gekeerde hoofdgebouw bestaat uit een T-boerderij (hallenhuis met langsdeel) met groot dwarshuis, achterhuis en twee aangebouwde schuren. Op erf bevinden zich verder aan de westzijde een bakstenen waterput, enkele zandstenen bouwfragmenten en een vrijstaande schuur met stal (type doorrijschuur). Aan de zuidwestzijde bevindt zich een relatief groot, waarschijnlijk uit het Interbellum daterend, kippenhok annex kleinveeschuur. Aan de zuidoostzijde staat een fors bakhuis annex knechtenwoning. De oorsprong van de boerderij ligt hoogstwaarschijnlijk vóór 1800. Op kaarten uit het midden van de 19de eeuw wordt het complex met de naam ‘Koning’ aangeduid. Hoewel de boerderij duidelijk bij het buurtschap Loo behoort is het daar op een honderdtal meters van verwijderd, richting Berkel. De ontsluiting was vanouds gericht op de achterzijde (noordzijde). Het erf is grotendeels verhard met veldkeitjes. Boerderij: Plattegrond en opbouw: De boerderij bestaat uit een dwarsgeplaatst voorhuis onder een zadeldak en een achterhuis voorzien van een zadeldak met de nok haaks op het dak van het voorhuis. Parallel aan het achterhuis zijn aan de westzijde twee van zadeldaken voorziene, in omvang en hoogte afnemende, schuren aangebouwd. De bouwmassa van het voorhuis wordt gedekt door een licht overstekend, vrij steil zadeldak met gesmoorde Oudhollandse pannen en twee nabij de nok geplaatste schoorstenen. De daken van de achterhuis en schuren zijn voorzien van rode Oudhollandse pannen. De daken van achterhuis en schuren zijn voorzien van meerdere moderne dakramen. De gevels zijn opgetrokken in kruisverband met uitzondering van de gevel ter linkerzijde van de voordeur die is opgemetseld in Vlaams verband en van de oostelijke gevel van het achterhuis. Deze gevel is uitgevoerd in halfsteens metselverband. Alle gevels zijn voorzien van een gepleisterde grijs geschilderde plint. Voorgevel voorhuis: Het voorhuis is acht traveeën breed en heeft in de zesde travee de ingang die voorzien van deur en een bovenlicht met gietijzeren levensboom. De oorspronkelijke deur is vervangen door een moderne deur van glas met een roedenverdeling. De gevel wordt beëindigd door een architraaflijstje en een gepleisterd fries waarboven een eenvoudige houten bakgoot. Tussen de segmentbogen bevinden zich op regelmatige afstanden eenvoudige staafvormige muurankers. De gevelopeningen zijn voorzien van gepleisterde lekdorpels en worden afgesloten door segmentboogjes met gepleisterde boogvelden met een geschilderde rankenversiering. Op de begane grond bevinden zich zesruits, van isolatieglas voorziene, ramen die voor betreft het beeld gebaseerd zijn op de oorspronkelijk hier aanwezige schuiframen. In het bovenliggende dakvlak twee in meer recente tijd toegevoegde dakkapellen met vierruits stolpramen. Linker zijgevel: De linker zijgevel van het voorhuis bezit twee recentelijk aangebrachte deuropeningen die voorzien zijn van zesruits terrasdeuren en tweeruits bovenlichten. Op de verdieping twee vensters met zesruits stolpramen, in de geveltop een gietijzeren rondvenster. De zijgevel van de schuur heeft drie segmentvormig afgesloten gietijzeren stalramen met een zesruits indeling en een door korfboog met aanzetstenen en sluitsteen afgesloten staldeuropeningen. De opening is voorzien van een glaspui en staldeur. Achtergevel (achterhuis en schuren): De topgevel is hoofdzakelijk opgemetseld in kruisverband, en is boven de deeldeuropening later verhoogd in halfsteensverband (beëindigd met uitkragende muizetand), zodat slechts een kleine houten geveltop is overgebleven. Geveltop en windveren (met geveltopteken) zijn licht uitkragend. De symmetrisch ingedeelde gevel is voorzien van een inrijopening met korfboog met aanzetstenen en sluitsteen waarop het jaartal 1820. De terugliggende deeldeuren worden van elkaar gescheiden door een middeler, boven wit, onder groen, met zandlopermotief. Aan weerszijden bevindt zich een later aangebracht gietijzeren segmentboogvormig zevenruits stalraam met klappend bovendeel. Uiterst links en rechts twee staldeuren (eveneens aan de bovenzijde korfboogvormig afgesloten met aanzet- en sluitstenen). Openingen voorzien van een moderne glasvulling. In het verhoogde geveldeel bevindt zich een rond gietijzeren raam. De gevel van de naastgelegen schuur is voorzien van een klein stuk gevelbeschieting (overkragend, windveren, geveltopteken). De jaartalankers op deze schuur geven 1897 aan, maar op de sluitsteen van de inrijopening staat het jaar 1850. De schuur is aan de westzijde verbreed waarna dit deel een eigen zadeldak kreeg, dat gedeeltelijk in de bestaande kap is opgenomen, zodat een hoog liggende zakgoot is ontstaan. Een groot deel van de symmetrische opzet van de kopgevel is nog herkenbaar: korfboogvormige deeldeuropening met naar buiten openende deuren (aanzet- en sluitstenen, moderne glasinvulling achter de deuren): aan weerszijden rondbogig beëindigde gietijzeren stalramen, staldeuren (korfboog, aanzet- en sluitstenen) en grote twaalfruits gietijzeren stalramen (segmentboogbeëindiging). Het zolderluik is voorzien van een twaalfruits houten draairaam met luik. Ook de topgevel van de uitbreiding is op dezelfde wijze als de andere voor een zeer klein gedeelte voorzien van een gevelbeschieting, boven een rechthoekig zolderluik. Uiterst rechts een halfrond gietijzeren stalraam. De staldeuropening is voorzien van een moderne glasvulling. Rechter zijgevel: De rechter zijgevel van het voorhuis heeft op de begane grond drie vensters met zesruits ramen. Onder het linker venster een tweeruits kelderraam. De verdieping is voorzien van twee geruits ramen. In de top een kleine beschieting boven uitkragende muizetand. De zijgevel van het achterhuis is verhoogd, vernieuwd en van een nieuwe indeling voorzien met meerdere van vierruits ramen voorziene vensters en een klein halfrond drieruits gietijzeren stalraam. Interieur: De boerderij bezit nog meerdere waardevolle interieurelementen waaronder de stookplaats in de woonkamer. In deze ruimte tevens een servieskast en bedstededeuren. Opkamer waaronder een kelder. De muur tussen opkamer en woonkamer is verwijderd. Bakhuis: Plattegrond, opbouw en gevels: Het tot een woonruimte omgevormde bakhuis staat dwars op de lange voorgevel van het voorhuis en is opgebouwd op een rechthoekig grondplan en bestaat uit één bouwlaag. Het is afgedekt met een 3-zijdig schilddak waarvan het aan de achterzijde gelegen kopschild lager is doorgetrokken en aan de voorzijde een topgevel met overstekend dak, windveren en een geveltopteken. Het dak is gedekt met rode Oudhollandse pannen en is voorzien van zinken mastgoten. Op de nok een schoorsteen. De gevels zijn deels in kruisverband en deels in halfsteens verband uitgevoerd en voorzien van een gepleisterde plint. De vensteropeningen worden afgesloten door blinde segmentboogjes met gepleisterde boogvelden en zijn voorzien van gepleisterde lekdorpels. In de kozijnen zijn zesruits schuiframen gevat. De ingang in de kopgevel bestaat uit een opgeklampte deur met tweeruits bovenlicht, links daarvan een venster als beschreven. Ter hoogte van de zolderverdieping een venster met een vierruits draairaam waarboven een halfrond gietijzeren venster met drieruits indeling. In de rechter zijgevel zijn naast twee originele vensters en stalraam twee lage dubbele draairamen met horizontale roedeverdeling aanwezig, geplaatst in een rechthoekige opening met afsluitende rollaag. In de achtergevel o.a. twee vierruits draairamen. De linker zijgevel is naast een segmentboogvormig afgesloten staldeur een stalvensters voorzien van een toegevoegd groot niet-bijpassend woonkamerraam voorzien van dubbel glas. Interieur: Het interieur is in het verleden gemoderniseerd. Aan de zijde van de westgevel bevindt zich een waterpomp. Bijschuur: Plattegrond en opbouw: De bijschuur (ca. 1900), type doorrijschuur, is dwars, enigszins gedraaid gesitueerd ten opzichte van het achterhuis van de boerderij zodat een aan twee zijden besloten erf is ontstaan. De schuur is van het hallenhuistype en opgebouwd met oude gebinten waarvan drie bijzonderheden vermeld kunnen worden, n.l. de aanwezigheid van twee ankerbalken die niet van schoren zijn voorzien maar door een gevorkt uiteinde de benodigde stijfheid verschaffen en de aanwezigheid van een eindgebint met (één) uitkraagschoor voor een uitkragende topgevel. De schuur is opgebouwd met gevels in kruisverband met een gepleisterde plint, en afgedekt met een wolfdak met gesmoorde kruispannen op de wolfseinden, rode en gesmoorde Oudhollandse pannen op het linker dakschild en gesmoorde muldenpannen op het rechter dakschild. Voorgevel: De kopgevel is ingedeeld met korfboogvormige openingen met gepleisterde aanzet- en sluitstenen: deeldeuren (naar buiten openend) in het midden, een staldeur links en een opening met dubbele deuren rechts. Naast de deeldeuren hoog geplaatste, staande gietijzeren stalramen, met een rondboog afgesloten en met vorktracering, en laag geplaatste halfronde gietijzeren stalramen, eveneens met vorktracering. Zijgevels: In de zijgevels segmentboog staldeuren en -ramen, grotendeels in beton uitgevoerd. In de rechter zijgevel tevens drie 12-ruits gietijzeren werkplaatsramen, segmentboogvormig beëindigd. Achtergevel: Deeldeuren en ramen als vóór. Aan weerszijden een onregelmatig gevormde en geplaatste staldeur zonder versiering, tevens links een betonnen stalraam. Kippenhok: Plattegrond, opbouw, gevels en interieur: Forse kippenschuur (ca. 1920-1930), waarschijnlijk ook gebruikt als stal voor kleinvee, bevindt zich ten zuidwesten van het voorhuis van de boerderij en is met de voorgevel op het oosten georiënteerd. Het kippenhok heeft op onderdelen als gevolg van wijzigingen in het gebruik meerdere ondergeschikte wijzigingen ondergaan. De schuur is dwars gesitueerd ten opzichte van het voorhuis van de boerderij en gebouwd op een rechthoekige plattegrond onder een lessenaarsdak gedekt met golfplaten. De gevels zijn opgetrokken in baksteen voor wat betreft de voorgevel gemetseld in kruis- en klezoorverband. Zijgevels in klezoorverband. De elf traveeën brede voorgevel heeft zowel in de vierde als in de achtste travee een opgeklampte toegangsdeur. De hoofdtoegangsdeur wordt gevormd door de deur in de achtste travee. Deze bestaat uit twee delen waarbij zich in de bovenste helft drie openingen bevinden voor duiven. De in hoogte verschillende vensteropeningen bevatten overwegend achtruits ramen. Uiterst rechts een raam met een twaalfruits indeling. Linker zijgevel is voorzien van eenvoudige tweeruits betonnen stalramen. De rechter zijgevel is voorzien van twee vensteropeningen respectievelijk voorzien van een zesruits en een tweeruits betonnen raam, alsmede een toegangsdeur waarboven een vierruits houten raam. Het interieur wordt gekenmerkt door een in de loop der jaren aan het gebruik aangepaste indeling en betonnen vloer. Vanwege de sanering en vervanging van de asbesthoudende golfplaten is de (te) lichte dakconstructie vervangen. Waterput: Eenvoudige in baksteen in meer recente tijd opnieuw opgetrokken putring afgesloten door een rollaag. Naast de put enkele zandstenen bouwfragmenten, mogelijk afkomstig van een oudere voorganger. Zandstenen bouwfragmenten: Tussen de put en de schuur enkele zandstenen bouwfragmenten, mogelijk afkomstig onderdelen van een oudere voorganger van de huidige boerderij. Erfaanleg met toegangshek: Het complex bevat nog een op hoofdlijnen waardevolle erfaanleg die is samengesteld uit een met eiken beplante oprijlaan met toegangshek, een uit veldkeien bestaande bestrating aan de deelzijde. Aan de zijde van het voorhuis een open met gras beplante ruimte waar zich oorspronkelijk onder meer een siertuin bevonden, en enkele fruit- en sierbomen. Jongere beplanting met diverse boomsoorten aan de rand van het erf.

Bron: Fenicks B.V.

Specificaties

Bron: Fenicks B.V.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Erfinrichting Oorspronkelijke functie
Historische aanleg Boerderijen molens en bedrijven Huidige functie
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Looweg 4 7152AL
Bron: Fenicks B.V.

Tijdlijn Looweg 4

Voeg een verhaal over dit monument toe aan de tijdlijn

Weet u meer over dit bijzondere monument of heeft u een herinnering over dit monument? Vul de tijdlijn aan. Deel uw verhaal en houd dit monument springlevend.

Andere monumenten in de buurt

Naar boven