Historie en ligging: De SCHUUR is het meest zuidwestelijke gelegen gebouw van het boerderijcomplex aan Borculoseweg 70. Het boerderijcomplex ligt aan de noordzijde van de Borculoseweg, tussen het buurschap Olden Eibergen en de Berkel en behoort tot een zwerm boerderijen in een strook tussen de Berkel en een langgerekte es ten zuiden daarvan. De schuur is gelegen langs de toegangsweg tot de boerderij. De schuur heeft zes ankerbalkgebinten die voorzien zijn van gehakte telmerken. De sporen van de kap zijn voorzien van haanhouten: haanhouten en sporen zijn door middel van halfhouts verbindingen met toognagels aan elkaar bevestigd. Uitzonderlijk is dat de sporenparen zijn voorzien van gezaagde telmerken. Afgaande op de hoedanigheid van de schuur, de beschreven bouwwijze en de bestudering van de kadastrale minuut uit 1832 kunnen we aannemen dat de boerderij tussen het eind van de 18de eeuw en 1832 is gebouwd. De boerderij waarbij de schuur hoort, is in het recente verleden ingrijpend verbouwd en wordt alleen nog gebruikt als stalling. De muur tussen voor- en achterhuis is verwijderd, de voor- en zijgevels bijna volledig zijn vernieuwd in nieuwe steen. Naast de boerderij is een modern woonhuis gebouwd. Verder bevinden zich op het erf nog diverse (vee)schuren. Van alle bebouwing op het erf is alleen de historische schuur beschermd. Plattegrond en opbouw: De schuur is samengesteld uit twee volumina. Het grootste volume is de oorspronkelijke schuur. Dit gedeelte heeft de opzet van een hallehuis. Het oostelijke dakvlak is aan de onderzijde iets opgelicht. Ter plaatse van de zuidwestgevel (deze gevel wordt in deze beschrijving de achtergevel genoemd) is wolfseind aangebracht. In latere tijd -vermoedelijk in het begin van de 20ste eeuw- is er tegen het rechter gedeelte van de noordoostgevel (de gevel die gericht is op de boerderij, in deze beschrijving de voorgevel) een aanbouw geplaatst onder een zadeldak dat evenwijdig ligt aan dat van het hoofdvolume. In deze aanbouw beyond zich vroeger een kookpot voor de bereiding van voer voor het vee. De schoorsteen behorende tot deze stookplaats is niet meer aanwezig. De gevels van de beide bouwvolumina zijn grotendeels uitgevoerd in baksteen, gemetseld in kruisverband. Het huidige metselwerk van de gevels is in verschillende fasen tot stand gekomen en is vernnoedelijk jonger dan de houtconstructie van de schuur. De geveltop van grote bouwvolume is uitgevoerd in hout. Ook ter plaatse van de zuidwestgevel is -onder het wolfseind- een gedeelte van de gevel uitgevoerd in hout. De dakvlakken zijn grotendeels gedekt met rode Oud-Hollandse pannen, plaatselijk zijn gesmoorde exemplaren toegepast. Het rechter dakvlak van het aangebouwde gedeelte is gedekt met rode muldenpannen. Voorgevel (noordoostgevel): De voorgevel van de oorspronkelijke schuur heeft in het midden een dubbele houten deur. Boven de deur is de gevel volledig uitgevoerd in een verticale houten beschieting. De gevel wordt beëindigd met een windveer. In de top is een geveltopteken aangebracht, deze is afkomstig van een andere boerderij. In het geveltopteken is een kruis en een omgekeerd hart verwerkt. De gebruikte symbolen verwijzen naar de liefde van Jezus. Het is een katholiek teken. Aan de linker zijde van de dubbele houten deur bevindt zich een gietijzeren zesruits stalvenster met rechthoekige vorm en een houten staldeur met getoogde bovenzijde. Rechts van de dubbele deur bevindt zich het later aangebouwde gedeelte. De bakstenen gevels van dit gedeelte zijn rondom voorzien van gietijzeren stalvensters met getoogde bovenzijde. In de linker gevel bevond zich een grote deuropening, deze is dichtgemetseld. In het nieuwe metselwerk is een enkele houten deur en een betonnen stalvenster aangebracht. In de rechterzijgevel van het aangebouwde gedeelte bevindt zich ook een houten deur. De top van de voorgevel van de aanbouw is voorzien van een rond gietijzeren venster. De topgevel wordt beeindigd met een windveer. Linker zijgevel: De linker zijgevel van de schuur heeft vijf opgeklampte houten deuren met een getoogde bovenzijde. De deuren worden afgewisseld met gietijzeren zesruits stalvensters met rechthoekige vorm Achtergevel: In de achtergevel is het ankerbalkgebint zichtbaar. In het midden van de gevel bevindt zich een dubbele houten deur. Boven deze deur bevindt zich een overkragende houten beschieting, waarop het wolfseind aansluit. Wellicht heeft de gevel van oorsprong een houten geveltop gehad en is het wolfseind een latere wijziging. Links van de dubbele deur bevinden zich een gietijzeren stalvenster en zich twee houten staldeuren met een getoogde bovenzijde. Aan de rechterzijde bevindt zich en gietijzeren zesruits stalvenster met rechthoekige vorm en wederom een houten staldeur met getoogde bovenzijde. Rechter zijgevel: De rechter zijgevel van het grote bouwvolume had van oorsprong vijf staldeuren. De twee linker staldeuropeningen zijn dichtgemetseld: de overige due zijn nog aanwezig. De staldeuropeningen worden afgewisseld met halfronde gietijzeren stalvensters. Interieur: De schuur heeft zes eikenhouten ankerbalkgebinten: deze zijn consequent voorzien van telmerken. Het gebint dat al 1 is genummerd bevindt zich in de achtergevel: gebint nummer 6 direct achter de voorgevel. De telmerken hebben aan de linkerzijde (gezien vanaf de voorgevel) gehakte telmerken in de vorm van streepjes. Aan de rechterzijde hebben de telmerken de vorm van een ei. De gebintconstructie is nog grotendeels gaaf. Bij gebint nummer vijf is de rechter gebintstijl onderaan afgezaagd en vervangen door een kolom van baksteen. De rechter gebintstijI van gebint nummer zes is in zijn geheel vervangen door een stalen kolom. Beide ingrepen zijn gedaan vanwege inrotting. Op de gebintbalken ligt een vloer met ruwe, zeer brede eikenhouten planken. De sporen van beide dakvlakken zijn door middel van haanhouten aan elkaar verbonden. De bevestiging van de haanhouten aan de sporen en haanhouten is op zeer traditioneel ambachtelijke wijze uitgevoerd als halfhouts verbinding met toognagels. Een andere bijzonderheid is dat ook de sporenparen zijn voorzien van telmerken. Deze telmerken zijn vermoedelijk met een zaag aangebracht. Onderlangs de sporen is een windlat aangebracht. De lage zijbeuken van de schuur zijn momenteel ingericht ten behoeve van de stalling voor rundvee. In de hoge middenruimte van de schuur is over de gehele lengte van de schuur een kalkzandstenen wand aangebracht. Ook de grote deuropening in de achtergevel is aan de binnenzijde voorzien van een kalkzandstenen wand. Deze kalkzandstenen wanden hebben geen monumentale waarde. In het aangebouwde deel is door beroeting de voormalige stookplaats nog duidelijk zichtbaar. Hier stond een grote ketel. Vermoedelijk werd hier veevoer bereid.