Hoflaan 2, Borculo

Monumenttype:
Gemeentelijk monument
Monumentnummer:
1010038100
Monumentnaam:
Hoflaan 2
Plaats:
Borculo

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Beschrijving

Historie: Het riviertje de Berkel ontspringt op een hoogte van ca. 125 meter bij het Duitse plaatsje Billerbeck, dat ten westen van Münster ligt. Via onder meer Coesfeld, Gescher, Stadtlohn en Vreden komt het riviertje bij Rekken ons land binnen om daar via Eibergen, Haarlo, Borculo, Lochem en Zutphen in de IJssel uit te monden. H. Hagens concludeert in zijn boek “Molens Mulders Meesters. Negen eeuwen watermolens in de Gelderse Achterhoek, Salland en Twente”, dat de Berkel in de Middeleeuwen vanaf de molen Vaarwerk bij Eibergen via de Bolksbeek naar de broekgronden rond Gelselaar stroomde vandaar in meerdere richtingen afwaterde. De loop van de Berkel door Borculo zou volgens hem een gevolg zijn van de doorgraving van hogere gronden ten westen van Eibergen. De Berkel heeft over haar hele stroomgebied van 110 km een hoogteverschil van 97 meter en voerde bijna al het water van het noordelijk en oostelijk deel van de Achterhoek af. Na de, als gevolg van de Markewetten, op gang gekomen verdeling en het in cultuur brengen van de daarvoor gemeenschappelijk beheerde gronden werd deze waterafvoer steeds groter omdat de nieuw ontgonnen grond het water minder makkelijk vasthield. De Berkel was als vaarweg voor goederenvervoer niet ideaal, omdat droogte en regenval een sterke invloed op het waterpeil hadden. De rivier had vele zandbanken. De Berkelschepen moesten dus een geringe diepgang hebben. Toch was de kleine rivier belangrijk omdat hierdoor, via de IJssel het grote water bereikt kon worden. Vanaf het midden van de 17de eeuw begon men met het langzaam beter bevaarbaar maken van de Berkel. In 1640-‘42 kwam een samenwerkingsverband, de zogenaamde Eerste Berkelcompagnie, tot stand en werden er enkele sluizen bij de watermolens aangelegd. De Tweede Berkelcompagnie dateerde van 1766. Beide samenwerkingsverbanden, die in het algemeen tot doel hadden de Berkel van Zutphen tot Vreden bevaarbaar te houden, leidden niet tot de verwachtte resultaten. Rond 1780 waren de sluizen in Borculo en Mallum zo slecht dat er geen doorvaart meer mogelijk was. Om onder andere de waterafvoer en de handhaving van de scheepvaart goed te organiseren en te handhaven, werd in 1882 het waterschap opgericht. Dit leidde onder watergraaf A.J. baron van Nagell tussen 1893 en 1899 tot de eerste Berkelverbetering waarbij onder meer stuwen in Zutphen en Lochem werden gebouwd. Verder werd in deze periode de rivier verbreed en werd het traject in Nederland met veertien kilometer bekort door het zogenaamde ‘rigten van de kromten’. Tussen 1920 en 1936 vond een tweede Berkelverbetering plaats onder watergraaf Bosch E.J. Ridder van Rosenthal. Het doel ervan was de beheersing van de waterstand, zowel in de zomer als in de winter. Hiertoe werden zes stuwen gebouwd en werd de Berkel weer breder en dieper gemaakt. De derde Berkelverbetering vond plaats in de jaren zestig van deze eeuw. De Berkel stroomt nu gekanaliseerd ten noorden van Borculo, maar in het centrum bepaalt de oude rivier nog sterk het aanzicht en toont duidelijk hoezeer het water verbonden is met het stadsleven en de structuur van Borculo bepaalt. Voorafgaand aan de eerste waterverbetering werd er door A.D.P.V. van Löben Sels in 1886 een “Rapport ten behoeve van de verbetering van de Berkel” opgesteld. Dit rapport met 81 bijbehorende tekeningen wordt bewaard in het archief van het Waterschap Rijn en IJssel. Eén van de in dit archief berustende kaarten geeft de situatie in Borculo in 1886 weer. De Berkel in Borculo: De Berkel is in Borculo bepalend geweest voor de structuur van de stad en haar bebouwing. Ook nieuwbouw moet zich nog steeds aanpassen aan de waterloop van de Berkel. In het centrumgebied dat globaal wordt omsloten door de Burgemeester Bloemersstraat en de Needseweg in het noorden, het arboretum en het sportveldencomplex in het Oosten en het zuiden en de Dr. Scheylaan en de Lange Molenstraat in het zuidwesten is de afgetakte Berkel dominant aanwezig. Op de huidige kaart van de gemeente Borculo is te zien dat de gekanaliseerde Berkel noordelijk van Borculo loopt. Ter plaatse van de oostelijk van Borculo gelegen Hambroekplas bevindt zich een zuidelijke aftakking van de Berkel die onder de Rondweg door, via het sportpark het centrum van het stadje bereikt. Ter plaatse van ‘Het Hof, de villa die in 1887 op een deel van de kelders van het voormalige kasteel van Borculo werd gebouwd, splitst de aftakking zich en vormt zo een lus rond het stadshart. Bij de Burgemeester Bloemersstraat voegen beide takken weer samen om onder deze straat door, bij de Elbrinksvonder de gekanaliseerde Berkel weer te bereiken. Het rechthoekige stuk grond, zuidelijk van de Hoflaan maakte oorspronkelijk onderdeel uit van de grachtengordel rond het genoemde kasteel van Borculo. De plaats waar deze ‘gracht’ gevoed wordt door de aftakking van de gekanaliseerde Berkel (bij de kolk) is van oudsher de plaats waar de Berkel de stad binnenstroomde. Alleen de richting is iets anders. Oorspronkelijk stroomde de Berkel in westelijke richting de stad binnen om daarna ter plaatse van het tegenwoordige sportpark samen te vloeien met de Leerinkbeek. Op dit detail van de kaart van Löben Sels is te zien uit welke hoek de Berkel oorspronkelijk de omgrachting raakte. De stippellijn geeft de huidige richting aan. Van de oude bedding van de Leerinkbeek die ten westen van de stad liep is niet veel meer terug te vinden dan een dode arm op het punt waar de Beethovenstraat op de Burgemeester Bloemersstraat uitkomt. De Leerinkbeek is nog zichtbaar op de tekening die Van lJiben Sels in 1886 maakte ten behoeve van de Berkelverbetering. De huidige Leerinkbeek loopt nu aan de zuidzijde van de Rondweg en komt ter plaatse van de Hambroekplas uit in de Berkel. Vanaf de ophaalbrug in het verlengde van de Hoflaan is in zuidoostelijke richting het punt zichtbaar waar de Berkel de dorpskom van Borculo binnenkomt. Het gedeelte van Berkel dat aan deze zijde van de Hoflaan loopt is niet beschoeid en kenmerkt zich door vrij wilde begroeiing tot aan de waterkant. Door de aanwezigheid van de sportvelden is dit gedeelte niet of nauwelijks bebouwd en komt het hierdoor nog oorspronkelijk over. De genoemde ophaalbrug heet de Washuisbrug en is afkomstig uit Giethoorn. De brug werd in 1974 op deze plek, waar zich daarvoor ook al een ophaalbrug bevond, gebouwd. De geschilderde ijzeren brug is samengesteld met H—profielen en heeft halen met vakwerk op geschoorde hameiportalen. Het houten brugdek is voorzien van eenvoudige balustraden. Vlak naast de brug bevindt een monumentale beuk. De naam van de brug verwijst naar de activiteiten die vroeger langs dit gedeelte van de Berkel plaatsvonden. Op de oude tekening van Löben Sels is vlak bij de ophaalbrug het bleekveld aangegeven. Het stuk tussen de Washuisbrug en de nabij het gemeentehuis over de Berkel heen geprojecteerde Marktstraat (Veemarktbrug) is goed onderhouden. De flauwe bocht die het riviertje tussen de Washuisbrug en de Hofweidebrug maakt is niet oorspronkelijk en het resultaat van het afsnijden van een haakse bocht. Op dit detail uit de kaart van Löben Sels is de haakse bocht nog ingetekend. De Hofweidebrug is een kleine houten ophaalbrug die de Weemhof met het fietspad in de richting van de Beukenlaan bevindt. Dit gedeelte van de Berkel kenmerkt zich door de vrij gesloten lage bebouwing van de Lange Wal aan de westzijde en het relatief, open gebied met een scholencomplex en het gemeentehuis aan de oostzijde. De naar het water toe licht aflopende, brede walkanten zijn alleen met gras en op afstand van elkaar geplaatste bomen beplant. Verspreid bevinden zich diverse smalle wandelpaden en zitbankjes. De beschoeiing van de waterkanten is strak uitgevoerd. Ook het gedeelte tussen de Marktstraat (Veemarktbrug) en de Muraltpleinbrug heeft deze beschoeiing. Aan dit laatst genoemde gedeelte van de Berkel is nauwelijks wandelmogelijkheid. Aan de noordzijde grenzen de achtererven van de huizen en de school aan de Needseweg, aan de zuidzijde bevindt zich een parkeerterrein. Op de smalle, aflopende groenstroken aan de waterkanten bevindt zich vooral jonge aanplant en enkele oudere en over het water hangende bomen. De gemoderniseerde Muraltpleinbrug in het noorden verbindt het centrum met de in de richting van Lochem voerende Spoorstraat. Op de door Löben Sels in 1886 gemaakte tekening heette deze brug de Geesterense brug en was deze uitgevoerd als ijzeren ophaalbrug (In 1934 vervangen door een betonnen brug en in 2010 weer als ophaalbrug gereconstrueerd). Het naast de brug gesitueerde monumentale pand is in 1887 als gemeentehuis gebouwd en had tot 1989 deze functie. Het pand had en heeft een eigen verbinding met de kade, een smalle houten verbinding die op de kaart van Löben Sels als basculebrug wordt aangeduid (gereconstrueerd in 2010). Het gedeelte van de Berkel tussen de Muraltpleinbrug en het punt waar het riviertje onder de Burgemeester Bloemersstraat doorvoert is vrij recht en loopt parallel aan deze straat. Ter hoogte van het pand Burgemeester Bloemersstraat 12-14 splitst de Berkel zich. Vanaf dit punt voert een parallel aan het direct aan de Burgemeester Bloemersstraat lopende gedeelte van de Berkel in de richting van de schutsluis. Vlak voor deze schutsluis splitst deze afsplitsing zich opnieuw in een oude, oorspronkelijke zijtak van de Berkel, de Walbeek. Deze zijtakken omsluiten een driehoekig gebiedje dat bekend staat als ‘Het Eiland’. De smalle strook tussen de noordelijke tak en de tak waarin zich de schutsluis bevindt wordt wel het ‘smalle eiland’ genoemd. Vanaf de kade tegenover het voormalige gemeentehuis is in zuidwestelijke richting te zien dat de Berkel zich verjongt nabij de stuw ter hoogte van het pand Burgemeester Bloemersstraat 26. Het gedeelte van de kade ter plaatse van het voormalige gemeentehuis en de Muraltpleinbrug is voorzien van een aflopende bakstenen kademuur met een ijzeren hek. De aangrenzende en brede Burgemeester Bloemersstraat wordt gekarakteriseerd door voornamelijk in het eerste kwart van de 20ste eeuw gebouwde grote woonhuizen. Tussen de straat en het water bevindt zich een van een enkele bomenrij voorziene, naar het water toe aflopende grasstrook met een wandelpad. De waterkant heeft een dubbele rij keien ter afsluiting. Direct achter de uit de negentiende eeuw daterende ijzeren stuw die door middel van een katrol en kettingen bediend kan worden, bevindt zich een modern bruggetje dat de Burgemeester Bloemersstraat verbindt met het smalle eiland. Rechts bevindt zich de tak met de stuw en links de smalle zijtak in de richting van de schutsluis. Het bakstenen huis verkeert nog in bijna dezelfde staat als rond de 1900. De achtererven van de bebouwing aan de Korte Wal bevinden zich hier direct aan het water. Op een oude foto is een eenvoudige houten beschoeiing zichtbaar. Momenteel heeft de aftakking aan de Korte Wal-zijde bakstenen kademuurtjes met aanleghaken voor kleine bootjes en afstapjes om de kaden makkelijker te betreden. Het smalle eiland is geheel begroeid met monumentale oude bomen. Op de oostelijke punt bevindt zich een (oud) kanon ter herinnering aan de vestingstatus van het stadje. De moderne kleine Walbeekbrug bevindt zich over de aftakking van de Berkel, Vanaf deze brug is, kijkend in zuidwestelijke richting, deze aftakking rechts zichtbaar. Op de achtergrond bevindt zich de schutsluis. Links bevindt zich de Walbeek. Tussen beide Berkeltakken is de noordoostpunt van ‘Het Eiland’ zichtbaar. Dit dichtbegroeide gedeelte van het eiland is niet toegankelijk, terwijl ook de kade van de Walbeek moeilijk toegankelijk is. Hier bevindt zich ook geen voetpad. Het Berkelgedeelte direct achter de stuw is nog niet opgeknapt en bestaat uit hoge steile walkanten met jonge boom- en struikbeplanting. Rechts is nog een gedeelte van de parallel aan deze Berkeltak gesitueerde zijtak met de schutsluis zichtbaar. Van deze sluis zijn de kademuren in baksteen uitgevoerd. Deze kleine schutsluis is in 1789 in steen uitgevoerd, werd in 1862 opgeknapt en in 1905 voor het laatst gebruikt. De oostelijke, verticaal bewegende, sluisdeuren zijn in de 20ste eeuw in ijzer uitgevoerd, de oudere westelijke deuren zijn van hout. De gedeeltelijk begroeide kademuren worden verstevigd door hardstenen blokken. De draaimechanismen zijn nog aanwezig. Aan de noordzijde van de sluis is een met klinkers bestraat voetpad aanwezig dat afbuigt in de richting van het bruggetje achter de eerder genoemde stuw. De begroeiing van ‘Het Eiland’ loopt door tot aan de zuidelijke kademuren van de schutsluis. Dit eiland is vanaf de Burgemeester Bloemersstraat te bereiken via een moderne houten voetgangersbrug die deze straat met de smalle strook tussen beide Berkeltakken met elkaar verbindt en een daarop aansluitende houten ophaalbrug tussen deze strook en Het Eiland. Op Het Eiland bevindt zich een restaurant. Op een foto uit ca. 1910 is zichtbaar dat het beeld, gezien vanaf de Burgemeester Bloemersstraat in de richting van Het Eiland, sindsdien nauwelijks gewijzigd is. Aan deze zijde van de sluis zijn de beschoeiingen nog in hout uitgevoerd. Nabij het snijpunt van de Beethovenstraat en de Burgemeester Bloemersstraat verdwijnt de Berkel onder de weg door en voert van daaruit in noordelijke richting naar het gekanaliseerde deel van de Berkel. Vanaf dit punt is, gezien in zuidoostelijke richting, rechts nog de korte dode arm van de Leerinkbeek te zien waarover een modern houten voetgangersbruggetje is aangebracht. De linkerstroom voert in de richting van Het Eiland. De parkachtige begrenzing is aan de noordzijde van dit gedeelte iets breder en voorzien van een wandelpad. Ook op de zuidoostelijke walkant bevindt zich een voetgangersgedeelte dat te bereiken is via het bruggetje over de dode Leerinkbeek-arm of via een smal pad vanaf de Lange Molenstraat. Op deze zuidelijke oever bevinden zich diverse volkstuintjes en een smal wandelpad. De aflopende en voornamelijk met gras begroeide waterkant is beplant met diverse zeer oude bomen. Als men dit voetpad in oostelijke richting afloopt komt met bij de onderslagmolen, die in 1812 werd beschreven als een water-, koren-, olie-, en eekmolen. Naast de beide gebouwen van het molencomplex bevindt zich nog een oude graanschuur. Via een houten vlonder aan de oostzijde van de molen is Het Eiland te bereiken, vanwaar men via een klein modern voetgangersbruggetje weer uitkomt op de Korte Wal. Hier bevindt zich een van sierbestrating en zitbankjes voorzien gedeelte dat is afgeschermd door een hoge baksteenmuur. Rechts op de foto bevindt zich het eiland, links het gedeelte van de Korte Wal. Blijft men aan de andere zijde van de vlonder, dan vervolgt de Berkel zich in zuidwestelijke richting door het relatief nieuwe, vernieuwde en dichtbebouwde gedeelte van het centrum van Borculo. De erven en tuinen van veel van de aan het water liggende huizen zorgen ervoor dat het water alleen maar toegankelijk en zichtbaar is vanaf de openbaar toegankelijke plaatsen als de Voorstad, de Poortstraat en de Oranjerie. Vanaf het bruggetje aan de Voorstad is er een doorzicht in noordwestelijke richting. De Berkel stroomt hier door een smal en recht gedeelte met hoge kademuren met ijzeren relingen. In zuidoostelijke richting, gezien vanaf dezelfde brug, heeft de Berkel een meer bochtiger karakter. De kademuren zijn hier gedeeltelijk begroeid met de beplantingen van de belendende huizen. Vanaf de Poortstraat is er in noordwestelijke richting zicht op een aantal nieuwbouwhuizen waarvan de tuinen tot aan de waterkanten doorlopen. In dit gedeelte is de Berkel smal en de overgang naar de walkant niet geleidelijk maar abrupt. In zuidoostelijke richting stroomt de Berkel aan de noordzijde langs de nieuwbouwwijk op het Rondeel. Deze wijk is gegroepeerd rond een open terrein waar tussen 1795 en 1852 de paarden van de stoeterij werden afgereden. Op de oude kaart van 1886 werd het rondeel aan de zuidwestzijde nog begrensd door de Leerinkbeek. Op foto’s is te zien dat het eerste, korte, gedeelte van dit deel van het riviertje tussen de nieuwbouw door stroomt en dicht begroeide en niet toegankelijke walkanten heeft. Ben honderdtal meters verder is een gedeelte van de nieuwe wijk met de voorgevels naar het water gericht. Aan de zuidwestelijke zijde van de walkant is hiervoor een brede verhoogde stoep ontstaan die met een houten hek van de waterkant is gescheiden. De hoge walkant is aan deze zijde voorzien van damwandprofiel. De walkant is aan de andere zijde van het water veel lager en, behalve voor de bewoners van de belendende panden aan de Hofstraat, niet toegankelijk. Ter plaatse van de Hoflaan voert de Berkel onder deze straat door om uit te komen in het eerder genoemde, door de Hoflaan begrensde, rechthoekige gedeelte van de Berkel dat oorspronkelijk onderdeel uitmaakte van de grachtengordel rond het kasteel van Borculo.

Bron: Fenicks B.V.

Specificaties

Bron: Fenicks B.V.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Ophaalbrug Oorspronkelijke functie
Waterwerk Weg- en waterbouwkundige werken Huidige functie
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Hoflaan 2 7271BR
Bron: Fenicks B.V.

Tijdlijn Hoflaan 2

Voeg een verhaal over dit monument toe aan de tijdlijn

Weet u meer over dit bijzondere monument of heeft u een herinnering over dit monument? Vul de tijdlijn aan. Deel uw verhaal en houd dit monument springlevend.

Andere monumenten in de buurt

  • Rijksmonument

    Hoflaan 1

    Inleiding

    VILLA, gebouwd op MIDDELEEUWSE RESTEN van het voormalige, hier gesitueerde Hof van Borculo. De iets verhoogd gelegen villa dateert uit 1887 en is gebouwd in Eclectische stijl met elementen uit neobarok en neorenaissance.

    WikiMedia
  • Rijksmonument

    Weverstraat 4

    Omschrijving BADHUIS (MIKWE). Het in kruisverband gemetselde bakstenen pand, is opgetrokken op rechthoekige grondslag en telt één bouwlaag onder een met overwegend gesmoorde Hollandse pannen gedekt zadeldak met schild aan de achterzijde. Op beide zijschilden staat een rookkanaal.

    WikiMedia
Naar boven