Brédyk 26
Woning onder zadeldak tegen rijk met beeldhouwwerk versierde topgevel, midden XVIIe eeuw.
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
De kop-hals-rompboerderij Palsma Zathe is volgens een stichtingssteen in de zuidelijke zijgevel gebouwd in 1891, naar een ontwerp van F. Brouwer. De eerste steen werd gelegd door Bontje Dirk Palsma, het op 21 januari 1888 geboren, eerste zoontje van Dirk Bontjes Palsma en Dieuwke Aukes Rusticus. Dirk was toen als jonge beginnende boer 27 jaar oud, zijn vrouw 26. De Palsma’s behoorden tot de beperkte boerenelite van het Sudertrimdeel van de gemeente Leeuwarderadeel. Vader Bontje Palsma en zijn zoon Dirk hadden zich, samen met een kleine gelijkgestemde groep boeren uit hun verwantschapskring, toegelegd op het fokken van Fries stamboekvee, waarmee gedurende de landbouwcrisis (1878 – 1890) door middel van export grof geld werd verdiend. Voor een dergelijk hoofdaccent op de fokkerij was naast bekwaamheid risicodragend kapitaal nodig. Dit was bij de Palsma’s ruim aanwezig. De veefokkerij vormde bij succes een uitstekende compensatie voor de sinds 1878 drastisch gezonken zuivelprijzen. Zo bracht de Landbouwcrisis financieel gezien geen nadelige gevolgen voor welgestelde veefokkers met zich mee. Integendeel zelfs! Tijdens de crisis was gebleken dat de handmatige zuivelbereiding op de boerderij geen toekomst meer had en dat fabrieksmatige zuivelbereiding voortaan de aangewezen was. Dirk Bontjes Palsma was een jonge zelfbewuste moderne veefokker met oog voor de nieuwe ontwikkelingen in de zuivelindustrie. En tevens diende een nieuwe eigentijdse boerderij de oude, vroeg-achttiende-eeuwse kop-hals-romp boerderij te vervangen. Begin april 1891 werd met de voorbereiding van de bouw van de nieuwe boerderij begonnen. Deze werd opgetrokken op circa vijftig meter ten oosten van de voorgevel van het voorhuis van de daar bestaande oude boerderij en daardoor dichter aan de weg. Uitgangspunt was de bouw van een aanzienlijk en groot bedrijf voor de veefokkerij. Daarnaast was nodig een ruime representatieve woning voor de ontvangst van buitenlandse vee-importeurs. De nieuwe boerderij moest klaar zijn vóór de stalperiode van het vee in de winter 1891-1892. Rond augustus 1891 was de boerderij bedrijfsklaar. De oude boerderij werd vervolgens pas afgebroken toen aan het einde van dat jaar de nieuwe zuivelfabriek te Wirdum in werking trad. Tot zolang werd in het oude bedrijf nog op handmatige wijze boter en kaas bereid. Want in augustus 1891 werd begonnen met de bouw van de Coöperatieve Zuivelfabriek te Wirdum. Dirk Palsma behoorde tot de eerste melkleveranciers. Op de nieuwe boerderij aan de Piskhoarnedyk hoefden dus geen ruimten meer te worden ingericht voor de eigen zuivelbereiding: een melkkelder en een karninstallatie in de schuur ontbraken. Pishoarnedyk 1 is daarmee één van de eerste boerderijen onder Wirdum zonder ruimten voor handmatige zuivelbereiding. Bij de status van een aanzienlijk boerenbedrijf behoorde een flink omgracht erf met een brede boomsingel met daarin hoog opgaand kwaliteitshout (meestal iep) ter bescherming van het hoge schuurdak tegen stormaanvallen. Rond het huis behoorde een fraaie aanleg of, zoals men die destijds noemde ”Plantagie”, een ‘slingertuin’ met gebogen slingerpaden en bloemperken met exotische bloemen, planten en bloeiende struiken, gecombineerd met een naast de schuur op het zuiden gelegen boomgaard en moestuin. De toegang tot de weg diende te worden afgesloten met een fraaie dubbel gietijzeren hekwerk tussen homeipalen. In dit geval is gekozen voor gietijzeren palen met bloemvazen en planten, geheel volgens de toen heersende mode bij aanzienlijke huizen der notabelen en bij de bewoners van landhuizen. Het woongedeelte van de boerderij, in de vorm van een dwarsgeplaatst huis van het pastorie-achtige type, kenmerkend voor de tweede helft van de negentiende eeuw, heeft de voor de bouwtijd karakteristieke kenmerken van het Eclecticisme. De vormgeving en detaillering van de schuur is voornamelijk traditioneel. Zowel de dwars staande woning als de hals en de schuur zijn inwendig verbouwd, waardoor diverse oorspronkelijke onderdelen zijn verdwenen. De boerderij heeft geen agrarische functie meer. De bescherming geldt het casco (exterieur en constructie) van het hoofdvolume (voorhuis en schuur), het interieur van het voorhuis en de homeipalen van het oude toegangshek. Exterieur: De boerderij heeft een links ten opzichte van de schuur staand, dwarsgeplaatst voorhuis op een rechthoekige plattegrond. De woning staat met één bouwlaag onder een met zwart geglazuurde, gegolfde Friese pannen gedekt schilddak. Op beide nokhoeken staat een schoorsteen met profiellijst onder een decoratief vormgegeven vonkenvanger/regenkap. Het zadeldak van het tussenlid is gedekt met gesmoorde, gegolfde Friese pannen. Dezelfde pannen liggen op het voorste en het zuidelijke dakschild van het schilddak op de schuur. Op het achterste en het noordelijke dakschild liggen gesmoorde holle pannen. De pannen liggen op riet. De kap van de schuur wordt aan de oostelijke kopse zijden bekroond door een uilebord met rond luchtgat en aan de westelijke kopse zijde door een schot met twee driehoekige lichten en een makelaar. De gevels van de woning zijn boven een trasraam van donkere klinkers opgetrokken in schone, bruine baksteen en bevatten getoogde gevelopeningen onder getoogde rollagen. De woning heeft een symmetrische voorgevel met een hoger opgaande ingangsrisaliet met portiek onder een zadeldakvormige dwarskap. De risaliet is voorzien van hoekpilasters met spaarvelden onder rollagen. De pilasters worden beëindigd door decoratief uitgemetselde ‘kapitelen’, die zijn doorgetrokken over de zijkanten en de top van de risaliet. De getoogde portiekopening is voorzien van geprofileerde kraagstenen en een sluitsteen met diamantkop. Daarboven staat een oorspronkelijk venster, dat is ingevuld met een dubbel T-raam. In de vensterboog staat een sluitsteen met diamantkop. De risalietgevels worden beëindigd door een profiellijst met in het midden een driehoekig fronton, dat wordt bekroond door een kunststenen decoratie met voluten en een kegel. De via een hardstenen stoep bereikbare voordeur is een porte brisée met gietijzeren raamroosters voor de deurlichten. De deuren staan onder een geprofileerd kalf en een getoogd bovenlicht met gietijzeren levensboom en hoekdecoraties. De geveldelen aan weerszijden van de risaliet bevatten twee vensters met vernieuwde ramen en worden beëindigd door een hoofdgestel met geprofileerde gootlijst. Het bovenste deel van de vensters is voorzien van een uitgemetselde omlijsting. De gevelhoeken worden geaccentueerd door lisenen, die kornissen over de lisenen. In de rechter zijgevel zijn twee getoogde vensters opgenomen, die evenals de vensters in de voorgevel een uitgemetselde omlijsting rond de bovenramen hebben. De linker zijgevel had oorspronkelijk een zelfde indeling, materialisatie en detaillering. Het linker venster is echter dicht gemetseld en ingevuld met een klein venster. Tussen de vensters is een hardstenen stichtingssteen geplaatst, waarop staat vermeld: “DE EERSTE STEEN GELEGD 22 APRIL 1891 DOOR BONTJE D. PALSMA, OUD 3 JAAR”. De ten opzichte van deze gevel iets terug staande zuidelijke gevel van het tussenlid bevat twee getoogde vensters met vernieuwd T-raam. Deze gevel wordt beëindigd door een houten kroonlijst met klossen. In de noordgevel van het tussenlid staan twee onder rollagen staande deuren, die beide zijn gekoppeld aan een venster. De hier dwars opstaande, vernieuwde gevel van de schuur bevat drie recht gesloten vensters onder rollaag en een houten kroonlijst met geprofileerde klossen. De rechter (noordelijke) zijgevel van de schuur is links voorzien van twee later, bij een verbouwing, aangebrachte vensters en rechts daarvan van een vijftal getoogde stalvensters met roedeverdeling in de ijzeren ramen. De bakgoot aan deze gevel ligt op gesneden klossen. Een inrijdeur in deze gevel is dicht gemetseld. De achtergevel van de schuur heeft eveneens wijzigingen ondergaan. Het oorspronkelijke linker geveldeel bevat een brede, getoogde gevelopening met een nieuwe deur onder een op bewerkte klossen liggende bakgoot. De schuin liggende rand van deze gevelpartij heeft een uitgemetselde aanzet. Het rechter deel van de gevel is vernieuwd en bevat een vijftal betonnen stalvensters en een brede en een smalle deuropening. Interieur: Onder de woning bevindt zich nog een met plavuizen geplaveide voorraadkelder met stellingen, die is te bereiken via een kwartrond gemetselde trap met houten wanden. In het inwendige van de woning zijn verder in de zuidoostelijke voorkamer de gebogen vensterbanken en de blindenkasten bewaard gebleven. De in het tussenlid opgenomen kamer hierachter is nog voorzien van een balkenplafond. De voorkamer in het noordoostelijke deel van de woning bevat eveneens nog de oude blindenkasten en is bovendien voorzien van de oorspronkelijke houten schouw met lijndecoraties in de schoorsteenmantel, composietkapiteeltjes op de gecanneleerde hoekpilasters en een zwaar, geprofileerd hoofdgestel. De trap met een houten leuning en een rond trapgat naar de zolderverdieping dateert ook nog uit de bouwtijd van de boerderij, evenals gehoute paneeldeuren, een getoogde muuropening met getrokken profiellijst en diverse geprofileerde deurlijsten. Op de zolder van de woning is nog een gemetselde spekkast voor het roken van spek aanwezig. De indeling van de schuur is ingrijpend gewijzigd. In het voorste deel van de schuur, waarin zich ooit de melkkamer bevond is, ligt nog een balkenplafond. De oorspronkelijke dekbalkgebinten met windschoren, sporen en gordingen zijn bewaard gebleven. Overig: Aan de weg staan twee octogonale gietijzeren homeipalen waartussen oorspronkelijk een dubbel gietijzeren draaihek was aangebracht.
| Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
|---|---|---|---|---|
| Hekpijlers | – | – | Oorspronkelijke functie | – |
| Los object | Voorwerpen op pleinen en dergelijke | – | Huidige functie | – |
| Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Piskhoarnedyk | 1 | – | 8912CE | – | – | – | – |
Woning onder zadeldak tegen rijk met beeldhouwwerk versierde topgevel, midden XVIIe eeuw.