Het Burmaniahuis verrees in 1874-’75 als een vrijstaand herenhuis, met een teruggerooide ligging aan een voorterrein, op de plaats van een middeleeuwse, door de Burmania’s gebouwde stins op de Nijehove-terp. Het is mogelijk dat zich in de fundering (kelder) van het Burmaniahuis nog muurresten van de middeleeuwse stins bevinden. Het huis is gebouwd in opdracht van Mr. Bernhardus Hopperus Buma, die van 1862 tot 1872 burgemeester was van Kollumerland. Hij trok zich in laatstgenoemd jaar uit de bestuursfunctie terug om zich in Leeuwarden te vestigen. Hij gaf de Leeuwarder architect Jurjen Daniëls Bruns de opdracht om een plan te maken voor afbraak van het Burmaniahuis en het daar ter plekke bouwen van een nieuw herenhuis met wagenhuis, stal en koetsierswoning. In de 19e eeuw heeft er slechts één voor het uiterlijk van het herenhuis belangrijke verbouwing plaatsgehad. In 1888 bleken de balkons van het ingangstravee niet meer in orde. Architect Hendrik Hendriks. Kramer inspecteerde deze onderdelen en ze werden in 1889 hersteld, waarbij de ingangspartij tevens werd voorzien van de thans nog aanwezige marquise van glas en ijzer. Na vertrek en overlijden van de Buma's bleven gebouwen en tuinen verhuurd, totdat de Algemene Friesche Levensverzekeringmaatschappij in 1912 belangstelling voor het pand toonde, het vervolgens kocht en in 1914 in gebruik nam. H.H. Kramer verbouwde het Burmaniahuis en bouwde onder meer een conciërgewoning bij het monumentale pand. Kramer zou tot zijn dood in 1934 de architect blijven die de verbouwingen en uitbreidingen voor de Algemeene leidde. Aan de buitenkant veranderde hij in 1913-'14 het een en ander aan de bekroning van de daklijst en de middenrisaliet kreeg toen een onversierd driehoekig fronton. Binnen kwamen o.a. de met marmer beklede vestibule en centrale hal tot stand. Kantoormeubelen werden destijds gekocht bij het befaamde Binnenhuis te Amsterdam. Van binnen is het herenhuis/kantoorgebouw nog vele malen verbouwd. Na de Kramer-periode werd A. Baart sr. de vaste architect van de verzekeringsmaatschappij. De uitbreidingen die in 1934 en 1954 zijn uitgevoerd staan dan ook op zijn naam. In het najaar van 1985 nam de toenmalige eigenaar van het pand, verzekeraar AEGON, de beslissing om het inmiddels uitgebreide kantorencomplex te verlaten, zodra een nieuw kantoor op het terrein van de voormalige veemarkt kon worden betrokken. Het huidige Burmaniahuis is ondanks de ingrijpende verbouwingen nog steeds een karakteristiek voorbeeld van een laat 19e-eeuws herenhuis in de destijds gangbare eclectische bouwtrant en een van de betere voorbeelden van deze mengstijl in Leeuwarden. Exterieur: Het Burmaniahuis is een blokvormig gebouw van twee volle bouwlagen op een souterrain. Een hoger opgaande middentravee heeft zelfs een derde bouwlaag, waardoor het gebouw zich voordoet als een pand met vleugels. Het is denkbaar dat (een deel van) het souterrain een overblijfsel is van de middeleeuwse Burmaniastins voor zover het althans muurwerk betreft. Door bepleisteringen is dit overigens niet zichtbaar. De voorgevel van het oorspronkelijk vrijstaande, vanuit een rechthoekige plattegrond opgetrokken woonpand is vijf traveeën breed waarvan de middelste travee de ingang achter een trapbordes bevat. De dakschilden van het afgeknotte schilddak zijn gedekt met leien in maasdekking. De middentravee staat onder een zadeldak De bekleding van het souterrain, de versierde borstweringen voor de ramen van de bel-étage, de 4 gegroefde (gecanneleerde) pilasters met composietkapitelen voor deze etage en de cordonlijst zijn van grijze hardsteen: het overige sierwerk aan de gevels is in stucwerk uitgevoerd. In het bestek is naast een aantal andere bijzondere onderdelen sprake van door de aannemer te leveren 8 kapitelen voor de pilasters van de voorgevel van het Burmaniahuis (het zijn er vier geworden) en van "leeuwen op de stoep". Die twee liggende leeuwen zijn ondanks later uitgevoerde wijzigingen aan de ingangspartij op de stoep blijven liggen. De twee liggende vensters links van de entree zijn ingevuld met vensters, terwijl de twee vensters rechts van de entree zijn dicht gemetseld. De recht gesloten vensters in de bouwlagen boven het souterrain zijn zwaar, maar vrij eenvoudig omlijst. De vensters op de begane grond worden bekroond door een geprofileerde kroonlijst. Op de verdieping zijn ze voorzien van hoekaccenten. Het met rozetten versierde entablement met geprofileerde kroonlijst kornist over de hoekpilasters, die zijn voorzien van dubbele consoles. De oorspronkelijke, paneelvormige attiek op de dakvoet is verdwenen en de hoog uitgebouwde middentravee, die boven een kroonlijst werd beëindigd met een ornamentrijk doorbroken fronton, draagt nu een eenvoudig, maar zwaar geprofileerd en door consoles gedragen driehoekig fronton met een inwendig eierlijstje. De gevel is bij de verbouwing in 1913-‘14 aanmerkelijk vereenvoudigd, maar is toch een pronkgevel gebleven. In 1889 heeft het een toevoeging gekregen die de vorm heeft verrijkt. In dat jaar werd namelijk een reparatie uitgevoerd aan de twee balkons voor de middenpartij en kwam voor de ingangspartij een marquise tot stand die de ingang nog steeds siert. Deze rust op gietijzeren kolommen met composietkapitelen en sleutelstukken van smeedijzer. Onder de ijzeren balken bevinden zich decoraties van smeedijzer. De gietijzeren kolommen werden uit Den Haag besteld, maar de rest van de ijzer en glas-structuur werd verzorgd door het Leeuwarder bedrijf J. Kroes jr., de meest vooraanstaande smid voor het fijnere smeedwerk in de Friese hoofdstad. De huidige ingangspartij met glasluifel en dubbele deur met snijwerk en bovenlicht met lantaarn is in originele staat gebleven. De entree, een dubbele deur met zijlichten, staat boven een hardstenen stoep met trap en bordes, die wordt geflankeerd door een hardstenen borstwering waarop de leeuwsculpturen liggen. In beide wangen van de stoep is een rond gietijzeren roostertje opgenomen. De deuren zijn voorzien van rondboogvormige deurlichten, gecanneleerde pseudo-stolpnaalden en versierde zwikken. De deuren staan onder een geprofileerd kalf en een driedelig bovenlicht. De entreepartij wordt omlijst door pilasters met spiegels en een geprofileerde samengestelde kroonlijst, die rust op consoles. Van de beide oorspronkelijke zijgevels is na de ingrijpende verbouwing van het pand vrijwel niets meer te herkennen. Alleen geheel rechts in de linker zijgevel staan nog twee van de oorspronkelijke vensters. De zijgevels zijn dan ook van ondergeschikt belang voor de bescherming. De symmetrische achtergevel is nog voorzien van (hoek)lisenen met spaarvelden en een gemoderniseerde cordonlijst, die de gevel geleden. De gevel is op de begane grond ingrijpend gewijzigd. Op de verdieping is de oorspronkelijke gevelindeling nog herkenbaar met in het smallere centrale gevelveld één recht gesloten venster en in de bredere gevelvelden aan weerszijden twee vensters, die eveneens recht gesloten zijn. De gevel wordt beëindigd door een rondom de lisenen kornissend entablement met een uitkragende geprofileerde kroonlijst. Interieur: In de kelder van het Burmaniahuis herinneren uiteenlopende zaken aan het verleden van het pand als woonhuis en als kantoorgebouw. Meerdere delen van de kelder zijn voorzien van troggewelven met houten liggers (XIX). Doorgangen met hardstenen dorpels, tegellambriseringen, een paneeldeur, tegelvloeren en vloerdelen met grote tegels van rode zandsteen (stinstijd?) zijn onder meer in dit deel van het huis bewaard gebleven. Een lambrisering van marmer (zoals in de hal op de beletage) en een ruimte met een grote kluis dateren onmiskenbaar uit de periode dat het huis de functie van verzekeringskantoor had gekregen. In de kluis is een expliciete verwijzing naar dit gegeven bewaard gebleven. In de granito kluisvloer zijn namelijk decoraties met de letters “AFLM” en de jaartallen “1814-1914” aangebracht. De zware kluisdeuren en de bijbehorende slotmechanismen zijn geleverd door de firma Lips. In de vestibule ligt een marmeren vloer en de wanden zijn gestuct boven een marmeren plint. De ruimte bevindt zich onder een rijk versierd stucplafond met eveneens versierde kroon- en kooflijsten met decoratief pleisterwerk. In de rechterwand is een ronde gedenksteen geplaatst ter herinnering aan het plaatsen van de stichtingssteen in 1874 door freule C.T.A.E. Hopperus Buma, geb. van Eysinga. In beide wanden is een originele paneeldeur opgenomen met een omlijsting in de vorm van pilasters met spaarvelden en een geprofileerde kroonlijst. Ook staan hier twee beeldhouwwerken van de hand van Tjipke Visser opgesteld. Deze bekroonden oorspronkelijk twee penanten van de toegangspoort aan de Nieuwstad. De hal achter de vestibule is in 1914 ingrijpend veranderd door architect Hendrik Kramer en kreeg een strakke vormgeving met gebruik van kostbare materialen. De hal is voor een deel in de staat van 1914 bewaard gebleven met een marmeren vloer en een eveneens marmeren lambrisering. Ook twee kleine vierkante kolommen zijn bekleed met marmer. Verspreid op de begane grond van het gebouw zijn verder nog enkele onderdelen uit 1874 intact: enig decoratief pleisterwerk, enkele deuren en lijsten. De enige ruimte die als geheel een oorspronkelijke indruk geeft, is de centrale hal op de verdieping met een brede, getoogde doorgang. Daar zijn verder het rijk versierde stucplafond alsmede de koven met bladmotieven aan de reeksen consoles en de festoenen in de kroonlijsten geheel bewaard. Ook de drie originele paneeldeuren, nog omvat door buitengewoon rijke omlijstingen en bekroningen met eierlijsten, friezen met meandermotieven en swastika’s, en frontons met vrouwenkoppen en decoraties in hoogreliëf in de timpanen zijn nog grotendeels aanwezig. De kamers rondom de hal bevatten nog oude stucplafonds, een schouw met houten schoorsteenmantel en een tegeltableau. De vensters zijn voorzien van louvrekasten. De deuren staan hier onder geprofileerde kroonlijsten. Het plafond van de hal op de zolderverdieping is nog voorzien van geprofileerde koven, ojiefprofielen aan de kraagstukken en aan één kant met een doorgang, die is versierd met festoenen en een bloktandfries in en aan de kroonlijst. De deuren staan ook hier binnen brede profiellijsten.