Maria Louisastraat 10, Leeuwarden

Monumenttype:
Gemeentelijk monument
Monumentnummer:
1007386700
Monumentnaam:
Maria Louisastraat 10
Plaats:
Leeuwarden

Monumenten.nl maakt u wegwijs in monumentenland

Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.

Beschrijving

Op de spitse hoek van de Maria Louisastraat en de Verkorteweg liet de Leeuwarder schildersbaas Klaas Willem Wits in 1899-1900 een opvallende woning met schilderwerkplaats neerzetten naar ontwerp van de belangrijke eeuwwisselingsarchitect Willem Cornelis de Groot. De bouwlocatie was zeer geschikt voor een meerzijdig woonhuis met uitzicht in diverse richtingen. De woning heeft een samengestelde plattegrond met een vierzijdige hoekuitbouw en is met een hoge fantasiegevel op de Maria Louisastraat gericht. Het bedrijfsgedeelte erachter loopt met een knik door van de Maria Louisastraat tot aan de Verkorteweg en bezit aan beide straten, aan weerszijden van het hoofdvolume, een geveltje met identieke geveltoppen in de stijl van de Neorenaissance met Vlaams-maniëristische trekken. Na het vertrek van het schildersbedrijf is het bedrijfsgedeelte in 1925 in gebruik genomen door Benzine Service Station N.V. Acetylena. In 1931-’32 volgde een verbouwing door architect G.A. Heldoorn, toen de firma J. Hummel en Zonen zich vestigde in de voormalige schilderswerkplaats. De woning is toen eveneens verbouwd door Heldoorn en werd ten behoeve van de nieuwe gebruiker, slager Terpstra, voorzien van een winkelpui. In de periode van twee opeenvolgende slagerijen is tussen de woning en de werkplaatsgevel aan de Verkorteweg een bouwdeel (1947) toegevoegd. Toen de laatste slager vertrok, werd de voormalige schilderswoning eerst in gebruik genomen als worstrokerij en daarna als schoenenwinkel en woning door de firma Lamsma. De winkel is tegenwoordig weer in gebruik als woning en ook de werkplaats aan de Maria Louisastraat heeft een woonbestemming. Exterieur: De woning met schilderwerkplaats is opgetrokken vanuit een onregelmatige plattegrond. Voor het onderscheid tussen de verschillende bouwdelen voorzag de architect de woning van een met leien gedekt schubbendak, in de vorm van afgeknotte schilddaken met steile dakschilden, en de werkplaats van met geglazuurde Friese pannen gedekte, eveneens afgeknotte schilddaken. De geprofileerde gootlijsten liggen op gesneden klossen. De gevels zijn van schone baksteen, verlevendigd met decoratieve accenten van gepleisterde baksteen en kunststeen. Deze wit geschilderde gevelpartijen, in de vorm van speklagen, lijsten, rolwerk en voluten, contrasteren sterk met het schone metselwerk. De door een geprofileerde cordonlijst gelede gevels bevatten recht gesloten gevelopeningen (sommige met vernieuwde ramen) onder diverse boogsoorten en boogvelden, die in het woongedeelte (hoekvolume) zijn ingevuld met schilderingen achter glas. In het boogveld boven de voordeur rechts naast de grote topgevel is het bouwjaar 1900 vermeld. Opvallend zijn de drie, in de trant van de neorenaissance opgetrokken topgevels, die een late echo zijn van het werk van de in Leeuwarden geboren kunstenaar en architect Hans Vredeman de Vries (1527 - ca. 1607). Deze topgevels worden verlevendigd door met het schone metselwerk contrasterende vleugelstukken met voluten, krullen, bolversieringen en klimmende keperlijsten van wit geschilderd, gepleisterde baksteen. Aan weerszijden van de kleinere topgevels van de werkplaatsen worden de gevels beëindigd door een veld met vlechtwerk en een op consoles rustende kroonlijst. De kleine dakkapellen op het woonhuis zijn voorzien van een type spits, dat bekend is als de heksenmuts of heksenhoed. De grotere dakkapel op de hoek staat onder een fronton, een element dat vooral thuishoort in de classicistische bouwkunst, maar ook een veel voorkomend onderdeel van de neorenaissance bouwkunst is. De winkelpui maakt deel uit van de verbouwing uit 1931-’32. Deze meerzijdige winkelpui bevat etalages aan weerszijden van de overhoekse entree en is in de bovenlichten voorzien van een decoratieve invulling. Van de werkplaats zijn de beide puien, aan de Maria Louisastraat en de Verkorteweg, gewijzigd. Aan de Marie Louisastraat is het onder een plat dak staande linker deel met onderpui en entree mogelijk tot stand gekomen bij de verbouwing in 1932 maar waarschijnlijk of zelfs nog later. Daarbij is de oorspronkelijke steeg tussen de werkplaats aan de Maria Louisastraat en het buurpand volgebouwd en bij de voormalige werkplaats getrokken. Aan de zijde van de Verkorteweg heeft de werkplaatspui een brede ingangspartij gekregen. Interieur: Het inwendige van de voormalige werkplaats/kantoor aan de Maria Louisastraat is sterk gewijzigd toen het een woonbestemming kreeg. De in 1947 overdekte binnenplaats naast de voormalige werkplaats aan de Verkorteweg bevat nog wel vermeldenswaardige onderdelen. Deze voor de slagerij gerealiseerde ruimte is betegeld en in 1949 voorzien van een handgeschilderd tegeltableau met de afbeelding van een stier. In de voormalige winkel herinneren een wandbetegeling met witte tegels en marmeren etalageplaten nog aan het slagerijverleden van deze ruimte. Een tussendeur voert naar de woning, waarin de oorspronkelijke indeling op een aantal punten is gewijzigd, maar de houten vloeren, paneeldeuren met en zonder glas-in-lood deurlichten, geprofileerde kozijnen, de trap, de voormalige toonkamer van de schilder Wits en enkele andere onderdelen voor een belangrijk deel in de oorspronkelijke staat bewaard zijn gebleven. In de toonkamer was de ‘aftekening’ van de schouw tegen de zuidmuur in het stucplafond bewaard gebleven in de vorm van lijstwerk met een eierlijst. De schouw daaronder is nieuw. Wel origineel in deze kamer is het plafond dat door Wits is beschilderd in de stijl van de Art Nouveau. De schildering is samengesteld uit florale motieven, uitgevoerd in pasteltinten. In de gang van de woning zijn ook tableaus met handgeschilderde decoraties achter glas bewaard gebleven. Deze vertegenwoordigen eveneens de Art Nouveau, maar zijn er een wat strakkere variant van. De bewaard gebleven paneeldeuren in de woning staan binnen profiellijsten. In de kelder had schoenmaker Lamsma zijn werkplaats. De trap naar de zolderverdieping is een houten wenteltrap met binnenboom, houten trappaal en een leuning met een houten handlijst op spijlen van smeed- en gietijzer. Op de zolder zijn de ruimtes van elkaar gescheiden door houten wanden van kraalschroot. De zolderplafonds zijn versierd met stuclijstjes met acanthusbladmotieven. De kapspanten zijn voor een deel in het zicht gebleven.

Bron: Fenicks B.V.

Specificaties

Bron: Fenicks B.V.

Eigenschappen

Functies
Functie Hoofdcategorie Subcategorie Functietype Is hoofdfunctie
Werk-woonhuis Oorspronkelijke functie
Woonfunctie Woningen en woningbouwcomplexen Huidige functie
Adressen
Straat Getal Achtervoegsel Postcode Plaats Locatie Situatie Is hoofdadres
Maria Louisastraat 10 8933AP
Bron: Fenicks B.V.

Tijdlijn Maria Louisastraat 10

Voeg een verhaal over dit monument toe aan de tijdlijn

Weet u meer over dit bijzondere monument of heeft u een herinnering over dit monument? Vul de tijdlijn aan. Deel uw verhaal en houd dit monument springlevend.

Andere monumenten in de buurt

Naar boven