Jacobijnerkerkhof 7
Boshuizen gasthuis met aardige toegangspoortje en tweede poortje 1652.
Alles over monumenten onder één dak.
Een monument kopen, onderhouden of verduurzamen? Hier vindt u alle informatie, inspiratie en praktische tips.
Smederij met bovenwoningen, prominent gesitueerd op een hoek van de Bredeplaats en het Jacobijnerkerkhof en gebouwd voor de ‘grofsmid’ Jurjen Sterk. Het ontwerp voor het in 1906 gebouwde pand is van de hand van de Leeuwarder timmerman/aannemer G.J. Ooiman. Het pand is tot 1987, toen Jurjen Sterk’s dochter het pand verliet, in vrijwel oorspronkelijke staat bewaard gebleven, doch sindsdien is het inwendig ingrijpend verbouwd. De smederij met bovenwoningen is gebouwd in een voor de bouwtijd karakteristieke, aan de Art Nouveau verwante Vernieuwingsstijl. Exterieur: Het vanuit een onregelmatige plattegrond in voornamelijk grijze kalkzandsteen opgetrokken hoekpand staat gedeeltelijk met twee en gedeeltelijk met drie bouwlagen onder een kap met een voor bewoning ingedeelde zolderverdieping. De kap is samengesteld uit platte dakdelen en een uit slechts twee dakschilden samengesteld afgeknot schilddak, gedekt met zwart geglazuurde Friese golfpannen. De gevels zijn voorzien van de recht gesloten gevelopeningen en worden geleed en verlevendigd door banden, randen en strekken van blauw geglazuurde baksteen. Alle vensters hebben lekdorpels met afzaten van beton en kraalranden aan de oorspronkelijke kozijnen. De indeling van de op het Jacobijnerkerkhof gerichte zuidgevel is op de begane grond van links naar rechts: een paneeldeur met ongedeeld bovenlicht, een venster met een kruiskozijn en zesdelig bovenlicht, een venster met roedeverdeling en een dubbele, onder vierdelig bovenlicht staande bedrijfsdeur met zesruits deurlichten. Alle vier gevelopeningen staan onder ijzeren lateien (I-balken) en een doorgetrokken rollaag van blauw geglazuurde steen. Over de gehele gevelbreedte ligt boven de bedrijfspui een rollaag van geglazuurde steen. De verdieping heeft een onregelmatige indeling met geheel links twee smalle, deels blinde vensters en rechts ervan een venster met kruisraam. De gevel wordt halverwege verticaal doorsneden door een uitgemetselde schoorsteen met een smal spaarveld in het midden en vertandingen aan de onderrand. Rechts is een venster met tweedelig schuifraam opgenomen. De vensters staan onder een strek van geglazuurde steen. Ter hoogte van de lekdorpels en halverwege de verdieping liggen decoratieve banden van blauw geglazuurde steen. Aan weerszijden van de schoorsteen wordt de gevel beëindigd door een uit rechthoeken samengesteld fries. De rechthoeken worden omkaderd door geglazuurde baksteen. Op de staande delen zijn decoratief vormgegeven, gesneden houten consoles (klampen) bevestigd, die samen met een bovenrand van geglazuurde profielsteen de dakgoot ondersteunen. De dakgoot wordt in het midden doorsneden door de schoorsteen. Deze is gepleisterd boven de dakgoot en is voorzien van een deklijst van geglazuurde steen. Aan weerskanten van de schoorsteen, die ook het betreffende dakschild in tweeën deelt, is een eenvoudige houten dakkapel met lessenaardak geplaatst. De geglazuurde banden en de gevelbeëindiging van de zuidgevel zijn doorgetrokken over de er iets schuin op staande oostgevel. Hierin is onder de lekdorpels van de vensters op de begane grond een ongeglazuurde rollaag aangebracht, die is doorgetrokken over de zuidgevel. Deze gevel is rechts op de begane grond voorzien van een onder een ijzeren latei en boven een hardstenen stoep staande deur met kruisraampje en een ongedeeld bovenlicht. Links hiervan bevindt zich een brede, eveneens onder een ijzeren latei staande opening in de gevel. Deze brede gevelopening is ingevuld met een centraal geplaatste deur met zesdelig deurlicht en een tweedelig bovenraam, en aan weerszijden een schuifraam met roedeverdeling. De verdieping bevat links een driedelig venster, bestaande uit een centraal raam onder een strek van geglazuurde baksteen en aan weerszijden hiervan een lager, smal raam, zodat de vorm van een omgekeerd melkmeisje is ontstaan. Rechts op de verdieping staan twee, eveneens onder geglazuurde strekken staande vensters met schuifraam, verdeeld in een tweedelig onderraam en een driedelig bovenraam. De gevelbeëindiging is als die van de zuidgevel. Het dakschild hierboven bevat rechts een brede, en links een smallere houten dakkapel met lessenaardak. Het in het zicht staande bovenste deel van de tweedelige noordgevel (tegen Breedstraat 3) is blind en wordt op de linker hoek geaccentueerd door vertandingen van geglazuurde steen. De linker zijde van de gevel wordt aan de bovenkant beëindigd door een trapsgewijs klimmende bovenhoek met ezelsruggen van geglazuurde steen. Tegen de gevel staat een deels van de gevel loskomende schoorsteen. Het risalerende rechter deel van de gevel bevatte oorspronkelijk een inmiddels dicht gemetseld venster op de verdieping. De rechter hoek van de verspringende westelijke gevel (tegen Jacobijnerkerkhof 11) heeft vergelijkbare hoekaccenten van geglazuurde steen. Deze uit drie delen samengestelde gevel bestaat uit een middenpartij met op de begane grond een deur met zesdelicht en bovenlicht, links op de eerste verdieping een klein venster en rechtsboven op de tweede verdieping een venster met T-raam tussen rollaag en gemetselde onderdorpel. Aan weerszijden hiervan staat een risaliet, die onder een van elkaar afwijkende hoek staan ten opzichte van de middenpartij. De deels boven het dak van het buurpand staande rechter risaliet is blind. De linker risaliet heeft een uitbouw onder plat dak, dat tevens als terras fungeert. De als schuurtje gebouwde uitbouw bevat een onder rollaag staand venster met schuifraam, samengesteld uit een tweedelig onderraam met gemetselde onderdorpel en een driedelig bovenraam. De risaliet is links op de verdieping voorzien van een venster met driedelig raam en rechts van een stel openslaande deuren onder bovenlicht. Op de tweede verdieping is een venster met T-raam tussen een rollaag en een gemetselde onderdorpel in de gevel opgenomen. Interieur: Zowel in het bedrijfsgedeelte als de bovenwoning is slechts weinig van de oorspronkelijke interieurs over. Zelfs de zuidelijke opgang naar de bovenwoning is verdwenen. De oostelijke opgang is nog wel intact. In de smederijruimten bevinden zich nog gedeeltelijk parelschroten op de plafonds en vergelijkbare beschietingen onder de kap. Enkele originele paneeldeuren zitten niet meer op hun oorspronkelijke plaats.
| Functie | Hoofdcategorie | Subcategorie | Functietype | Is hoofdfunctie |
|---|---|---|---|---|
| Smederij | – | – | Oorspronkelijke functie | – |
| Industriefunctie - Winkelfunctie | Boerderijen molens en bedrijven | – | Huidige functie | – |
| Straat | Getal | Achtervoegsel | Postcode | Plaats | Locatie | Situatie | Is hoofdadres |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Bredeplaats | 1 | – | 8911EP | – | – | – | – |
Boshuizen gasthuis met aardige toegangspoortje en tweede poortje 1652.
Gedeelte van de kloostergang, een arm overkluisd door netgewelven op gebeeldhouwde kraagstenen, XV. Toegangspoortje bekroond door geveltje waarvan aanzetkrullen en bekroning oud zijn, XVII.
Administratie Hervormde gemeente, onder lang tentdak met hoekschoorstenen, geblokte kroonlijst aan een zijde, zeven en twee vensters met roedenverdeling.