Het gebouw van de Rijksscholengemeenschap Magister Alvinus aan de Almastraat is ontworpen door G. Friedhoff in 1941. Na de heiwerkzaamheden kwam de bouw door gebrek aan materialen stil te liggen. In 1947 werd de bouw hervat en in september 1950 vond de opening plaats. De noordelijke vleugel werd pas in 1958 voltooid. Het schoolgebouw is opgebouwd uit twee bouwlagen en een schilddak. De plattegrond van het gebouw is U-vormig en bestaat uit twee iets verspringende vleugels links en rechts van de hoofdingang. Deze vleugels omvatten een groene ruimte van circa 50 bij 80 meter. De groene ruimte is aan de straatzijde begrensd met een laag stenen muurtje. De hoofdingang wordt gemarkeerd door een luifel en een schoorsteen. Links daarvan bevindt zich een uitbouw, met op de begane grond de voormalige directeurskamer met balkon. Opvallend aan de noordelijke hoofdvleugel zijn de gote vensters. De zuidvleugel heeft kleine vensters met een rondboog. De zuidelijke hoofdvleugel bevat een open galerij dat een binnenplein met fietsenstalling afsluit. Aan de achterkant van het gebouw, tegen de zuidelijke hoofdvleugel, bevindt zich een achthoekig torentje met houten opbouw. In de hal zijn met name de trap, het glas-in-lood venster en de cassetten-plafonds bijzonder. Het schoolgebouw is uitgevoerd in rode baksteen en (deels ervangen) rode dakpannen. De meeste vensters zijn in de loop der jaren vervangen, waarbij de verhoudingen van de oorspronkelijke roedeverdeling zijn gerespecteerd. Aan de achterzijde is de school flink uitgebreid, deze uitbreiding valt niet onder de bescherming. Het schoolgebouw is beschermenswaardig als fraai voorbeeld van de in de vroegere wederopbouw gangbare traditionele stijl, de zgn. Delftse School. Door de ligging en de ruime opzet is het gebouw beeldbepalend in Sneek. De volgende aspecten en onderdelen van het gebouw vallen onder de bescherming: - De opzet en verschijnlingsvorm van de buitenzijde, voor zover deze wordt gedekt door het rode pannendak (met uitzondering van de later toegevoegde bouwlaag op de middelste zijvleugel aan de achterzijde). - De open ruimtes met hun ommuring en (groene) inrichting, voor zover zichtbaar vanaf de openbare weg. - De bouwkundige hoofdopzet. - De monumentale trap in de hal - De cassetten-plafonds - De achthoekige traptoren met houten opbouw aan de achterzijde. - De inrichting van het tekenlokaal in de zuidelijke zijvleugel aan de achterzijde. - De houten vleoren in de lokalen - Diverse kunstwerken, zoals eht glas-in-lood venster in de hal en de muurschildering in de voormalige leerlingenkantine. - Diverse originele details, zoals plafondornamenten en –lijsten, trapleuningen en deurknoppen. Onderdelen die in deze opsomming niet genoemd zijn, alsmede toevoegingen van na 1958, vallen niet onder de bescherming.