Vrijstaand en op een bijbehorend terrein aan de zuidkant van de Schependomlaan gelegen dorpswoning. Hier staat het pand op een wigvormige kavel bij de aansluiting van de Schependomlaan op het ten zuiden hiervan gelegen Kerkpad, twee oude verbindingstracé's. De hier haaks op deze straten aansluitende Uranusstraat vormt een jongere verbinding. De bouwmassa is éénlaags en voorzien van een zolderverdieping onder een afgeplat omlopend schilddak met gesmoorde Tuile-du-Nordpannen met een brede wel, houten lijstgoten op klossen, en een Vlaamse gevel met een zadeldak (dekking als genoemd). Aan de voorzijde heeft het pand een in baksteen in kruisverband met snijvoegen gemetselde gevel welke waarschijnlijk pas later is witgeschilderd. De overige gevels zijn witgepleisterd. Ook de gevelplinten zijn gepleisterd. Gietijzeren sierankers (voorgevel) en smeedijzeren staafankers markeren de ligging van de balklagen. In de diverse (originele) gevelopeningen bevinden zich oorspronkelijke houten ramen en kozijnen. Waar de bovenlichten zijn voorzien van glas-in-lood is dit pas in een recente periode gerealiseerd. De symmetrie van de drie vensterassen brede voorgevel (oostzijde) wordt geaccentueerd door een centrale ingangsportiek welke net als de overige oorspronkelijke gevelopeningen is gevat onder een gemetselde segmentboog. De portiek heeft een niet-oorspronkelijke vloer en bevat in de ingang een dito voordeur. Boven het kalf bevindt zich een enkelruits bovenlicht. Aan weerskanten van de portiek ontvangt het pand daglicht door een venster met een T-raam met houten persienne- luiken. In de boven de portiek gelegen Vlaasme gevel bevindt zich een keperboogvenster met een dubbel draairaam met (vernieuwde) horizontaalroeden. Aan de rechterkant (noordzijde, langs de Schependomlaan) heeft de woning links een niet- oorspronkelijk venster. Uiterst links is de gevel hier voorzien van een gietijzeren ventilatierooster met sierdetails. Rechts sluit op het pand een onder een plat dak gevatte uitbouw aan. Alhier enkele gevelopeningen onder een rechte afsluiting. De gevel aan de linkerzijde van het pand (zuidkant, langs het Kerkpad) bevat twee vensters onder een segmentboog en met houten persienne-luiken. Hiervan is het rechter venster voorzien van een T-raam en het linker exemplaar van een dubbel enkelruits draairaam. Het venster dat zich uiterst links in de gevel bevindt is niet-oorspronkelijk. Verder is hier de zijgevel van een op de achterkant van de woning aansluitende uitbouw te zien, met een oculus waarin zich een gietijzeren sierraam met gekleurd glas bevindt. Aan de achterkant (westzijde) wordt de woning gekenmerkt door diverse uitbouwen. De serre uiterst links is een recente toevoeging. Rechts daarvan is de hoofdmassa van het pand bereikbaar via een niet-oorspronkelijke pui. Uiterst rechts een uitbouw onder een plat dak en met aan de voorkant een niet-oorspronkelijke toegangsdeur. Ook de hier gesitueerde gemetselde pergola en het langs de gevel van de hoofdmassa gelegen balkon zijn niet-oorspronkelijk. Het interieur heeft een grotendeels niet-oorspronkelijke indeling en vernieuwde afwerking. Van de oorspronkelijke opzet resteert de onder een opkamer (keuken) gelegen kelder. Alhier een haaks op de linker zijgevel gelegen segmentboogvormig tongewelf met een gepleisterde afwerking. De kelder bevat bovendien een uit rode estriken bestaande vloer. Langs de straatzijden wordt het terrein afgeschermd door een niet-oorspronkelijken omheining. Verder zijn er op het achterterrein enkele dito bijgebouwtjes.