Inleiding

VILLA 'Woudoord' is in 1908 gerealiseerd naar ontwerp van K.P.C. de Bazel uit Bussum, in opdracht van T.C. van Eijk Bijleveld. Het landhuis is een voorbeeld van de typisch Hollandse baksteen-architectuur met een rationeel grondplan, die De Bazel met o.a. Berlage in deze periode heeft ontwikkeld. De villa ligt op een zeer ruim perceel, ver teruggelegd van de openbare weg en is thans in gebruik als directiekantoor. In 1981 en in 1991 is de villa inpandig verbouwd. De hoofdingang aan de oostgevel is bereikbaar via een pad.

Omschrijving

De villa is op een winkelhaakvormige grondslag gerealiseerd en is twee bouwlagen hoog met een lage uitbouw (bijkeuken) aan de noordzijde. De hoek tussen de beide vleugels is opgevuld met een houten serre waarop een balkon. Het overstekende schilddak is gedekt met zwart geglazuurde Hollandse pannen, met loodafdekking op de nokvorsten en kepers. Twee gemetselde schoorstenen met sierlijke ingezwenkte zinken schoorsteenkappen bevinden zich op de hoeken van nok en hoekkepers. Op het broekstuk van de westelijke vleugel staat een windwijzer met een gekroonde klimmende leeuw. In de dakschilden zijn vijf dakkapellen waarvan vier met een zadeldakje en beschoten geveltop. De lage aanbouw aan de noordzijde heeft gedeeltelijk een platte dakafsluiting en gedeeltelijk een schilddak met een zolderluik aan de noordzijde. Het opgaand muurwerk bestaat uit bruine bakstenen op een voren-gemetseld en afgeschuind trasraam. De gevel wordt afgesloten door een fries van siermetselwerk in bruine en gele bakstenen. Alle lichtopeningen en deuren van de eerste bouwlaag zijn onder een streklaag; de lichtopeningen en deuren van de tweede bouwlaag zijn direct onder de daklijst met steekbalken van het dakoverstek. Alle vensters hebben brede kozijnen, een meerruits roedeverdeling en zijn voorzien van luiken. Op de begane grond hebben de luiken gedeeltelijk dichte panelen en een bovendeel met schoepen, op de tweede bouwlaag persiennes. De oostgevel van de villa is de ingangszijde. De houten geverniste voordeur met een klein sierrooster bevindt zich onder een uitkragende luifel tussen twee risalerende muurdammen. Deurkalf en bovendorpel van de zijlichten zijn getoogd. De meerruits zijlichten naast de entree zijn voorzien van traliewerk. De stoep is uitgevoerd in decoratief metselwerk evenals het fries. Boven de deur is een drielichts traplicht met gekleurd glas-in-lood en rolluikkasten. Rechts is een kelderkoekkoek met een rooster. Het kelderraam is voorzien van diefijzers, erboven is een drielichtvenster met luiken voor de onderramen. In de oostgevel van de bijkeuken zijn een tweelicht zesruitsvenster met luiken, een dienstingang en tweelichtvensters. De indeling van de westgevel van de aanbouw is gewijzigd. De indeling van de noordgevel van de villa is enigszins gewijzigd door de toevoeging van een tweede dubbele tuindeur. In de tweede bouwlaag zijn twee tweelichtvensters. De westgevel van de villa wordt gedomineerd door een grote serre met een driezijdige uitbouw, waarin dubbele tuindeuren. De houten opbouw rust op een bakstenen trasraam. Tussen de stijlen zijn grote meerruits kruisvensters, de bovenlichten met gekleurd glas. Op de serre is een balkon met een houten balustrade. Hierop komen drie dubbele balkondeuren uit met meerruitsvensters en persiennes. In de korte gevel van de westvleugel van het hoofdvolume-westgevel zijn twee drielichtvensters boven elkaar met luiken. De zuidgevel is twee raamtraveeën breed: in het linker raamtravee zijn twee meerruits drielichtvensters boven elkaar met luiken; het rechter deel van de gevel heeft een driezijdige beukerker over beide bouwlagen met meerruitsvenster in de verdieping en tuindeuren beneden, alle voorzien van luiken. De tuindeuren komen uit op een gedeeltelijk ommuurd terras met een hardstenen steenhouwwerk op de hoeken en de uiteinden in de vorm van een meloen. Het terras is bevloerd met bruine en gele bakstenen welke in patroon zijn gelegd. Op de zuidoosthoek van de villa is een gedenksteen als hoeksteen ingemetseld met de opschriften: 25 / 19 (monogram) 08 / 4 (d.i. 25 april 1908, en) ANDREA / CORNELIA / GEERTRUID / VAN EYK / BIJLEVELD.

Het interieur van de villa is grotendeels gewijzigd. Oorspronkelijke elementen zijn ondermeer de door De Bazel ontworpen vitrinekasten, de hoekhaarden in diverse kamers, enkele stucplafonds en de betegelde traphal met trap.

Waardering

Villa Woudoord, in 1908 in Heerenveen gerealiseerd naar ontwerp van K.P.C. de Bazel, is van algemeen cultuurhistorisch en architectuurhistorisch belang:

- als ruimtelijk en functioneel hoofdbestanddeel van het complex,

- vanwege het bijzondere belang van het object voor de geschiedenis van de architectuur, nl. als voorbeeld van een landhuis, ontworpen in een typisch Hollandse baksteen-architectuur die o.a. door de Bazel aan het begin van de 20e eeuw is ontwikkeld,

- vanwege de plaats die het object inneemt in het oeuvre van architect De Bazel,

- vanwege de hoge mate van esthetische kwaliteit van het ontwerp,

- vanwege de hoge mate van gaafheid van het exterieur.