"Beek en Bosch". Op grotendeels rechthoekige grondslag met afgeknotte wigvormige uitbouw aan de N.zijde gedeeltelijk in baksteen opgetrokken villa met aan de Noorse Loft-architectuur ontleende overkragende verdieping met gepotdekselde delen onder rieten kap, genaamd "Beek en Bosch", ontworpen in 1917-18 door C.J. Blaauw in Amsterdamse Schoolstijl als onderdeel van het villapark "Meerwijk". De ingang is aan de O.zijde gesitueerd, toegankelijk via een te rechterzijde naar voren uitgebouwd portiek waarin een ruitvormige poort is uitgespaard die in de deur en de van horizontale, gesneden roedenverdeling voorziene zijvensters wordt weerspiegeld. Bij de Z.O.hoek is evenals bij de Z.W.hoek een pijler aangebracht met verzwaarde voet; de in de Z.gevel geplaatste benedenvensters zijn aan de onderzijde verrijkt met een geschulpte houten lijst. De W.gevel bevat te linkerzijde beneden een wigvormige erker, terwijl de N.gevel wordt doorbroken door de aangekapte keukenuitbouw met zij-ingang. De ver uitkragende bovenverdieping wordt door een reeks balken ondersteund; de gepotdekselde delen grijpen bij de hoeken in elkaar waarbij de uiteinden van een gesneden versiering zijn voorzien; de aan alle zijden aangebrachte vensters bezitten volledig geschulpte omlijstingen die ook aan de bovenzijde onder de dakrand wordt voortgezet - de oorspronkelijke roedenverdeling is inmiddels verdwenen. De als een omlopend schilddak behandelde rieten kap wordt geaccentueerd door de twee nabij het midden geplaatste schoorstenen en de aankapping van de keuken-uitbouw. Villa met voor de Amsterdamse Schoolstijl kenmerkende plastische vormen en toepassing van bijzondere metsel-details en geschulpte houten onderdelen, eigenzinnige hoofdvorm - in dit geval geinspireerd op Noorse voorbeelden - en bijbehorende nadruk op afwisseling van de toegepaste bouwmaterialen baksteen, hout en riet; voorts van belang als onderdeel van het als een geheel opgezette villapark met stilistisch verwante villa's - op initiatief van de Amsterdamse tegelhandelaar A. Heystee - en tevens als herinnering aan de toenmalige opkomst van Bergen als zomerverblijf, in het bijzonder voor kunstenaars.